EINBAUANLEITUNG
Passat B6 uniquement, jusqu'à l'année de fabrication 2007 incluse :
Couper le contact, retirer la clé de contact, attendre 1 minute, mettre le contact.
Pour l'activation de la stabilisation de la traction, le codage de l´appareil de commande de l'électronique de freinage doit être modifié :
1.)
Diagnostic auto du véhicule.
2.)
03 Electronique de freinage.
3.)
Lire le chiffre de codage actuel de l'électronique de freinage et l'indiquer sur l'autocollant blanc fourni.
4.)
07 Coder le dispositif de commande.
5.)
nouveau chiffre de codage = ancien chiffre de codage + 16384.
6.)
Indiquer également le nouveau chiffre de codage sur l'autocollant fourni.
7.)
03 Diagnostic du composant de réglage.
8.)
Appuyer sur "Suivant",
Les feux stop du véhicule sont commandés.
9.)
Interrompre le diagnostic du composant de réglage.
10.)
Collez l'autocollant avec le chiffre de codage dans le livret "1.1 Plan d'entretien" à la section "Autres indications de l'atelier".
Couper le contact, retirer la clé de contact, attendre 1 minute, mettre le contact.
Contrôler / Modifier le codage de l`appareil de commande du frein de stationnement.
1.)
Diagnostic auto du véhicule.
2.)
53 Frein de stationnement.
3.)
Véhicules sans la fonction AutoHold : Chiffre de codage 11.
4.)
Véhicules avec la fonction AutoHold : Chiffre de codage 12.
5.)
07 Coder l`appareil de commande.
6.)
Saisir le chiffre de codage en fonction de l'équipement du véhicule (avec/sans AutoHold).
Tous les modèles : Effectuer ensuite comme au début une interrogation du système à l'aide du "dépistage guidé des erreurs" et effacer des codes d'erreurs si nécessaire.
Après les ou au lieu de codages, effectuer avec le Software Version Management une rétrodocumentation comme suit !
Lancer la recherche guidée des défauts avec le test système du véhicule Sélection de composant/function.
1.)
Software Version Management.
2.)
Sélectionner rééquipement / montage ultérieur.
3.)
Dans le code de test programme d'action requis (le cas échéant demander au spécialiste VW).
Vérifier le fonctionnement de la prise à l`aide d`une rampe de feux ou d`une remorque.
Si besoin, attacher toute longueur de faisceau excessive, fixer le faisceau avec des colliers colson et remonter toutes les pièces qui ont été démontées.
Uniquement pour le faisceau à prise 13 plots. Les fonctions "Fil de charge batterie" et "Masse pour le fil de charge" peuvent être installées via le connecteur 3 voies pour l`option plus permanent.
Algemeen
Na het installeren van de elektrische set is de verlichting van de aanhangwagen zonder enkele activatie gewaarborgd. In sommige landen is de codering van storingindicator van wegwijzers bij het voertuig verplicht.
Elke melding "stuurapparaat" wordt echter onjuist gecodeerd in het foutgeheugen opgeslagen (19 – diagnose-interface voor databus)! Deze invoer heeft echter geen invloed op de overige functies en kan tot de
volgende geplande werkzaamheden in de werkplaats worden genegeerd. Wij adviseren een vrijschakeling middels servicetesters van de fabriek (VAS 5051 / 5052) tijdens de jaarlijkse onderhoudsbeurten!
De codering van de auto moet bij de volgende stuurapparaten via de uitgevoerde zoekopdracht naar fouten worden aangepast door deze om te schakelen op "aanhangerkoppeling ingebouwd":
Accu weer aansluiten.
Bij voertuigen tot productiedatum KW 22/07 en gebruik van het aanhangwagenaansluitapparaat vanaf onderdeelnummer 300001506558/1K0 907 383 E of hoger moet het Gateway besturingstoestel -J533 als volgt
opnieuw geflasht worden:
1.)
Interactief storingzoeken met de voertuigsysteemtest starten.
2.)
Selectie functiecomponenten.
3.)
Carrosserie.
4.)
Carrosserie – montagewerkzaamheden.
5.)
Herkenning van de aanhangwagen.
6.)
Functies.
7.)
Besturingstoestel voor herkenning aanhangwagen vervangen.
8.)
Landcodering selecteren.
9.)
verder de menuaanwijzingen opvolgen.
Alle modellen: Om de functie van de trekhaak uit te breiden dient de gateway databus van het voertuig m.b.v. een servicetester te worden gecodeerd zoals hieronder aangegeven:
1.)
Adreswoord "19" – Diagnose interface voor databus.
2.)
Functie 007 codering (dienst $1A) kiezen – Lange codering lezen/schrijven.
3.)
Adreswoord "69" kiezen – Aanhangerfunctie.
4.)
Wijzigen in "Gecodeerd".
5.)
De codering volgens het menu voltooien.
6.)
Functie "06" – Uitvoer afsluiten.
Passat, Octavia, Leon: Bij voertuigen met VW parkeerhulp dient de functionele uitbreiding "Trekhaak" m.b.v. een servicetester te worden gecodeerd zoals hieronder aangegeven:
1.)
Adreswoord "76" parkeerhulp.
2.)
Functie "07" kiezen – Regelapparaat coderen.
3.)
De waarde van de 5ecijfer (vanuit rechts) van "0" wijzigen in "1".
4.)
Functie "06" – Uitvoer afsluiten.
Golf, Golf Plus, Jetta, Touran: Bij voertuigen met VW parkeerhulp de PDC-offsetwaarde aanpassen:
1.)
Adreswoord "76" (parkeerhulp).
2.)
Aanpassing.
3.)
Kanaal 2.
4.)
0–30 cm (richtcijfer: 11 cm).
Bij voertuigen vanaf modeljaar 2008 met parkeerhulp II of parkeerassistent de regeleenheid via de VAS-tester in de zelfdiagnose coderen:
1.)
Adreswoord 10 (parkeerhulp resp. parkeerassistent).
2.)
08 Regeleenheid coderen.
3.)
Coderingswaarde wijzigen: Byte 0 Bit-patroon xxxxxxx1 (x: de beschikbare waarden in het invoerveld typen). Hiervoor de invoermodus [BIN] activeren.
Bij voertuigen met parkeerhulp dient de regeleenheid van de parkeerhulp als volgt te worden gecodeerd:
1.)
Zelfdiagnose voertuig.
2.)
10 Parkeerhulp II.
3.)
009 Regeleenheid coderen.
4.)
Master.
5.)
009 02 Duidelijke tekstcodering.
6.)
de aanhangwagen _ afneembare trekhaak.
29.10.2007-01 / Änderungen vorbehalten
Seite 15 von 26