Stopping the engine (02_11,
02_12)
•
Release the throttle grip (pos.
A) and gradually operate the
brakes to stop the scooter.
•
While at a temporary halt, keep
at least one brake operated.
•
Stop the scooter.
CAUTION
WHENEVER
POSSIBLE,
ROUGH BRAKING, SUDDEN DECEL-
ERATION AND BRAKING IN EXCESS.
CAUTION
PARK ON SAFE AND LEVEL GROUND
TO PREVENT THE MOTORCYCLE
FROM FALLING.
DO NOT LEAN THE MOTORCYCLE ON
A WALL OR LAY ON THE GROUND.
MAKE SURE THE MOTORCYCLE AND
ESPECIALLY ITS HOT PARTS DO NOT
POSE ANY RISK TO PEOPLE OR
CHILDREN. DO NOT LEAVE YOUR
MOTORCYCLE UNATTENDED WITH
THE ENGINE ON OR THE KEY IN THE
IGNITION SWITCH.
57
Het stilleggen van de motor
(02_11, 02_12)
•
Laat het gashandvat los (pos.
A) en activeer geleidelijkaan de
remmen om de beweging van
het voertuig te stoppen.
•
Tijdens een tijdelijke pauze, ac-
tiveert men minstens een rem.
•
Stop het voertuig.
LET OP
AVOID
VERMIJD
INDIEN
BRUUSK
TE
STOPPEN,
WACHTS TE VERTRAGEN EN HARD
TE REMMEN.
LET OP
PARKEER HET VOERTUIG OP EEN
VASTE EN VLAKKE ONDERGROND,
ZODAT HET NIET VALT.
LAAT HET VOERTUIG NIET STEUNEN
TEGEN MUREN, EN LEG HET NIET OP
DE GROND.
CONTROLEER OF HET VOERTUIG,
EN VOORAL DE GLOEIEND HETE DE-
LEN ERVAN, NIET GEVAARLIJK ZIJN
VOOR PERSONEN EN KINDEREN.
LAAT HET VOERTUIG NIET ONBE-
WAAKT ACHTER MET DE MOTOR
MOGELIJK
OM
ONVER-