7.1 Kabelverbinding aanbrengen tussen de pc
en het Central Station
• Directe koppeling van een pc met het Central Station.
Indien u zonder gebruik te maken van switches of hubs direct uw
pc wilt verbinden met het Central Station, dan moet u een "Cross-
over-kabel" gebruiken. Deze kabel is verkrijgbaar bij de computer-
shop. Deze ziet er uit als een normale netwerkkabel, maar intern
zijn er twee aderparen gekruist aangesloten. Bij een correcte
aansluiting licht de LINK-LED continu op.
• Aansluiten via een hub of een switch.
Gebruik een standaard netwerkkabel en verbindt die met een vrije
bus op uw netwerkswitch- of hub. De LINK-LED moet dan oplichten.
Verbindt de netwerkaansluiting uitsluitend met een com-
puternetwerk volgens de ethernet-standaard.
Telefoons volgens de ISDN-standaard gebruiken, evenals
verschillende modelbaan-fabriekanten, dezelfde stekker-
verbindingen. Deze mogen echter nooit in de LAN-stek-
kerbus van het Central Station gestoken worden.
• Voor de verbinding met de computer beschikt het Central Station
over een acht-polige RJ45-netwerk-stekkerbus. Deze komt ove-
reen met de ethernet-norm en kan zodoende met de ethernet-
kabel verbonden worden.
Versie 1
In de bovenstaande afbeelding is de aansluitstrook weergegeven van
het oude Central Station met het update-pakket. Hier is de gemar-
keerde stekkerbus met de kliknok-opening naar boven uitgevoerd. In
de stekkerbus zijn twee LED's geïntegreerd:
a) de LINK-LED licht continu geel op als de verbinding met het netwerk
aanwezig is. Als de LED niet oplicht is de verbinding niet correct.
b) de BUSSY-LED knippert groen, zodra er dataverkeer tussen het
Central Station en het netwerk plaatsvindt.
Versie 2
In de onderstaande afbeelding is de aansluitstrook weergegeven van
het nieuwe Central Station met de update. Hier is de gemarkeerde
stekkerbus met de kliknok-opening naar beneden uitgevoerd. In de
stekkerbus zijn twee LED's geïntegreerd:
a) de LINK-LED licht continu rood op, als de verbinding met het
netwerk aanwezig is. Als de LED niet oplicht is de verbinding niet
correct.
b) de BUSSY-LED knippert groen, zodra er dataverkeer tussen het
Central Station en het netwerk plaatsvindt.
7.2 IP-setup
Als uw pc via een breedband-internetverbinding met het internet is
verbonden en u daarvoor een wireless-router in gebruik heeft of zelfs
een klein thuisnetwerk gebruikt, dan kunt u over een zogenaamde
DHCP-server in uw netwerk beschikken: deze wijst alle apparaten
automatisch een IP-adres toe. De meeste internet-routers fungeren
als DHCP-server. Indien dit het geval is, lees dan a.u.b. vanaf para-
graaf 7.2.1. verder.
Heeft u geen DHCP-server in het netwerk of wilt u het Central Station
met een computer verbinden, die nog nooit in een netwerk opgeno-
men was of met handmatig uit te geven IP-adressen werkt, lees dan
vanaf paragraaf 7.2.2. verder.
7.2.1 DHCP-server in het netwerk
Een DHCP-server geeft de IP-adressen automatisch uit aan de appa-
raten in het netwerk. Het Central Station controleert, vanaf de fabriek,
bij elke opstart procedure of er een dergelijke server beschikbaar is
en vraagt een geldig IP-adres aan. U moet echter alleen het toege-
wezen IP-adres onthouden en in de adresregel van de internet-brow-
ser invoeren.
• Open het "Setup-menu".
• Open de netwerk-instellingen.
• Let er op dat het vinkje bij "IP-adres via DHCP-server betrekken"
is gezet.
• Lees en onthoud het "IP-adres" van het Central Station.
7.2.2 Handmatige IP-adres toewijzing onder Windows
Als u gebruik maakt van statische IP-adressen en uw pc reeds
correct is geconfi gureerd, dan hoeft u daar niets aan te veranderen.
Ga verder op paragraaf 7.2.3.
Als u een pc gebruikt die tot nu toe nog niet met een netwerk was
verbonden dan moet u eerst de IP-instellingen van uw computer
controleren.
We geven als voorbeeld de instellingen voor Windows XP ® weer,
raadpleeg voor andere besturingssystemen uw systeembeheerder of
het handboek.
We gaan er van uit dat u een netwerk wilt maken, dat
alleen bestaat uit uw pc en het Central Station en er geen
andere apparaten aan het netwerk deelnemen. Alleen dan
geldt dit voorbeeld. Mocht u twijfelen, raadpleeg dan uw
computervakman..
• Klik onder Windows op het icoon "start" en kies "confi guratie-
scherm" en dan "internet en netwerkverbindingen".
• Zoek het pictogram "netwerkverbinding" en klik daarop.
• Het onderstaande venster wordt geopend.
• Zoek nu de gebruikte netwerkverbinding. Meestal heet deze
"LAN-verbinding".
• Dubbelklik met de muis op deze verbinding. Klik op het tabblad
"eigenschappen". Het bovenstaande dialoogvenster wordt
geopend.
• Markeer nu "Internet-protocol" in de lijst en klik op "eigenschappen".
41
Central Station mit Update 60212