NL
Algemene veiligheidsinformatie
De bedieningsvoorschriften dienen voor inbedrijfname
door de gebruiker van de pomp te worden gelezen en te
worden aangehouden.
. De motor is niet explosiebeveiligd. Derhalve mag
hij niet in explosiegevaarlijke omgeving worden
gebruikt.
2. Er mogen geen brandbare vloeistoffen worden
verpompt.
3. De pomp slechts verticaal gebruiken.
4. De motor mag niet in de vloeistof worden
gedompeld.
5. Let erop dat alle aansluitingen en verbindingen goed
bevestigd zijn.
6. De op het typeplaatje aangegeven spanning moet met
de netspanning overeenkomen.
7. Controleer of de motor uitgeschakeld is, voordat de
elektrische verbinding tot stand komt.
8. Controleer de nulspanningsbeveiliging indien deze
voor veilige toepassing benodigd is.
9. Motor niet zonder pompwerk inschakelen.
0. Motor niet met behulp van toerenregelaar afzetten.
Ongecontroleerde opstart is dan mogelijk.
De in elk land geldende voorschriften ter voorkoming van
ongelukken moeten strikt worden aangehouden.
1. Algemeen
Een elektrische vat- en containerpomp bestaat uit
de motor en al naar het gebruik passend pompwerk.
De motortypen MA II en MI 4 met de verschillende
pompwerken zijn geschikt voor niet brandbare,
agressieve, dunvloeibare media. De motoren zijn niet
toegestaan voor gebruik in of bij een zwembad, tuinvijver
of vergelijkbare doeleinden.
1.1 Levering
De pompmotor en het pompwerk worden in twee separate
kartons geleverd. De verpakking van het pompwerk
en motor bevatten tevens bestelde toebehorende en/
of onderdelen. De verpakkingsinhoud dient daarom
zorgvuldig gecontroleerd te worden.
4
2. Motorvarianten
De pompmotoren zijn enkelfase collectormotoren
leverbaar in bedrijfsspanningen, vermogens en
frequenties volgens Tabel 1 en 2 (zie blz. 6).
Het opgenomen motorvermogen en de vereiste spanning
en frequentie kunnen van het typeplaatje worden afgelezen.
De netspanning en frequentie moeten overeenkomen met
het beschikbare net.
De motor is trillingsarm. De versnelde beweging ligt
onder de 2,5 m/s² .
2.1 Elektrische uitvoering
Type
tweepolige aan/uit schakelaar
éénpolige thermische
beveiliging
onderspannings
uitschakeling
beschermingsklasse
beschermingsaard
De motoren MA II 3-2, MA II 5-42 en de MA II 5-24
)
voldoen aan beschermingsklasse III.
3. In bedrijfname
3.1 Montage aan het pompwerk
De pompmotor wordt op het pompwerk gezet. Hierbij
past de meenemer van de motor in de koppeling van
het pompwerk. Nu wordt met het handwiel (rechtse
draad) motor en pompwerk vast met elkaar verbonden
(zie fig.1).
3.2 Elektrische aansluiting
De op het typeplaatje aangegeven spanning moet met de
netspanning overeenkomen.
De aan-/uitschakelaar moet voor het aansluiten
op de netspanning in de 0-positie staan.
Gelijkstroom motortypen kunnen op willekeurige polen
van de stroomverzorging aangesloten worden.
MA II
MI 4
optie
-
I
II
)
IP 54
IP 24
(zie fig. 2)