9. DE AFSCHERMINGEN VOOR DE LUCHTINLAATOPENINGEN GEBRUIKEN
a. Maai het gras bij normale maaiomstandigheden met de luchtinlaatafscherming (1) gesloten.
b. Als u met een lage maaihoogte maait, kan het zijn dat er onvoldoende inlaatlucht langs de onderkant van het
maaidek komt. U kunt de luchtcirculatie verhogen door de moer van de knop (3) los te draaien en de luchtinlaatklep
(2) in de stand OPEN te draaien.
Draai na het openen van de afscherming van de luchtinlaat (1) de moer van de knop (3) weer stevig vast.
(De afscherming van de luchtinlaat in geopende stand)
(De afscherming van de luchtinlaat in gesloten stand)
OPEN
OPEN
OPEN
OPEN
CLOSE
CLOSE
CLOSE
CLOSE
(1) Afscherming luchtinlaat
3
3
2
2
(2) Luchtinlaatklep
III. HET MAAIDEK GEBRUIKEN
OPEN
OPEN
OPEN
OPEN
CLOSE
CLOSE
CLOSE
CLOSE
(3) Moer knop
81
1
1