Wilo CronoLine-IL Notice De Montage Et De Mise En Service page 121

Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-CronoLine-IL/CronoBloc-BL (met mechanische asafdichting met cartridge)
• Mechanische afdichting zo op de waaieras plaatsen, dat de vier boor-
gaten voor de afdekschroeven tegenover het schroefdraad staan
(Fig. 13). Opgelet: Indien de boorgaten van de vergrendelingspen
niet 90° tot elkaar staan, moet op de installatiepositie worden gelet.
De boorgaten moeten naar het lantaarnvenster wijzen om de bereik-
baarheid van de schroefdraadpen te vereenvoudigen (Fig. 2 of Fig. 3,
afhankelijk van het pomptype). Mechanische afdichting tot aan de
afdrukschroeven op de behuizing plaatsen. Als smeermiddel kan een
in de handel verkrijgbaar afwasmiddel worden gebruikt.
• Correcte zitting van de vlakke spie in de motoras controleren.
• Borgring van de motoras aanbrengen en met de centrale schroef vast-
zetten (Fig. 14). Ervoor zorgen dat de borgring van de motoras vast zit
wanneer de centrale schroef volledig is vastgedraaid en dat de
schroefdraad van de centrale schroef in deze positie op minstens
12 mm in de schroefdraad van de motoras draagt. Indien nodig de
meegeleverde onderlegschijven gebruiken.
• Door het eruit draaien van de centrale schroef de borgring van de
motoras met ca. 5 mm verlagen (Fig. 14).
• De eerste vlakke spie (Fig. 15, pos. 1) in de waaieras plaatsen,
borgring (Fig. 15, pos. 2) van de waaieras plaatsen en inbusschroef
(Fig. 15, pos. 3) handvast indraaien.
• De motoras zo draaien dat de vlakke spie van de motoras en de vlakke
spie van de waaieras tegenover elkaar staan.
• Eerste koppelingshelften tegen beide vlakke spieën en de borgringen
plaatsen (Fig. 16).
• Draadboring in de borgring van de waaieras op het montageboorgat
van de koppelingshelft uitlijnen.
• Een van de koppelingsschroeven in het montageboorgat plaatsen en
half indraaien (Fig. 17).
AANWIJZING:
Bij het vastdraaien van schroefverbindingen in combinatie met de
hieronder beschreven werkzaamheden: Het voor het schroefdraad-
type voorgeschreven schroefaanhaalmoment in acht nemen
(zie lijst "Tab. 5: Aanhaalmomenten schroeven" op pagina 115).
• Centrale schroef van de waaieras met het voorgeschreven draaimo-
ment aanhalen. Voor het tegenhouden een bandsleutel gebruiken.
• Koppelingsschroef (Fig. 17) aanhalen.
• Centrale schroef van de motoras met het voorgeschreven
draaimoment aanhalen (Fig. 18, pos. 1). Voor het tegenhouden
een bandsleutel gebruiken.
• Tweede vlakke spie (Fig. 19, pos. 2) van de waaieras plaatsen.
• Tweede koppelingshelft plaatsen (Fig. 19, pos. 1).
• Beschikbare koppelingsschroeven gelijkmatig vastschroeven, als
laatste de koppelingsschroef uit het montageboorgat (Fig. 20).
• Beide afdrukschroeven van de mechanische afdichting uit de
afdekking draaien (Fig. 21).
• De 4 afdekschroeven (Fig. 22, pos. 1) indraaien en met het
voorgeschreven draaimoment aanhalen.
• De vier inbusschroeven (vergrendelingspen, Fig. 22, pos. 2)
na elkaar volledig indraaien en aanhalen.
• Koppelingsbeveiligingsplaat monteren (Fig. 23).
• Klem de motorkabel vast.
Nederlands
113