8.3
ANTISCALP WIELTJES
Door de verschillende montageposities van de wielen
wordt er een veiligheidsafstand "H" gehouden tussen
de rand van de snijgroep en de grond (Afb.19.A).
Regel de positie van de antiscalp wielen naar gelang
de oneffenheid van de grond.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Deze werkzaamheid moet steeds op beide wieltjes
uitgevoerd worden, die op dezelfde hoogte geplaatst
moeten worden, bij uitgeschakelde machine.
Om de positie te veranderen:
1. draai de schroef los (Afb. 19.B);
2. herplaats het wieltje (Afb. 19.A) met de
afstandhouder (Afb. 19.C) in de opening ter hoogte
van de gewenste afstand;
3. draai de schroef (Afb. 19.B) stevig in de moer
(Afb. 19.D).
8.4
REINIGING
Reinig de machine na ieder gebruik volgens de
volgende aanwijzingen.
8.4.1
Reiniging van de machine
• Reinig de buitenkant van de machine door de
plastic delen van de carrosserie schoon te maken
met een spons met water en reinigingsmiddel, en
let er goed op dat de elektrische motoren, de accu
en de onderdelen van de elektrische installatie niet
beschadigd worden.
• Houd de motor en de zitting van de accu vrij van
resten gras, bladeren of teveel vet, om het risico op
brand tot een minimum te herleiden.
• Houd het knoppenbord en de manipulatorbescher-
ming van de tractieafstelling vrij van vuil en puin.
LET OP
Gebruik in geen geval water met hoge druk of bijtende
middelen voor het reinigen van de carrosserie en de
elektrische motoren.
8.4.2
Reiniging van de snijgroep
Maak de snijgroep zorgvuldig schoon om alle
grasresten en afval te verwijderen.
WAARSCHUWING
Verwijder tijdens het schoonmaken van de snijgroep
mensen en dieren uit het omliggende gebied .
a. Reiniging van de binnenkant
LET OP
Het wassen van de binnenkant van de maaiinrichting
en het uitwerpkanaal moet worden uitgevoerd met
de zijdelingse aflaatdeflector of met de mulchplug
gemonteerd.
1. Plaats de machine op een vlakke oppervlakte en
met een stevige vloer.
2. Sluit een waterleiding aan op een van de twee
speciale fittingen (Afb. 20.A) en activeer de
watertoevoer.
3. Ga op de bestuurdersstoel zitten, houd de
transmissiemanipulator in de centrale "neutrale"
stand en start de machine.
4. Laat de snij-inrichtingen volledig zakken en schakel
de snij-inrichtingen in.
5. Laat het water een paar minuten stromen en stop
de machine.
6. Sluit de watertoevoer af en koppel de slang los van
de fitting.
7. Herhaal de procedure bij de andere fitting.
b. Reiniging van de buitenkant
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Op de bovenkant van de snijgroep mogen zich
geen afval en droge grasresten ophopen om de
doeltreffendheid en de veiligheid van de machine op
maximaal niveau te houden.
Voor de reiniging van de bovenkant van de snijgroep:
• laat het geheel van de snijinrichtingen volledig
zakken (positie "1");
• een persluchtstraal blazen (Afb. 21).
8.5
SMERING
Object
Snijgroep
Assen van de
achterwielen
8.6
MOEREN EN SCHROEVEN VOOR
BEVESTIGING
Laat bouten en schroeven vastgedraaid zitten om er
zeker van te zijn dat de machine altijd op een veilige
manier gebruiksklaar is.
NL - 20
Actie
Smeer de hijspunten met olie
(Afb.22.A).
Verwijder de wielen. Smeer
de assen met vet (par. 9.3.4)
(Afb. 22.B).