5.4.3 Montage van het laadstation aan de wand
Gebruik voor de montage op betonwanden, bakstenen
wanden en houten wanden het meegeleverde
bevestigingsmateriaal.
Bij een andere ondergrond moet op de montageplaats een
geschikte bevestigingswijze worden gekozen.
MENNEKES raadt aan om het laadstation op een hoogte (tot
de bovenkant van de behuizing) van circa 1,50 m boven de
afgewerkte vloer te monteren.
Zie ook Afb. 13: Wandmontage.
1. Teken de boorgaten voor bevestiging af met behulp van
het meegeleverde boorsjabloon en een waterpas.
2. Boor de gaten in de wand. Houd hierbij de diameter
aan, die voor het gekozen bevestigingsmateriaal beoogd
is.
Wechs el ein- auf z weis paltig
Afb. 13: Wandmontage
A
Aftekenen
1
Kabelkanaal (bij voedingsleiding van boven)
2
Kabelkanaal (bij voedingsleiding van onder)
3
Boorsjabloon
Wechs el ein- auf z weis paltig
3. Leg de voedingsleiding en eventueel de data- en
stuurleidingen op de posities die op het boorsjabloon
aangegeven zijn. Voor de elektrische aansluiting is
binnen het laadstation circa 40 cm kabel nodig.
4. Open het laadstation (zie hoofdstuk 5.3 „Het
laadstation openen" op pagina 13).
5. Leid de voedingsleiding en eventueel de data- en
stuurleidingen door de kabelopeningen in het
laadstation.
6. Schroef het laadstation met pluggen en schroeven aan
de wand vast.
7. Controleer of het laadstation goed en veilig bevestigd is.
B
Montage
4
Plug
5
Schroef
6
Stop (contactbeveiliging)
14