Algemeen onderhoud
• Als uw rolstoel nat wordt, moet u hem na gebruik
afdrogen.
• Om de 8 weken ongeveer moet u een klein beetje
naaimachine-olie op de quick-release-assen
aanbrengen. Afhankelijk van hoe frequent u uw rolstoel
gebruikt, raden we aan dat u om de 6 maanden met uw
rolstoel naar uw dealer gaat waar gespecialiseerd
personeel hem kan nakijken.
OPGELET!
Zand en zeewater (of zout in de winter) kan de rollagers
van de voor- en achterwielen beschadigen. Maak de
rolstoel grondig schoon nadat die aan zand en zeewater
is blootgesteld.
De onderstaande onderdelen kunnen worden verwijderd
en voor reparatie teruggezonden naar de
fabrikant/dealer:
• Achterwielen
• Armsteun
• Voetsteunhouder
• Anti-tip wielen
Deze onderdelen zijn als reserveonderdelen beschikbaar.
Meer
informatie hierover vindt u in onze onderdelencatalogus.
Hygiënemaatregelen bij hergebruik:
Voordat de rolstoel door een nieuwe gebruiker in gebruik
genomen wordt, moet de stoel zorgvuldig worden
voorbereid. Alle oppervlaktes waarmee de gebruiker in
aanraking komt, moeten behandeld worden met een
desinfecterende spray.
Hiervoor heeft u een ontsmettingsmiddel van de DGHM-
lijst nodig, bijv. Antifect Liquid (Schülke & Mayr) voor
snelle ontsmetting op alcoholbasis voor medische
producten en medische instrumenten, die snel moeten
worden ontsmet.
Houd u aan de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van
het desinfecterende middel.
Over het algemeen kan op de naden van de rolstoel geen
volledige ontsmetting worden gegarandeerd. Daarom
wordt geadviseerd de zitting en rugleuning te vervangen
om microbacteriële besmetting te voorkomen. (In
overeenstemming met de Wet Medische hulpmiddelen).
7.0 Afvalverwerking / recycling van materialen
Indien u de rolstoel kosteloos hebt verkregen, is de
rolstoel niet uw eigendom. Wanneer de rolstoel niet langer
nodig is, volg dan de instructies van de organisatie op die
de rolstoel beschikbaar heeft gesteld, hoe deze terug te
sturen.
Hieronder staan de materialen omschreven zoals deze
worden gebruikt in de rolstoel, met betrekking tot de
verwerking tot afval en recycling van de rolstoel en zijn
verpakking.
Argon
Rev.1.0
2
Geldende specifieke wetgeving met betrekking tot
afvalverwerking en recycling moet in acht worden
genomen wanneer de rolstoel het einde van zijn
levensduur heeft bereikt. (Mogelijk moet de rolstoel
gereinigd of gedesinfecteerd worden alvorens deze naar
de afvalverwerking wordt gebracht.)
Aluminium: zwenkwielvork, wielen, zijkanten van het
chassis, frame armleuning, voetplaat, duwhendels
Staal: bevestigingspunten, quick release assen
Plastic: hendels, buisstoppen, zwenkwielen, voetplaten,
armkussens, en 12" wiel/band
Verpakking: plastic zakken gemaakt van zacht
polyethyleen, karton
Bekleding: Geweven polyester met PVC coating en
geëxpandeerd gevormd schuim.
Afvalverwerking of recycling dient uitgevoerd te worden
door een afvalverwerkingsbedrijf of op een plaatselijk
afvaldepot. U kunt uw rolstoel ook terug brengen naar uw
dealer voor afvalverwerking.
8.0 Mogelijke problemen
Rolstoel trekt naar één kant:
• Controleer bandendruk
• Controleer of het wiel vlot draait (lagers, as)
• Controleer hoeken van zwenkwielen.
• Controleer of beide voorwielen de grond goed raken.
Voorwielen beginnen te wiebelen
• Controleer hoeken van zwenkwielen.
• Controleer of alle bouten vast zitten; draai ze indien
nodig vast (zie hoofdstuk over de koppelsleutel)
• Controleer of beide voorwielen de grond goed raken.
Rolstoel/kruisframe klikt niet op haar plaats in het
zittingszadel.
• Rolstoel is nog nieuw, d.w.z. dat de zitting of de
rugbekleding nog heel stijf is. Dat wordt beter naarmate
de stoel meer gebruikt wordt.
Het is moeilijk om de rolstoel in te klappen
• Verstelbare rugbekleding is te stijf. Maak de losser tot
het wel lukt.
Rolstoel piept en rammelt
• Controleer of alle bouten vast zitten; draai ze indien
nodig vast (zie hoofdstuk over de koppelsleutel)
• Breng een beetje smeerolie aan op plaatsen waar
beweegbare delen met elkaar in contact komen
Rolstoel begint te wiebelen
• Controleer hoek waarin voorwielen ingesteld zijn
• Controleer bandendruk
• Controleer of achterwielen verschillend ingesteld zijn
65