7
Onderhoud
Voor de inbedrijfstelling moet EN 12056-4 in acht genomen worden.
7.1
Onderhoudsinterval
Het onderhoud moet conform de normen met de volgende tussenpozen gebeuren:
1x per kwartaal bij installaties met bedrijfsmatige toepassing
1x per half jaar bij installaties in meergezinswoningen
1x per jaar bij installaties met particuliere toepassing
Visuele controle
De installatie moet elke maand door de exploitant worden gecontroleerd op werkbaarheid en dichtheid door twee schakel-
cycli te observeren.
7.2
Pomp
Pomp en persleiding onderhouden
LET OP
Installatie vrijschakelen!
Waarborgen dat de elektrische componenten tij-
dens de werkzaamheden losgekoppeld zijn van
de voedingsspanning.
Afdekplaat verwijderen.
Eenhandssluiting bij de aansluiting van de persleiding
openen.
Pomp inclusief persleiding met het handvat uitnemen.
VOORZICHTIG
Waterkolom loopt terug!
Onderdelen van de pomp controleren op vervormin-
gen en sediment, eventueel contact opnemen met de
KESSEL-klantenservice.
Controleren of de beweegbare delen makkelijk bewegen.
Onderdelen van de armaturen visueel controleren.
De vlotterschakelaar met een vochtige doek afnemen.
De open waaier schoonmaken/onderhouden
De spiraalbehuizing demonteren.
De open waaier controleren op vervormingen en of hij
makkelijk draait.
De vrijgemaakte open waaier demonteren en met een
waterbad schoonmaken.
De ontluchtingsopening vrijmaken.
De pomp in omgekeerde volgorde weer monteren.
66 / 84
Inbouw- en bedieningshandleiding
016-232_01