Handelingen Voor De Inbedrijfstelling - MBM FRG74A Manuel D'installation Et D'utilisation

AANSLUITING OP DE ENERGIEBRONNEN
Op het netwerk moet stroomop-
waarts van de algemene voe-
dingsleiding een veiligheidsklep
geïnstalleerd worden,
herkenbaar en toegankelijk voor de
operator (afb. 3).
Om de aansluitingen op het net uit
te voeren, hebt u een slang nodig
die in overeenstemming is met de plaat-
selijke voorschriften die van kracht zijn
en moet de kenmerken gespecificeerd in
EN 10226-1.
De gastoevoerslang moet regelma-
tig gecontroleerd worden en/of ver-
vangen worden door geautoriseerd
technisch personeel in overeenstemming
met de plaatselijk geldende normen.
De koppeling van de apparatuur
is van het type buitendraads
1/2"G. De pijp voor de verbinding
moet van het type binnendraads 1/2
"G zijn
De leidingen moeten stevig op de
betreffende koppelingen worden
vastgedraaid
Controleer het geheel op gaslek-
ken na het openen van de toe-
voerkraan (afb. 4)
Na het voltooien van de werkzaamhe-
den de toevoerkraan sluiten (afb. 3).
Indien de injector vervangen moet
worden voor de aanpassing aan
een andere gassoort ga dan te
werk volgens de procedure beschreven
onder Handelingen voor de inbedrijfstel-

HANDELINGEN VOOR DE INBEDRIJFSTELLING

ALGEMENE WAARSCHUWIN-
GEN
De operatoren zijn verplicht
zich door middel van deze
handleiding goed te informeren
DEZE HANDLEIDING IS EIGENDOM VAN DE FABRIKANT EN ELKE, OOK GEDEELTELIJKE, REPRODUCTIE IS VERBODEN.
ling (zie Hfdst. 5).
WIJZIGING TYPE GAS - ZIE PAR.
gemakkelijk
ILLUSTRATIES - REFERENTIE f).
het typeplaatje. Andere configuraties
die de ingestelde parameters wijzigen
moeten door de fabrikant of zijn ge-
machtigde worden goedgekeurd.
ceerd technisch personeel, bevoegd
voor de te verrichten handeling. De
juiste procedure voor de omzetting
wordt beschreven in het betreffende
hoofdstuk
moeten rechtstreeks bij de fabrikant
opgevraagd worden
naar een andere moet het typeplaatje
van de apparatuur met de nieuwe pa-
rameters worden vervangen zoals
weergegeven op de bijgeleverde stic-
ker.
buurt van de gasaansluiting en één
binnen de apparatuur (zie ILLUSTR. f).
alvorens enige handeling te verrich-
ten en daarbij de specifieke veilig-
heidsvoorschriften in acht te nemen
om elke vorm van interactie mens-ma-
chine veilig te maken.
- 12 -
De vanuit de fabriek geleverde
machine is ingesteld op het type
gas dat aangegeven staat op
De omzetting van de ene gas-
soort naar een andere moet
worden verricht door gekwalifi-
Verstuivers - By-pass - Membra-
nen - en andere benodigdheden
voor de omzetting van het gas
Na het voltooien van de omzet-
ting van de ene soort voeding
In enkele gevallen moeten er
twee typeplaatjes vervangen wor-
den (oventoestellen), één in de
5.