Zodra een laadstation is gevonden, verschijnt een menu voor
de invoer van de naam en de PIN1 van het laadstation.
Afb. 28: Invoer PIN en naam
4. Toets de PIN1 (zie installatiegegevensblad) van het
laadstation in die bij het weergegeven serienummer
hoort en wijzig de voorgestelde naam naar wens
(maximaal 22 tekens).
5. Bevestig de invoer met "Opslaan".
Als de instelling succesvol is verlopen, wordt dit via een
dialoogvenster bevestigd. Is er nog een laadstation herkend,
dan voert u de stappen 3 en 4 opnieuw uit, totdat alle
gevonden laadstations zijn ingesteld.
27
6.4.3 Handmatige verbinding van de Charge APP
Afb. 29: Melding "Geen Wallbox herkend"
In uitzonderlijke gevallen worden de laadstations niet
automatisch gevonden. U kunt dan nogmaals zoeken of de
laadstations handmatig instellen.
Voor de handmatige instelling moet het IP-adres van het
laadstation bekend zijn.