Nederlands
i.o.
Sven Zimmermann, Hoofd Kwaliteit
23 Veiligheidsinstructies voor
motorhakken
23.1
Inleiding
Dit hoofdstuk geeft de voorgeformuleerde, alge‐
mene veiligheidsinstructies weer uit de norm EN
709:1997 + A4-2009, motorhakken met benzine‐
motor.
WAARSCHUWING
■ Lees alle veiligheidsinstructies, aanwijzingen,
illustraties en technische gegevens waarvan
deze motorhak voorzien is. Het niet naleven
van de volgende aanwijzingen kan elektrische
schokken, brand en/of ernstig letsel tot gevolg
hebben. Bewaar alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen voor later gebruik.
23.2
Algemene aanwijzingen
a) Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door.
Maak u vertrouwd met de verstelbare onder‐
delen en het juiste gebruik van het apparaat.
b) Sta kinderen of andere personen die de
gebruiksaanwijzing niet kennen, nooit toe om
de machine te gebruiken. De minimumleeftijd
van de gebruiker kan vastgelegd zijn in
plaatselijke bepalingen;
c) werk nooit als er personen, in het bijzonder
kinderen of huisdieren in de buurt zijn;
d) Denk eraan, dat de gebruiker aansprakelijk
wordt gesteld voor ongevallen met andere
personen of voor schade aan hun eigendom‐
men.
23.3
Voorbereidende maatregelen
a) Draag tijdens het werken altijd stevige
schoenen en een lange broek. Bedien het
apparaat niet op blote voeten of op lichte
sandalen;
b) controleer het terrein waarop het apparaat
wordt gebruikt volledig en verwijder alle voor‐
werpen die door de machine kunnen worden
uitgeworpen.
c) WAARSCHUWING - benzine is zeer ont‐
vlambaar:
118
23 Veiligheidsinstructies voor motorhakken
– Bewaar brandstof uitsluitend in geschikte
reservoirs;
– tank alleen in de buitenlucht en rook niet
tijdens het bijvullen;
– De benzine moet vóór het starten van de
motor worden bijgevuld. Open nooit de
tankdop en vul geen benzine bij terwijl de
motor draait of wanneer deze heet is;
– als er benzine is overgelopen, probeer dan
niet de motor te starten. Verwijder het
apparaat eerst van de met benzine veront‐
reinigde ondergrond. Start de motor niet
voordat de benzinedampen zijn verdampt;
– om veiligheidsredenen moeten de benzi‐
netank en de tankdop (regelmatig) worden
vervangen;
d) vervang beschadigde geluiddempers;
e) inspecteer vóór gebruik altijd visueel of de
gereedschappen niet versleten of bescha‐
digd zijn. Ter voorkoming van onbalans
mogen versleten of beschadigde onderdelen
en bevestigingsbouten alleen per set worden
vervangen.
23.4
Gebruik
a) Laat de motor niet in gesloten ruimtes
draaien waarin zich het gevaarlijke koolmo‐
noxide kan ophopen;
b) werk alleen bij daglicht of goede verlichting;
c) zorg altijd voor een veilige stand op hellin‐
gen;
d) beweeg het apparaat altijd stapvoets;
e) bij machines op wielen: werk op hellingen
altijd in de dwarsrichting, nooit naar boven of
beneden;
f)
wees bijzonder voorzichtig als u op een hel‐
ling van rijrichting verandert;
g) werk niet op zeer steile hellingen;
h) wees bijzonder voorzichtig als u de machine
keert of naar u toe trekt;
wijzig de instellingen van de motor niet en
i)
jaag deze niet over zijn toeren;
j)
start de motor voorzichtig, conform de aan‐
wijzingen van de fabrikant en houd vol‐
doende afstand tussen de voeten en gereed‐
schap(pen);
k) houd handen of voeten nooit tegen of onder
draaiende onderdelen;
til of draag nooit een machine met draaiende
l)
motor;
m) de motor moet worden uitgezet:
0478-404-9607-B