nl - Vertaling van origineel
4.4.3 Analoge druksensor
Een analoge sensor met 4-20 mA uitgang is nodig
om constant de druk in het systeem te monitoren.
Voor de modellen MMA en MTA is voor de converter
een externe sensor nodig. Zie
gina 277 voor de aansluitingen. Standaard wordt
een kabel van 2 meter en een sensor van 0-16 bar
geleverd.
De druksensor voor de modellen MMW en MTW be-
vindt zich in de converter.
Zorg dat aan de volgende voorwaarden wordt vol-
daan:
• Gebruik kabels die bestand zijn tegen een tem-
peratuur tot +70°C (158°F).
• De draden die op de aansluitpunten zijn aange-
sloten, de druksensor (MMA, MTA), en het con-
tactpunt ter bescherming tegen drooglopen moe-
ten gescheiden en afgeschermd zijn.
• Pas op dat geen stukjes bedrading en andere
onderdelen of materialen in de converter laat val-
len die daar niet horen wanneer u de elektra aan-
sluit. Wees uiterst voorzichtig om geen onderde-
len aan de binnenkant van de converter te be-
schadigen wanneer u een of meerdere onderde-
len aan de binnenkant verwijdert.
4.4.4 Toepassingen met zeer lange kabels
Als de kabel tussen de converter en de motor langer
is dan 30 meter, dan is het RAADZAAM om een
dV/dt of sinusvormig filter te monteren.
Het fitter verlengt de levensduur van de motor.
Een spoel (dV/dt-filter) aan de motorzijde reduceert
de dV/dt van de stijgende flank en de fasen, waar-
door de stroom golfvorm genivelleerd wordt.
Een sinusfilter maakt zowel de stroom golfvorm als
de spanning golfvorm aan de uitgangszijde van de
frequentieregelaar sinusvormig.
Zorg dat aan de volgende voorwaarden voldaan
wordt:
• Raadpleeg de afbeeldingen
gina 278 en
Afbeelding 18
• Plaats het filter tussen de converter en de motor.
• Plaats het filter zo dicht mogelijk bij de uitgang
van de converter op een maximale afstand van
L1max.
• Filters van kwaliteitsklasse IP64 kunnen buiten
worden geïnstalleerd, maar het is raadzaam om
ze te beschermen tegen rechtstreeks zonlicht.
• Raadpleeg
Tabel 17
op pagina 278 en
op pagina 280voor de maximale lengtes van de
stroomkabel van de H07RNF-motor.
5 Systeembeschrijving
5.1 Gebruikersoppervlak
De lijst beschrijft de onderdelen in
pagina 269 en
Afbeelding 2
146
vastzitten, inclusief
de aangesloten ka-
bel van het beeld-
scherm en sluit de
kap aan de VOOR-
KANT. Draai de 8
schroeven vast.
Afbeelding 15
op pa-
Afbeelding 16
op pa-
op pagina 280.
Tabel 19
Afbeelding 1
op
op pagina 269.
Num-
Beschrijving
mer
1
Knop om de elektrische pomp in de stand
HANDMATIG te laten lopen. Houd de knop
ingedrukt om de elektrische pomp te star-
ten.
2
Knop om te wisselen tussen de standen
AUTOMATISCH en HANDMATIG.
3
Knop voor het openen van de parameters
in het BASISMENU in de stand HANDMA-
TIG,
BASIC MENU (MB) parameters
pagina 149.
4 en 5
Knoppen voor:
• Verlagen of verhogen van de waarde
van een parameter die geselecteerd is
in de stand HANDMATIG.
• Weergeven van de operationele para-
meters in de stand AUTOMATISCH,
Operationele parameters
147.
6
Knop voor het selecteren van de stand
AUTOMATISCH. In de stand HANDMATIG
is dit een knop om het alarm te resetten.
7
Constant brandend, groen ledlampje dat
aangeeft dat de converter is aangezet en
actief is.
8
Constant rood ledlampje dat een fout aan-
geeft. Het ledlampje gaat aan wanneer
een alarm actief is.
9
Constant geel ledlampje om aan te geven
dat de pomp loopt.
10
Groen ledlampje:
• Brandt en constant in de stand automa-
tisch.
• Knippert in de stand handmatig confi-
gureren van parameters (basismenu,
geavanceerd menu)
11
Type beeldscherm:
• ledlampjes met twee cijfers, modellen
MMW en MTW
• LCD met 2 lijnen van 8 tekens, model-
len MMA en MTA
5.1.1 Blokkeren/deblokkeren van de
gebruikersinterface
De knoppen (4) en (5) staan ingeschakeld in de
stand AUTOMATIC waarmee de gebruiker enkele
operationele parameters van de converter kan bekij-
ken,
Operationele parameters
Druk op de knop (2) om de stand MANUAL in te
schakelen om de werking en de alarmlog te bekijken
Teller en alarmlog
op pagina 148) of om de menu´s
te openen en de operationele parameters te wijzigen
Programmeren
op pagina 149).
5.2 Opstarten en programmeren
Raadpleeg
Afbeelding 1
ding 2
op pagina 269 voor de gebruikersinterface.
1. Controleer of alle elektrische, mechanische en
hydraulische aansluitingen zijn aangebracht. Zie
Elektrische installatie
op
op pagina
op pagina 147.
op pagina 269 en
Afbeel-
op pagina 144,
Mechani-