Hydraulische Aansluitingen; Pomp; Aanzuiging Pomp - Riello RL 190 Instructions Pour Installation, Utilisation Et Entretien

7.2

Hydraulische aansluitingen

De pomp is voorzien van een by-pass die de terugloopleiding in
verbinding stelt met de aanzuigleiding. De pomp is op de brander
7.3

Pomp

1 - Aanzuiging
2 - Terugloop
3 - Aansluiting manometer
4 - Aansluiting vacuümmeter G 1/8"
5 - Drukregelschroef
6 - Schroef voor bypass
A - Min. debiet bij een druk van 12 bar
B - Werkingsveld in stuwdruk
C - Max. onderdruk bij aanzuiging
D - Viscositeitsveld
E - Max. temperatuur olie
F - Max. druk bij aanvoer en terugloop
G - Afgestelde druk in de fabriek
H - Wijdte filtermaas
7.3.1

Aanzuiging pomp

Zorg ervoor, alvorens de brander te starten, dat
de terugloopleiding naar de tank niet verstopt is.
Een eventuele verstopping zou de afdichting op
ATTENTION
de pompas kunnen beschadigen. (Bij het verlaten
van de fabriek, is de bypass van de pomp geslo-
ten).
– Opdat de pomp zichzelf kan aanzuigen, is het noodzakelijk
één van de schroeven 3)(Afb. 17) van de pomp los te draaien,
om de aanzuigleiding te ontluchten.
2916073
Hydraulische ydraulische installatie
POMP
SUNTEC J7 C
G 1/2"
G 1/2"
G 1/8"
bevestigd met de by-pass, die afgesloten is met de schroef
6)(Afb. 21 Pag. 18).
Het is dus noodzakelijk de beide flexibele slangen met de pomp
te verbinden.
Als de pomp met afgesloten terugloopleiding en met afgesloten
bypass schroef functioneert gaat hij onmiddellijk kapot.
Verwijder de doppen van de aanzuig- en terugloopleiding van de
D1244
pomp.
Draai de flexibele slangen met de pakkingen, die bij de stan-
daarduitrusting geleverd worden, vast.
Bij het monteren van de flexibele slangen moet hierop geen
kracht uitgeoefend worden die verbuiging tot gevolg heeft.
Plaats de flexibele slangen zodanig dat er niet op getrapt kan
worden of dat ze met de warme delen van de ketel niet in contact
Afb. 16
kunnen komen.
Verbind, tenslotte, het andere uiteinde van de flexibele slangen
aan de nippels.
D1251
– Ontsteek de brander door de afstandsbedieningen te sluiten
en met de schakelaar 1)(Pag. 17 Afb. 18) in positie "AAN". De
pomp moet in de richting van de pijl draaien die op het deksel
aangegeven staat.
– Indien er stookolie lekt uit schroef 3) is de pomp aangezogen.
Stop de brander: schakelaar 1)(Pag. 17 Afb. 18) in positie
"UIT" en draai de schroef 3) aan.
De duur van deze handeling hangt af van de diameter en de leng-
te van de aanzuigleiding. Als de pomp bij een eerste start niet
aangezogen wordt en de brander vergrendeld wordt, wacht on-
geveer 15 sec. Ontgrendel de brander en herhaal de startfase.
Enzovoorts. Na iedere 5-6 ontstekingen dient men 2-3 minuten te
wachten om de transformator te laten afkoelen.
Belicht de vlambeveilinging niet, om de vergrendeling van de
brander te voorkomen: de brander valt hoe dan ook stil 10 s na
het aanslaan ervan.
De hierboven beschreven operatie is mogelijk
omdat de pomp, bij het verlaten van de fabriek,
gevuld is met brandstof. Indien de pomp leeg is,
vul deze met brandstof via de vacuümmeteraan-
ATTENTION
sluiting alvorens de pomp te starten. Dit om te ver-
mijden dat de pomp vastloopt.
Vul de leiding met een afzonderlijke pomp indien
de aanzuigleiding langer is dan 20-30 m.
16 NL
Afb. 17