Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
• Draai definitief vast met een steeksleutel om het schroefdraadgedeelte van de aansluiting vast te houden
en vervormingen te vermijden. Gebruik een spansleutel op de moer (afb. 12) die naar aanleiding van de
afmetingen van de leidingen op de volgende waarden is afgesteld:
• Diameter 3/8'' 34 N.m < aandraaimoment < 42 N.m
• Diameter 5/8'' 68 N.m < aandraaimoment < 82 N.m
3.1.1 - Controles en tests
Controleer of de koelinstallatie perfect afgedicht is als de aansluitingen zijn verricht.
Verricht de beschreven handelingen met een specifieke manometergroep voor R32 en een vacuümpomp
met een minimumdebiet van 40 l/min:
a.
Draai de doppen van de klepstelen van servicekleppen, zowel gas als vloeistof(afb. 13).
b. Sluit de vacuümpomp en de manometergroep met flexibele leidingen met een aansluiting van 5/16"
aan op de serviceaansluiting van de gasleiding (afb.14).
c.
Schakel de pomp in en open de kraantjes van de manometergroep.
d. Laat de druk dalen tot -101kPa (-755mmHg, -1bar).
e.
Houd dit vacuüm minstens 1 uur in stand.
f.
Sluit de kraantjes van de manometergroep en schakel de pomp uit.
g. Verricht na 5 minuten de handeling van punt "h" als de druk van -101kPa (-755mmHg, -1bar) behouden
blijft.
Spoor de lek op (met een zeepoplossing en het koelcircuit op stikstofdruk ~ 30 bar) als de druk in
het circuit is gestegen tot een waarde hoger dan -101kPa (-755mmHg, - 1bar). Herhaal de controle
vanaf punt "c" als de lek opgespoord en gerepareerd is.
h. Draai de klepsteel van de vloeistofklep volledig open met een inbussleutel van 4 mm.
i.
Draai de klepsteel van de gasklep volledig open met een inbussleutel van 5 mm.
l.
Verwijder de flexibele vulleiding die op de serviceaansluiting van de gasleiding is aangesloten.
m. Plaats de dop van de serviceaansluiting van de gasleiding terug en draai hem vast met een steeksleutel.
n. Plaats de doppen van de klepstelen van servicekleppen, zowel gas als vloeistof, terug en draai ze
vast.
Afbeelding 13:
26. Klepsteel
27. Deksel klepsteel
28. Vulopening
29. Hoofdventiel
3.1.2 - Vullen met extra koudemiddel
•
Als de leidingen langer zijn dan 15 m, moet koudemiddel worden bijgevuld volgens de aanwijzingen van
de tabel in de paragraaf "KOUDEMIDDELAANSLUITINGEN".
•
Vermeld de gegevens van de vulling van de externe unit (1), de toegevoegde hoeveelheid koudemiddel
(2) en de totale hoeveelheid van het systeem (1+2) op het geleverde etiket (afb.15).
Afbeelding 16:
R1. manometergroep
R2. Eventuele vacuümmeter
R3. Vloeistofkraantje gasfles
R4. Gasfles R32
3.2 - WATERAANSLUITINGEN
• De installateur is verantwoordelijk voor de keuze en de installatie van de componenten
en moet daarbij de technische voorschriften en de toepasselijke wetgevingen
naleven.
Afbeelding 14:
30. Manometergroep
31. Eventuele
vacuümmeter
32. Vacuümpomp
33. Kraan flexibele leiding
(open)
34. Serviceaansluiting
(dicht)
35. Gasleiding
36. Vloeistofleiding
37. Buitenunit
R5. Serviceaansluiting (dicht)
R6. Gasleiding
R7. Vloeistofleiding
R8. Buitenunit
SHERPA AQUADUE TOWER
NL - 17
Publicité
