• De ventilator meteen terug beginnen te draaien (tot de machine temperatuur
daalt onder 80°C), waarna de motor opnieuw gestart kan worden.
De storingen zoals aangegeven hier beneden kunnen verschijnen (fout blijft
gedurende 3 sec. aanwezig). De storing kan opgeheven worden door de
branderschakelaar naar positie '0' te draaien, als de storing nog aanwezig
is gaat de melding opnieuw verschijnen en gaat de machine terug in storing
(oorzaak wegnemen).
Wanneer service gewenst is verschijnt er tevens een melding op de
sturingsdisplay (duw op ESC toets om melding te laten verdwijnen) of blijft de
branderschakelaar constant branden.
Mogelijke storingen - knipperfrequentie branderschakelaar (tussen de
knipperfrequentie is een pauzetijd voorzien):
• 1x Alternator laadt niet
• 2x Vlambewaking - Geen vlam
• 3x Vlambewaking - Nabranden
• 4x Geen flow aanwezig (flowschakelaar defect)
• 5x Geen druk aanwezig (drukschakelaar defect)
• 6x Temperatuur in machine te hoog
• 7x Oliedruk dieselmotor te laag (enkel bij diesel versie) OF temperatuur motor
te hoog
SPUITGEREEDSCHAP
Het hogedrukspuitpistool is uitgevoerd met een (grijze) handgreep.
• Niet spuiten: hendel in de handgreep loslaten.
• Spuiten: Hendel in de handgreep indrukken.
• Spuitbeveiliging: klap de blokkeerpal in de hendel uit.
De machine is standaard voorzien van één of twee spuitlansen. De lans
vastdraaien aan het hogedrukpistool d.m.v. de koppeling (zie foto).
Bij gebruik van haspels (optie): de slang dient men volledig af te rollen om een
optimale werking te garanderen. Controleer tijdens het spuiten regelmatig of de
lanskoppeling nog stevig handvast op het pistool zit.
IN BEDRIJF ZETTEN
Zet de machine zoveel mogelijk horizontaal. Controleer de wateraanvoer
- oliepeil motor & pomp - voldoende brandstof voorzien in de tank. Zet de
brandstofkraan open (als aanwezig). Sluit het spuitpistool met hogedrukslang
(zonder spuitlans) aan op de hogedrukreiniger. Zet de bedrijfsschakelaar
op positie ON (=AAN) en sleutelschakelaar op positie START. Start de motor
elektrisch (zie hierboven) of via het trekkoord (handmatig) tot de motor aanslaat.
Bij koude start, eerst choken! Zet de chokeregelaar in de open stand terwijl de
motor opwarmt (bij benzinemotor). Na een langere periode van niet gebruik
of bij eerste start van de motor, deze eerst gedurende 20 sec. met een laag
toerental en zonder belasting laten lopen! De motor gaat automatisch naar
stationair toerental (via de ETC) bij niet bedienen van het spuitpistool. Richt het
spuitpistool in de vrije ruimte en bedien het pistool tot de waterstraal geheel
ontlucht is (circa 30 sec.). Zet de bedrijfsschakelaar op positie OFF (=uit).
Bevestig de spuitlans aan het spuitpistool. Start de motor opnieuw en geef
deze de tijd om op bedrijfstemperatuur te komen. Chokehendel vervolgens
desgewenst opnieuw sluiten (bij benzinemotor). Wanneer het pistool wordt
losgelaten gaat de reiniger in automatische toerentalregeling, de motor
stationair draaien door middel van de drukregeling.
Let op: de motor nooit zonder luchtfilter laten draaien,
dit kan leiden tot versnelde slijtage van de motor.
DiBO 23
N L
B E D I E N I N G