Inregeling Werking Op Gas - elco VECTRON GL 05.700 DUO PLUS Notice D'emploi

Inbedrijfstelling

Inregeling werking op gas

Instelling gasdrukbewaking , luchtdrukbewaking
Inregelen van de brander bij
werking op gas
· Open de kogelkraan voor het gas.
· Gas- en luchtdrukbeveiliging instellen
op minimale waarden.
· Micro-amperemeter (0-500µA)
aansluiten in plaats van de meetbrug
(polariteit testen).
· Tuimelschakelaar A - D - E indrukken.
· Schakel de ketelregeling in.
· Verbrandingsautomaat ontgrendelen.
· Na vlamvorming de
verbrandingswaarden controleren
(CO,CO ).
2
· UV-Stroom aflezen (gewenste
waarde tussen 200 en 500 mA).
· Gasdoorzet bij gasteller aflezen.
· Vermogen door drukken op + van de
impulschakelaar G, naar grootlast
verhogen.
· Rookgaswaarden controleren.
Afhankelijk van de gemeten waarden
de gas/luchtverhouding bijstellen:
bij SKP instelschroef R wijzigen.
–
Daarvoor de bovenste afdekkap
verwijderen. Meer CO in de richting
2
+. Minder CO in de richting -. (zie
2
symbolen bovenzijde SKP70 pag.18)
bij MBVEF ventiel schroef V
–
wijzigen. Meer CO in de richting
2
van hogere schaalwaarde. Minder
CO in de richting van lagere
2
schaalwaarde. (zie pag. 18)
46
· Om het gewenste rendement te
bereiken, de door de ketelfabrikant
opgegeven CO -en
2
rookgastemperatuurwaarden
aanhouden.
· UV-Stroom aflezen (gewenste
waarde tussen 200 en 500 mA )
· Gasdoorzet bij gasteller aflezen.
· Brander op kleine belasting zetten
en verbrandingswaarden controleren.
Afhankelijk van de gemeten waarden
bij de SKP-regelaar schroef D,
en bij de MBVEF regelaar de
schroef N aanpassen.
· De gewenste gedeeltelijke belasting
met de toets G vastleggen. Daarvoor
kunt u nok V naar behoefte bijstellen.
· Rookgaswaarden nogmaals
controleren en afhankelijk van de
gemeten waarde de
gas/luchtverhouding bijstellen.
· Brander weer op grote belasting
zetten en verbrandingswaarden
controleren.
· Als de gemeten waarden door het
verstellen van schroef D bij de
SKP-regelaar of schroef N bij het
MBVEF-ventiel veranderen, moeten
bij de SKP-regelaar de verhouding R
en bij het MBVEF-ventiel de
verhouding V overeenkomstig
worden bijgesteld.
09/2005 - Art. Nr. 13 019 243A
· Als de branderkopinstelling (maatY)
veranderd moet worden, dan moet
de complete instelprocedure
nogmaals worden uitgevoerd.
Als de verbrandingswaarden correct
zijn, kan bij kleinlast en bij grootlast de
volgende procedure gevolgd worden:
· De gasdoorzet aanpassen door
middel van het verstellen van de
nokken V en I van de servomotor.
· Gasdoorzet bij de gasteller
controleren.
Instelling onstekingslast
· De ontstekingsbelasting kan bij
werking op gas met nok II zodanig
worden ingesteld dat een veilige start
van de brander gegarandeerd is.
Hierbij kan de ontstekingsbelasting
boven of onder de kleine belasting
worden ingesteld.
Instelling van de gasdrukbewaking
· Stel de gasdrukbewaking in op de
minimaal te verwachten ingangsdruk.
· Gaskogelkraanlangzaam sluiten.
· De brander moet vanwege gebrek
aan gasdruk uitschakelen.
· Open de kogelkraan weer.
Instelling luchtdrukbewaking
· Als de brander opnieuw op kleine
belasting brandt, zoekt u het punt
waar de luchtdrukbewaking
uitschakelt door de schijf met
schaalverdeling te verdraaien.
· Stel de luchtdrukbewaking 10%
onder deze uitschakelwaarde in.