114
In de meeste gevallen is de hierboven beschreven standaardconfiguratie
voor de luidsprekers een algemene instelling die voor alle surroundmodi
gebruikt kan worden. De processor biedt echter de mogelijkheid om deze
instellingen naar eigen voorkeur in te stellen voor drie verschilende modi:
Dolby, DTS en Stereo. U zou bijvoorbeeld de Dolby- en DTS-modi kunnen
instellen voor 5.1-kanaals geluid, terwijl de modus Stereo een configuratie
met twee luidsprekers, met of zonder subwoofer, oplevert. Bovendien kunt
u in het menu ADVANCED SPEAKER SETUP een aangepaste high-pass
crossoverfrequentie instellen voor de voor-, midden-, surround- en surround-
achterluidsprekers.
OPMERKING: In de meeste systemen leveren de standaardinstellingen
van dit menu de meest voorspelbare resultaten en de meeste gebruikers
hoeven geen instellingen te veranderen. Verander deze instellingen niet
als u niet exact weet hoe lagetonenbeheer werkt en er geen goede
reden is waarom u een aangepaste configuratie nodig zou hebben.
Ga anders verder naar het volgende onderwerp: het instellen van de
subwoofer.
De beschikbare instellingen in het menu ADVANCED SPEAKER SETUP zijn
de volgende:
SPEAKER (Front/Center/Surround/Center back/Ceiling front/Ceiling rear/
Subwoofer): Selecteer de luidsprekerset die u met uw eigen instellingen
wilt configureren.
CROSSOVER (40Hz/50Hz/60Hz/70Hz/80Hz/90Hz/100Hz/120Hz/150Hz/
200Hz/OFF): Deze instelling voor het high-pass en low-pass crossoverpunt is
alleen maar actief voor instellingen voor KLEINE luidsprekers en de subwoofer.
De eerste keer dat u het menu ADVANCED SPEAKER SETUP opent, wordt
het actuele crossoverpunt op deze regel getoond. Het is dan ingesteld op
de fabriekswaarde van "100Hz". Verander de waarde van deze regel
alleen maar als u de luidspreker in kwestie een ander crossoverpunt wil
geven. Deze instelling is ALLEEN van invloed op omgeleide lage tonen.
OPMERKING: Bij de instelling "OFF" (alleen beschikbaar voor
de subwoofer) wordt er een signaal met volledig signaal naar uw
subwoofer gestuurd, zodat u het ingebouwde low-pass filter ervan
kunt gebruiken.
OPMERKING: Als een luidspreker is ingesteld op "Large" in het
menu SPEAKER SETUP of in dit menu, heeft de crossover-instelling geen
effect omdat, per definitie, een GROTE luidspreker het volledige bereik
weergeeft, zonder het laag om te leiden naar de subwoofer en zonder
crossover. Bovendien is de instelling CROSSOVER niet beschikbaar
voor de MULTI INPUT.
DOLBY (Default/Large/Small/None): Stelt de actuele luidspreker (die in de
eerste regel wordt weergegeven) in op Large, Small of None en onderdrukt
daarmee de instelling uit het menu SPEAKER SETUP. Als u de instelling voor
het luidsprekerformaat wilt gebruiken die is ingesteld in het menu SPEAKER
SETUP selecteert u "Default". De instelling "None" is niet beschikbaar voor
VOORLUIDSPREKERS.
DTS (Default/Large/Small/None): Dezelfde opties als hierboven voor
Dolby beschreven, maar deze instellingen zijn ALLEEN van toepassing bij
DTS-decodering.
STEREO (Default/Large/Small/None): Dezelfde opties als hierboven
voor Dolby beschreven, maar deze instellingen zijn ALLEEN actief in de
surroundmodus STEREO.
RAP-1580MKII Surround Versterker Processor
Voor de subwoofer worden de bovenstaande selecties voor DOLBY, DTS en
STEREO "Yes/No/Default". De subwoofer wordt op "Default" (Standaard)
ingesteld als de voorluidsprekers worden ingesteld op "Default" en hij zou op
"Yes" worden ingesteld als de voorluidsprekers worden ingesteld op "Small".
OPMERKING: Als de voorluidsprekers worden ingesteld op het
gebruik van de standaardinstellingen in het menu ADVANCED SPEAKER
SETUP, zijn de specifieke "Large/Small/None" instellingen voor
DOLBY, DTS of STEREO niet beschikbaar voor de andere luidsprekers.
Deze luidsprekers maken gebruik van de standaardinstellingen.
Subwoofer instellen
SUBWOOFER SETUP
MULTI LPCM : 0dB
MULTI INPUT : 0dB
Met deze vijf regels kunt u de instelliing van het subwooferniveau, zoals
vastgelegd in het menu Speaker Level Setup (zie volgende onderdeel) voor
elke specifieke surroundmodus onderdrukken.
DOLBY:
DTS:
STEREO:
MULTI LPCM:
MULTI INPUT:
Ga met de pijltjes omhoog/omlaag naar de specifieke surroundmodus en
gebruik de pijltjes naar links/rechts om het subwooferniveau aan te passen
voor de geselecteerde surroundmodus. De opties bestaan uit een bereik
aan instellingen van -9 dB tot +9 dB en MAX (+10 dB). Een instelling van
0 dB betekent dat de surroundmodus in kwestie de masterinstelling voor het
subwooferniveau zal gebruiken. Elke andere instelling is een aanpassing
aan de masterinstelling. Een aanpassing van -2 dB voor een bepaalde
surroundmodus betekent echter dat het subwooferniveau 2 dB stiller zal
zijn dan het master-subwooferniveau als die surroundmodus geselecteerd
wordt. Gebruik deze subwooferniveau-instellingen om het relatieve
uitgangsvermogen voor het laag voor verschillende surroundmodi aan te
passen. Als het master-subwooferniveau veranderd wordt, neemt het niveau
voor alle surroundmodi toe of af.
Wij adviseren u alle surroundmodi in eerste instantie in te stellen op de
standaardwaarde van 0 dB tijdens het kalibreren van de luidsprekerniveaus
van het systeem en gedurende een gewenningsperiode daarna. Als u na
verloop van tijd meer verschillende bronmaterialen hebt beluisterd, merkt
u wellicht dat de subwoofer bij bepaalde surroundmodi altijd te veel of te
weinig laag te horen geeft. Gebruik in dit geval deze menu-instellingen om
elke surroundmodus naar eigen voorkeur aan te passen. In het algemeen
zouden individuele instellingen voor elke surroundmodus niet nodig moeten
zijn als het master-subwooferniveau naar behoren (d.w.z. niet te luid) wordt
ingesteld.
Om terug te keren naar het hoofdmenu selecteert u "BACK" op het OSD-scherm
of drukt u op de toets BACK op de afstandsbediening of het voorpaneel.
DOLBY : 0dB
DTS : 0dB
STEREO : 0dB
BACK