6.3.5 Controleer de onderdelen van Koeleenheid,
Vulkamerzeef en Mondstuk
X Controleer alle onderdelen op beschadigde oppervlakken, scheuren,
verweking, verharding, verbrossing, vervuiling of verkleuring.
X Vervang beschadigde onderdelen.
6.3.6 Monteren van de Koeleenheid
VOORZICHTIG
Plantendeeltjes in de Koeleenheid
Verstopping van de Koeleenheid
Inademen van plantendeeltjes
• Plaats de Zeef op de juiste wijze in het Deksel van de Koeleenheid.
X Monteer de onderdelen weer in omgekeerde volgorde zoals beschreven in
hoofdstuk 6.3.1 Demontage van de Koeleenheid met Mondstuk.
X Plaats de kleine Bodemafdichtring volledig in het deksel van de
Koeleenheid.
Ö Kleine Bodemafdichtring is niet meer zichtbaar.
X Let bij de montage op de juiste positie van de Afdichtringen.
X Steek de Zeef in de daarvoor bestemde groef plaatsen.
6.4 Vulkamer
6.4.1 Reinigen van de Vulkamer
LET OP
Materiële schade door ondeskundige reiniging
Binnendringen van isopropylalcohol in de Verdamper
• Bevochtig de wattenstaafjes niet te veel.
X Maak de Vulkamer schoon met een wattenstaafje gedrenkt
in isopropylalcohol.
6.4.2 Verwijderen van de Zeef
X Een verstopte Zeef moet worden vervangen.
X Druk de Zeef met behulp van het Vulkamerhulpmiddel langs de groef van
de Vulkamer.
6 R E I N I G I N G / H Y G I Ë N E
240