|
Onderhoud
De gebruikte perslucht moet voldoen aan de eisen van
EN 12021.
Het benodigde testtoebehoren staat vermeld in de bestellijst
(zie "Bestellijst", pagina 106).
6.5.1 Controle voorbereiden
1. Bij gaspakken met ventilatie-eenheid aansluitingen
afsluiten.
2. Bij gaspakken met gelaatsmanchet:
a. Testblaas licht opblazen en met een slangklem
afsluiten.
b. Testblaas met water bevochtigen en door het
geopende sluitingssysteem in de hoofdkap van het
gaspak geleiden.
c. Testblaas verder opblazen, totdat de gelaatsmanchet
overal ertegen ligt.
d. Testblaas met een slangklem sluiten.
3. Bij gaspakken met geïntegreerd volgelaatsmasker:
a. Beschermkap van het aansluitstuk van het
volgelaatsmasker trekken.
b. Uitademventiel en inademventiel m.b.v. het
testtoebehoren afsluiten.
4. Ritssluitingssysteem sluiten.
5. Gaspak met het ruggedeelte omlaag uitvouwen.
6. Beschermkap van gaspakventiel verwijderen en
ventielschijf uitnemen.
7. Dubbele testkap op het gaspakventiel bevestigen.
8. Een van de aansluitingen van de testkap met de blauwe
slang op het testtoestel aansluiten.
9. Ervoor zorgen dat beide ventielen op de zwarte slang van
de testtoestel zijn gesloten.
10. De andere aansluiting van de testkap met de zwarte slang
op de persluchttoevoer (6 bar) aansluiten.
11. Voer de test uit. Zie voor aanvullende informatie: "Test
uitvoeren", pagina 96.
6.5.2 Test uitvoeren
VOORZICHTIG
Gevaar van materiaalbeschadiging!
Als het pak te veel wordt gevuld, raakt het materiaal
beschadigd.
► Bij het vullen van het gaspak erop letten, dat de
aangegeven drukwaarden niet te veel worden
overschreden.
1. Opblaasventiel op de zwarte slang openen en het gaspak
vullen totdat op het testtoestel 17,5 mbar wordt
aangegeven. Opblaasventiel sluiten.
2. Een pauze van 10 minuten instellen en de stopwatch
starten. Gedurende deze tijd de druk op ca. 17 mbar
houden, zodat een druk- en temperatuurcompensatie kan
plaatsvinden. Indien nodig, lucht bijvullen.
3. Ontlastingsventiel openen. Druk naar 16,5 mbar laten
dalen. Ontlastingsventiel sluiten.
4. Een testtijd van 6 minuten instellen en de stopwatch
starten.
5. Na afloop van de controletijd de druk op het testtoestel
aflezen.
96
Indien de drukverlaging minder dan of gelijk aan 3 mbar is,
kan het gaspak als lekdicht worden beschouwd. Dan de
testopstelling demonteren en de gaspakventielen controleren.
Wanneer de drukverlaging groter is dan 3 mbar:
1. Kritieke punten (bijv. naden, ritssluitingssysteem,
handschoen- en laarsverbindingen) met een
zeepoplossing bevochtigen.
2. Ondichte punten markeren.
3. Zeepoplossing afspoelen en het gaspak grondig drogen.
4. Gaspak ontluchten en repareren.
5. Lekdichtheidscontrole herhalen.
Als alternatief kan het gaspak ter reparatie naar Dräger
worden gestuurd.
6.6
Het gaspakventiel op lekdichtheid
controleren
De controle is beschreven voor het testtoestel Porta Control
3000. De controle kan tevens met andere controleapparaten
worden uitgevoerd, de aangegeven waarden moeten echter
worden aangehouden.
Voer de controle uit conform EN 943-1, 6.5.1, echter met een
overdruk van 10 mbar, bij constante ruimtetemperatuur (20 °C
± 5 °C).
De gebruikte perslucht moet voldoen aan de eisen van EN
12021.
Het benodigde testtoebehoren staat vermeld in de bestellijst.
Zie voor aanvullende informatie: "Bestellijst", pagina 106.
1. Opblaasventiel met steekkoppeling van de zwarte slang
verwijderen.
2. Uiteinde van de slang op het testtoestel aansluiten.
3. Pompbal van het ontlastingsventiel zo in de zwarte slang
steken dat de pijl op de pompbal in de richting van het
ontlastingsventiel wijst.
4. Ventielschijf met schoon water bevochtigen en monteren.
5. Testkap vanaf de buitenkant op het te testen ventiel
plaatsen en m.b.v. de zwarte slang op het testtoestel
aansluiten.
6. Ontlastingsventiel openen en met de pompbal een
overdruk van +10 mbar creëren. Ontlastingsventiel
sluiten.
7. Een testtijd van 1 minuut instellen en de stopwatch
starten.
8. Na afloop van de controletijd de druk op het testtoestel
aflezen.
Bij een drukverandering van minder dan 1 mbar, is het
gaspakventiel in orde. In dit geval:
1. Testopstelling demonteren.
2. Beschermkap op het gaspakventiel knopen.
Wanneer de drukverandering groter is dan 1 mbar:
1. Ventielschijf uitnemen en visueel controleren. Ventielklep
en ventielzitting moeten schoon en onbeschadigd zijn.
2. Vervang indien nodig de ventielschijf. Zie voor
aanvullende informatie: "Ventielschijf vervangen",
pagina 97.
3. Controle herhalen.
Gebruiksaanwijzing
|
Dräger CPS 7800