Onderhoud
Het waterreservoir is ge-
maakt van roestvrij staal
dat geschikt is voor levens-
middelen.
Gebruik wijnazijn om de boi-
ler te ontkalken. Gebruik de
watertoevoer om het produkt
in de boiler te brengen. Laat
het produkt inwerken en
spoel de boiler vervolgens
grondig met vers water door.
Voor ontsmetting adviseren
wij „Certisil-Argento". Andere
produkten, in het bijzonder
chloorhoudende, zijn niet
geschikt.
Om een nederzetting door
mikro-organismen te voorko-
men, dient de boiler in regel-
matige afstanden op 70°C te
worden verwarmd (enkel bij
winterbedrijf bereikbaar).
Het water niet als drinkwater
gebruiken!
Zekeringen 12 V
De toestelzekeringen 12 V
bevinden zich op de elektro-
nische regeleenheid (12) op
het toestel.
Deze zekeringen voor zwak-
stroom mogen uitsluitend
vervangen worden door zeke-
ringen van hetzelfde type.
F1: 6,3 A, traag
F2: 1,6 A, traag
Zekering 230 V
Zekeringen en netaansluitka-
bels mogen uitsluitend door
een erkende vakman vervan-
gen worden!
Vóór het openen van
de behuizing voor de
vermogenselektronica moet
het toestel met alle polen van
het net losgekoppeld worden.
De toestelzekering 230 V
bevindt zich op de vermo-
genselektronica (13) op het
toestel.
Deze zekering voor zwak-
stroom mag uitsluitend
vervangen worden door een
zekering van hetzelfde type:
10 A, traag, uitschakelvermo-
gen „H".
Oververhittings-
beveiliging 230 V
De verwarmingswerking
230 V heeft een mechanische
oververhittingsschakelaar.
Wordt b.v. tijdens werking
of tijdens de nalooptijd de
stroomvoorziening 12 V on-
derbroken, dan kunnen de in
het toestel heersende tempe-
raturen de oververhittingsbe-
veiliging activeren.
Voor het resetten van de
oververhittingsbeveiliging
de verwarming laten afkoe-
len, dan de afdekkap op de
vermogenselektronica (13)
omhoog schuiven en de rode
knop indrukken.
Belangrijke bedieningsvoorschriften
Voor onderhouds- en repa-
ratiewerkzaamheden mogen
uitsluitend originele reserve-
onderdelen van Truma
gebruikt worden.
1. Werd de schoorsteen in de
buurt resp. direct onder een
te openen venster geplaatst,
dan moet het toestel voorzien
zijn van een automatische
uitschakelinrichting, om wer-
king bij geopend venster te
verhinderen.
2. Regelmatig, vooral na
lange reizen, moet worden
gecontroleerd of de gecom-
bineerde aan-/afvoerpijp niet
is beschadigd en of de aan-
sluitingen nog intact zijn. Dit
geldt ook voor het toestel zelf
en de schoorsteen.
3. Na een kleine interne gas-
ontploffing (foutieve ontste-
king) moet de rookgasafvoer
door een vakbekwaam mon-
teur worden gecontroleerd!
4. De schoorsteen voor
de afvoer van rookgas en
de toevoer van verbran-
dingslucht moet altijd vrij
worden gehouden van vuil
(spatsneeuw,ijs, bladeren,
enz.).
5. De gasbrander werkt met
ondersteuning van een venti-
lator, daardoor is een correct
functioneren ook tijdens het
rijden gewaarborgd. Voor ge-
bruik tijdens het rijden moet
rekening gehouden worden
met eventuele nationale
beperkingen.
6. De ingebouwde tempera-
tuurbegrenzer sluit de gastoe-
voer af wanneer het apparaat
te heet wordt. Daarom mo-
gen de warmeluchtuitlaten en
de recicurlaitieopening niet
worden afgesloten.
7. De bij het apparaat ge-
leverde gele sticker met
waarschuwingen voor de
gebruiker moet door de in-
bouwer of de eigenaar van
het voertuig op een voor elke
gebruiker duidelijk zichtbare
plaats in het voertuig worden
aangebracht (bijv. op de deur
van de klerenkast)! Als u deze
sticker niet hebt, moet u die
bij Truma aanvragen.
8. Voor verwarming tijdens
het rijden is in richtlijn
2004/78/EG voor campers
een veiligheidsafsluitinrich-
ting voorgeschreven. Voor
verwarming tijdens het rijden
raden wij voor caravans ook
een veiligheidsafsluitinrich-
ting aan.
De gasdrukregelaar Truma
SecuMotion voldoet aan deze
eis.
Wanneer geen gasdruk-
regelaar Truma
SecuMotion geïnstalleerd
is, moet de gasfles tijdens
het rijden gesloten zijn en er
moeten waarschuwings-
bordjes in de flessenkast
en in de buurt van het be-
dieningspaneel aangebracht
worden.
33