2) De chokehendel (1) in stand (B, afb. 43) zetten.
3) Controleren of de startknop (2, afb. 44) op
staat; de startknop indrukken (3, afb. 44).
Dit model is uitgerust met een bekrachtigd
startmechanisme. U schakelt dit startmechanisme in door
de knop (3) in te drukken en onmiddellijk weer los te laten.
Zodra de knop (3) wordt ingedrukt, voert de motor
automatisch een startpoging uit waarvan de duur
afhankelijk is van de temperatuur van de motor. Zodra de
motor is gestart, schakelt het systeem de startmotor uit.
Als de motor niet start, dient men minstens 2 sec. te
wachten voordat men opnieuw de startknop (3) indrukt.
Het voertuig moet spontaan starten, zonder gas te geven.
Opmerkingen
Als de accu leeg is, belet het startsysteem de
inwerkingstelling van de startmotor.
4) De chokehendel (1) geleidelijk aan recht zetten
(A, afb. 43).
Belangrijk
De motor niet op een hoog toerental brengen als
deze koud is. Wachten tot de olie warm is en alle punten
heeft gesmeerd die dit nodig hebben.
(RUN)
A
B
1
afb. 43
2
3
afb. 44
51
NL