•
Gebruik uitsluitend goedgekeurde onderdelen.
Gebruik bij onderhoud en reparaties identieke
reserveonderdelen. Wendt u zich voor onderdelen tot
een officieel servicecentrum.
•
Waarschuwing! Het gebruik van andere onderdelen of
aanbouwdelen, die in deze gebruiksaanwijzing niet
uitgesproken aanbevolen zijn, kan bedreiging van
personen en objecten tot gevolg hebben.
•
Het apparaat voldoet aan de eisen van de
•
EN 61000-3-11 en is aan bijzondere
aansluitingsvoorwaarden onderworpen. Dit betekent dat
een gebruik aan willekeurige, vrij kiesbare
aansluitingspunten niet toegelaten is.
•
Het apparaat kan bij ongunstige netverhoudingen tot
voorbijgaande spanningsschommelingen leiden.
•
Het apparaat uitsluitend te gebruiken aan aansluitpunten
die een maximale toegelaten netimpendantie van Z
0,233 Ω niet overschrijden.
•
Als gebruiker dient u vast te stellen – indien nodig – dat
uw aansluitingspunt, waaraan u het apparaat wenst aan
te sluiten, aan de boven genoemde eis voldoet.
Let op: Bij alle werkzaamheden principieel de duwstok
gebruiken.
Veiligheidsinstructies vóór de eerste ingebruikneming
•
Neem altijd de netstekker uit voordat met het instellen of
onderhoudswerk wordt begonnen.
•
Let op! Het bewegende zaagblad kan zware letsels
aan de handen, resp. verlies van de vingers
veroorzaken.
•
Nooit zonder de beschermafdekking van het
zaagblad werken.
•
Voordat u de machine de éérste keer gebruikt,
controleer of de elektrische gegevens op het typeplaatje
met de kenmerken van de stroomverzorging
overeenkomen.
•
Indien u een verlengkabel gebruikt, let er op dat de
aders voor de aangegeven vermogensopname
voldoende zijn. Diameter minimaal 1,0 mm
•
Houd de machinetafel evenals de gehele werkplaats
schoon; verwijder zaagspanen en neem voorwerpen
weg die niet meer gebruikt worden.
•
Let in de omgeving van de zaag op gevaarlijke
struikelmogelijkheden.
•
Een persoon, die met deze machine werkt, zou zo min
mogelijk afgeleid moeten worden.
•
Let op de draairichting van de motor en het
cirkelzaagblad.
•
Na het uitschakelen van de motor mag het
cirkelzaagblad in geen geval door zijdelingse druk
afgeremd worden.
•
Gebruik slechts perfecte zaagbladen, d.w.z. goed
geslepen en vrij van scheuren, barsten, vervormingen
enz.
•
De pijl op het zaagblad moet in dezelfde richting zijn als
de op de machine aangebrachte pijl.
•
De beveiligingsinrichtingen van de machine mogen in
geen geval verwijderd of op een of andere wijze buiten
functie gezet worden.
•
Beschadigde of foutieve beveiligingsinrichtingen moeten
onmiddellijk vervangen worden.
•
Indien u bij het werken met de zaag wordt gestoord,
beëindig eerst het werk waarmee u net bezig bent
voordat u gaat opkijken.
•
Uw werkstuk moet zich altijd op de machinetafel
bevinden. Gebruik de machine nooit zodanig dat het te
zagen werkstuk zich buiten de tafel bevindt.
•
Let er op dat uw handen altijd veilig zijn geplaatst; d.w.z.
zodanig dat u niet plotseling afglijdt en met de zaag in
contact kunt komen.
•
Indien u een lang werkstuk bewerkt, gebruik dan een
aanvullende steun of oplegtafel zodat de zaag niet vast
blijft zitten.
•
•
•
•
•
•
•
=
max
•
•
•
•
•
•
•
•
2
•
.
•
•
•
•
•
Handelswijze in noodgeval
Tref de noodzakelijke maatregelen om éérste hulp te
verlenen, die met het letsel overeenkomt en vraag zo snel
mogelijk gekwalificeerde medische hulp aan. Bescherm
gewonde personen voor overig letsel en stel ze gerust.
Voor het eventueel plaatsvinden van een ongeval zou
altijd een verbandtrommel, volgens DIN 13164, op de
werkplaats bij de hand moeten zijn.
41
Het deel van het werkstuk, dat gezaagd moet worden,
moet absoluut vrij van spijkers en dergelijke vreemde
voorwerpen zijn. Ga bij werkzaamheden met de zaag
altijd zijdelings tegenover het cirkelzaagblad staan.
Overbelast de machine niet zodat deze daardoor
langzamer loopt en oververhit wordt.
Zaag nooit meerdere werkstukken tegelijk.
Gebruik eventueel een duwstok.
Probeer nooit splinters of houtstukken of een
vastgelopen werkstuk te verwijderen zonder de zaag uit
te schakelen en de netstekker uit te nemen.
Om defecten te verhelpen of werkstukken te verwijderen
moet de machine altijd eerst uitgeschakeld worden en
de stekker uitgenomen worden.
Instellen, meten, schoonmaken enz. mag alleen
uitgevoerd worden, indien de motor is uitgeschakeld en
de stekker werd uitgenomen.
Laat uw werkplaats niet onbewaakt zonder de motor uit
te schakelen en de netstekker uit te nemen.
Indien beveiligings- of bescherminrichtingen worden
onderhouden of gerepareerd, moeten deze na het
beëindigen van de werkzaamheden opnieuw correct
ingebouwd worden.
Het is absoluut noodzakelijk de aan de betreffende
gebruiksplaats geldige voorschriften ter voorkoming van
ongevallen te kennen evenals andere, algemeen
erkende veiligheidsregels.
In gesloten ruimten mag de machine slechts in
verbinding met een geschikt afzuigsysteem gebruikt
worden.
Deze tafel-, kap- en verstekzaag moet aan een net met
230 V en min. 16 A aangesloten worden.
Gebruik de stroomkabel van deze machine uitsluitend
voor het voorziene doel.
Let bij de werkzaamheden op een stabiele standplaats
en behoud uw evenwicht.
Voordat u dit apparaat gaat gebruiken moet u beslist de
veiligheidsinrichtingen controleren. Overtuigt u zich dat
ook schijnbaar slechts licht beschadigde onderdelen
daadwerkelijk naar behoren functioneren.
Controleer of alle bewegende onderdelen perfect
functioneren. Let in het bijzonder op beschadigingen en
klemmende onderdelen. Alle onderdelen moeten correct
ingebouwd zijn om alle voorwaarden voor een perfect
functioneren te vervullen.
Voor zover in deze gebruiksaanwijzing niet anders
aangegeven, moeten beschadigde onderdelen en
veiligheidsinrichtingen door een geautoriseerd
servicecentrum gerepareerd of vervangen worden.
Laat een beschadigde schakelaar door een
geautoriseerd servicecentrum repareren of vervangen.
Dit apparaat voldoet aan alle desbetreffende
veiligheidsbepalingen. Reparaties mogen slechts door
een gekwalificeerde elektricien in een geautoriseerd
servicecentrum en met gebruik van originele
reserveonderdelen uitgevoerd worden. Bij niet
respecteren van deze regels bestaat gevaar van
ongevallen.
Inkepingen, inkerven enz. mogen met deze machine niet
uitgevoerd worden, resp. slechts met een geschikte
veiligheidsinrichting boven de tafel (rondom afsluitend).
Deze zaag mag niet voor stootwerkzaamheden gebruikt
worden (afgezette insneden enz.).