NL
1.0
BESCHRIJVING EN TECHNISCHE KENMER-
KEN
1.1
BESCHRIJVING
De installatie bestaat uit een moderne generator voor MIG/ MAG-
laswerk.
1.2
TECHNISCHE KENMERKEN
TYPEPLAATJE
Versie S
PRIMAIR
Driefasespanning
Frequentie
Werkelijk verbruik
Max. verbruik
SECUNDAIR
Spanning bij leegloop
Snijstroom
Bedrijfscyclus 35%
Bedrijfscyclus 60%
Bedrijfscyclus 100%
Beschermingsgraad
Isolatieklasse
Gewicht
Afmetingen
Normering
Versie C
PRIMAIRE
Driefasespanning
Frequentie
Werkelijk verbruik
Max. verbruik
SECONDAIRE
Spanning bij leegloop
Snijstroom
Bedrijfscyclus 35%
Bedrijfscyclus 60%
Bedrijfscyclus 100%
Beschermingsgraad
Isolatieklasse
Gewicht
Afmetingen
Normering
1.3
BEDRIJFSCYCLUS
De bedrijfscyclus betreft een percentage van 10 minuten dat het
lasapparaat kan lassen zonder oververhit te raken. Raakt het ap-
paraat oververhit dan wordt de lasstroom onderbroken en gaat
het betreffende controlelampje branden. Laat het apparaat in dit
geval ongeveer 15 minuten afkoelen en stel de lasstroom en de
betreffende spanning ofwel de bedrijfstijd op een lagere waarde
af.
Voorbeeld: 250 A - 30% betekent dat er 3 minuten gewerkt wordt
onder 250 A met 7 minuten pauze.
1.4
KROMME VOLT - AMPERE
De Volt-Ampère krommen geven de verschillende uitgangs-
stroom en -spanningswaarden weer die het lasapparaat kan leve-
ren.
Zie pag. VII.
BESCHRIJVING EN TECHNISCHE KENMERKEN
230 V
400 V
50 Hz
20,1 A
11,5 A
34 A
19,5 A
18 ÷ 42 V
40 A ÷ 300 A
300 A
230 A
180 A
IP 23
H
Kg. 81
mm 500 x 865x 900
EN 60974.1 / EN 60974.10
230 V (+/-
400 V (+/-
10%)
10%)
50 Hz
19,5 A
11,3 A
33 A
19 A
18 ÷ 45 V
35 A ÷ 300 A
300 A
230 A
180 A
IP 23
H
Kg. 96
mm 620 x 940 x 1000
EN 60974.1 / EN 60974.10
2.0
INSTALLATIE
BELANGRIJK: Alvorens de uitrusting aan te slui-
ten, klaar te maken of te gebruiken eerst aandachtig VEILIG-
HEIDSVOORSCHRIFTEN doorlezen.
2.1
KLAARMAKEN VAN DE MACHINE
1.
Verwijder de kartonnen verpakking en haal de bijgeleverde
accessoires en componenten eruit.
2.
Laat het lasapparaat op de houten pallet staan; verwijder met
behulp van een zeskantsleutel (13) de acht schroeven (vier
aan rechter- en vier aan linkerkant) onder het voorste paneel
en bevestig ze samen met de twee zwenkwieltjes.
3.
Verwijder de twee schroeven (op de gasflessteun) waarmee
het apparaat op de pallet is bevestigd.
4.
Verwijder de schroeven van de as en bevestig vervolgens de
vaste wielen.
5.
Bevestig de handgrepen.
6.
Monteer de steun voor de draadmeeneem-unit met behulp van de
vier schroeven midden op het generatordeksel.
7.
Haal de draadmeeneem-unit uit de verpakking en plaats deze in de
voorheen aangebrachte steun; zorg ervoor dat ze goed in elkaar pas-
sen.
8.
Sluit de meerpolige stekker en de krachtstekker van de navelstreng
aan op de betreffende stopcontacten van de generator.
2.2
AANSLUITEN VAN HET LASAPPARAAT OP HET
VOEDINGSNET
Uitschakelen van het lasapparaat tijdens het las-
sen kan ernstige schade aan het apparaat veroorzaken.
1.
Controleer of het stopcontact uitgerust is met de in de tabel
vermelde zekering.
2.
Alvorens de stekker in het stopcontact te steken eerst contro-
leren of de lijnspanning overeenkomt met de gewenste voe-
ding, teneinde schade aan de generator te voorkomen.
3.
De driefasige lasapparaten worden geleverd voor een voe-
ding van 400 V.
2 NL