Storingsindicatie
Lampje brandt continu rood:
– Elektrische storing in het apparaat
Netstekker uittrekken.
Klantendienst raadplegen.
Lampje knippert 1x rood:
– hogedrukkant ondicht
Hogedrukslang, slangverbindingen en
handspuitpistool op dichtheid controleren.
Lampje knippert 2x rood:
– motor overbelast/oververhit
Apparaatschakelaar op „0" stellen.
Apparaat laten afkoelen.
Apparaatschakelaar op „I" stellen.
– Waterdruk te laag
Zorg voor een voldoende waterleidings-
druk.
Lampje knippert 3x rood:
– fout in de spanningstoevoer
Netaansluiting en netzekeringen con-
troleren.
Lampje knippert 4x rood:
– stroomopname te hoog
Klantendienst raadplegen.
Apparaat draait niet
– Geen netspanning
Controleren of de aangegeven span-
ning op het typeplaatje overeenkomt
met de spanning van de stroombron.
Netaansluitkabel op beschadiging con-
troleren.
– Controlelampje knippert groen
Bedrijfsklaarheid is afgelopen. Appa-
raat uit- en opnieuw inschakelen.
– Beveiliging tegen watertekort (optie) is
geactiveerd wegens een te lage druk
van de watertoevoer.
Het controlelampje Watertekort brandt.
Druk van de watertoevoer controleren, mi-
nimale waarden, „Technische gegevens".
Om het apparaat weer aan te zetten
moet u de apparaatschakelaar eerst op
„0" zetten en dan weer inschakelen.
– Motor overbelast/oververhit resp. fase-
beveiliging of spoelveiligheidsschake-
laar zijn geactiveerd
Apparaat uitschakelen en laten afkoe-
len. Oorzaak van de storing oplossen.
Apparaat opnieuw inschakelen.
Apparaat bouwt geen druk meer op
– Verkeerde sproeier
Sproeier controleren op juist formaat
(zie „Technische gegevens").
– Sproeier uitgespoeld.
Sproeier reinigen/vervangen.
– Filter vervuild.
Filter aan de wateraansluiting reinigen.
Filterhuis openschroeven, filter verwij-
deren, reinigen en opnieuw plaatsen.
– Lucht in het systeem
Apparaat ontluchten.
Sproeier losschroeven. Apparaat in-
schakelen en laten draaien tot het water
zonder luchtbellen uit het spuitstuk
komt. Apparaat uitschakelen en sproei-
er opnieuw vastschroeven.
– Toevoerleidingen naar de pomp ondicht
of verstopt
Alle toevoerleidingen naar de pomp
controleren op dichtheid of verstopping.
Hogedrukpomp ondicht
3 druppels water per minuut zijn toegelaten
en kunnen ontsnappen aan de onderkant
van het apparaat. Bij sterkere ondichtheid
de klantendienst raadplegen.
Hogedrukpomp klopt
Alle toevoerleidingen naar de hoge-
drukpomp controleren op dichtheid of
verstopping.
Apparaat ontluchten.
Sproeier losschroeven. Apparaat in-
schakelen en laten draaien tot het water
zonder luchtbellen uit het spuitstuk
komt. Apparaat uitschakelen en sproei-
er opnieuw vastschroeven.
In ieder land zijn de door ons bevoegde
verkoopkantoor uitgegeven garantiebepa-
lingen van toepassing. Eventuele storingen
aan het apparaat worden binnen de garan-
tieperiode gratis verholpen, voorzover deze
veroorzaakt worden door een materiaal- of
fabricagefout.
De garantie is alleen dan rechtsgeldig, als
uw dealer de bijgevoegde antwoordkaart
– 8
NL
Garantie
57