6.6.13 Set-up van de digitale hulpingangen IN1, IN2, IN3, IN4
In deze paragraaf worden de functies en de mogelijke configuraties van de ingangen door middel van de
parameters I1, I2, I3, I4 beschreven.
Zie voor de elektrische aansluitingen par. 2.2.4.
De ingangen zijn allemaal gelijk en aan elk ervan kunnen alle functies worden toegekend.
Iedere aan de ingangen gekoppelde functie wordt verderop in deze paragraaf nader toegelicht. In Tabel 21
vindt u een overzicht van de functies en de verschillende configuraties.
De fabrieksconfiguraties zijn te zien in Tabel 20.
Fabrieksconfiguraties van de
digitale ingangen IN1, IN2, IN3, IN4
Ingang
1
1
2
3
3
5
4
10
Tabel 20: fabrieksconfiguratie van de ingangen
Overzichtstabel van de mogelijke configuraties van de digitale ingangen
Waard
Functie die is toegekend aan de algemene
e
0
Functies ingang gedeactiveerd
1
Signaal geen water van externe vlotter (NO)
2
Signaal geen water van externe vlotter (NC)
Hulp-setpoint Pi (NO) met betrekking tot de
3
gebruikte ingang
Hulp-setpoint Pi (NC) met betrekking tot de
4
gebruikte ingang
Algemene activering van de inverter via extern
5
signaal (NO)
Algemene activering van de inverter via extern
6
signaal (NC)
Algemene activering van de inverter via extern
7
signaal (NO) + Reset van de herstelbare
blokkeringen
Algemene activering van de inverter via extern
8
signaal (NC) + Reset van de herstelbare
blokkeringen
9
Reset van de herstelbare blokkeringen NO
10
Ingang lagedruksignaal NO
11
Ingang lagedruksignaal NC
Tabel 21: Configuratie van de ingangen
6.6.13.1 Deactivering van de functies die zijn toegekend aan de ingang
Door 0 in te stellen als configuratiewaarde van een ingang, zal iedere aan de ingang gekoppelde functie
gedeactiveerd zijn, onafhankelijk van het signaal dat aanwezig is op de klemmen van de ingang zelf.
6.6.13.2 Instelling functie externe vlotter
De activering van de functie voor de externe vlotter genereert de blokkering van het systeem. De functie is
bestemd om de ingang te verbinden met een signaal dat afkomstig is van een vlotter die signaleert dat er geen
water is.
Wanneer deze functie actief is, wordt het symbool F1 weergegeven op de STATUS-regel van de hoofdpagina.
NEDERLANDS
Waarde
(vlotter NO)
(P aux NO)
(activering NO)
(lage druk NO)
IN1, IN2, IN3, IN4 en van hun werking
ingang i
Weergave van de actieve functie die
is toegekend aan de ingang
370
F1
F1
F2
F2
F3
F3
F3
F3
F4
F4