De gasdrukregelinstallatie MonoControl CS met overdrukbe-
veiliging S2SR is een tweetraps regelaar. Bij het uitvallen van
één van de twee regelaarniveaus, bijv. door vuil of andere ver-
ontreinigingen van de kraan, neemt telkens het andere rege-
laarniveau een drukvermindering tot maximaal 150 mbar over.
Het gebruik van de MonoControl CS in gesloten ruimten (bijv.
huishouding), boten of in een EX-zone 0 (bijv. tankwagens) is
verboden.
Voor een mogelijk gebruik in stacaravans moeten de nationale
voorschriften in acht worden genomen. In Duitsland is het ge-
bruik in stacaravans verboden.
Veiligheidsrichtlijnen
– Voor het gebruik van de gasdrukregelinstallatie MonoControl CS
is het gebruik van staande gasflessen waaruit gas uit de gasfa-
se wordt onttrokken dwingend voorgeschreven. Gasflessen
waaruit gas uit de vloeistoffase wordt onttrokken (bijv. voor
heftrucks) mogen niet worden gebruikt, omdat ze tot beschadi-
ging van de gasinstallatie leiden.
– Voor de aansluiting van de gasfles op de gasdrukregelinstal-
latie is een hogedrukslang met slangbreukbeveiliging (SBB)
absoluut noodzakelijk. De hiervoor noodzakelijke hoge-
drukslangen biedt Truma in de meest gebruikelijke aanslui-
tingsvarianten voor Europese gasflessen aan (zie pagina 72).
– Drukregelapparatuur en slangen moeten uiterlijk 10 jaar
(bij commercieel gebruik 8 jaar) na de datum van fabricage
worden vervangen door nieuwe. De gebruiker is daarvoor
verantwoordelijk.
Gebruik van de gasinstallatie tijdens het rijden
– Voor het gebruik van een vloeibaar gas-apparaat tijdens het
rijden moeten de gegevens van de betreffende fabrikant van
het apparaat in acht worden genomen.
– Om de verwarming tijdens het rijden te mogen gebruiken,
schrijven de verordening (EG) nr. 661/2009 en de bindende
UN/ECE-regeling R 122 een veiligheidsafsluiter voor cam-
pers en caravans voor.
De gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS voldoet
aan deze eis.
Door de montage van een veiligheidsafsluiter, zoals de
gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS, met een
daarvoor geschikte gasinstallatie, is het gebruik van een
typegekeurde vloeibaar-gasverwarming tijdens het rijden
volgens de bovengenoemde verordening in heel Europa
toegestaan. Nationale voorschriften en regelingen moeten
in acht worden genomen.
– Voor voertuigen vóór bouwjaar 01/2007 zijn er geen beper-
kingen voor het gebruik van de gasinstallatie tijdens het
rijden**.
** Uitzondering voor Frankrijk:
In Frankrijk is het gebruik van de gasinstallatie tijdens het
rijden uitsluitend in voertuigen met typegoedkeuring met
eerste toelating vanaf 01-01-2007 toegestaan. Bij oudere
voertuigen is het gebruik van de gasinstallatie tijdens het
rijden ook in combinatie met een veiligheidsafsluiter niet
toegestaan.
– Gasflessen die niet zijn aangesloten op de gasinstallatie
moeten steeds worden gesloten en worden voorzien van
beschermdoppen. Aangesloten gasflessen gelden als be-
drijfsmiddelen en niet als gevaarlijke goederen (ADR-vrijstel-
ling volgens de paragrafen 1.1.3.1 en 1.1.3.2. e).
43