N L
C O M P O N E N T E N
HARDHEID (IN °F)
15
20
25
30
35
40
45
Naargelang de kalkaanslag kan deze naar de middelste positie worden gezet
(1 liter = 3h 55 min.). Andere instellingen proefondervindelijk aan te passen naar
gelang de plaatselijke hardheid/toepassing/reinigingstemperatuur.
Attentie: de ontharderpomp altijd laten op staan, niet afzetten
De brander kan nog 2 uur werken vooraleer de PLC de brander laat
uitschakelen.
Tijdens deze 2 uur zal de resettoets beginnen te knipperen (of een melding
verschijnen) om aan te geven dat de ontharder bijna op is. De ontharderpomp
zal niet functioneren bij koud water maar springt automatisch op wanneer de
brandermotor geactiveerd wordt en blijft gedurende x seconden napompen
wanneer de brandermotor wordt gedeactiveerd! De ontharderpomp heeft
tevens een droogloopbeveiliging van de onthardertank. Zie foto.
Raadpleeg, indien nodig, het bijgeleverde veiligheidsinformatieblad
(1.837.901) van het ontharderproduct. Controleer de maatregelen
ter beheersing van blootstelling & persoonlijke bescherming
/ eerstehulpmaatregelen / brandbestrijdingsmaatregelen.
23 O N T LU C H T I N G S K R A A N P O M P
De ontluchtingskraan zorgt voor de ontluchting van de pomp. Draai de kraan
open om te ontluchten. Let op: alleen ontluchten wanneer aanzuigleiding
gevuld is met water, daarom eerst de watertank volledig vullen alvorens pomp
te ontluchten! Kraan steeds terug dichtdraaien na het ontluchtingsproces!
24 I N S T E LV E N T I E L BY PA S S L E I D I N G
Via het instelventiel kan men de bypassdruk regelen zodat het drukregelventiel
goed functioneert (bijv: bij werken op grote hoogte).
Dit ventiel is ingesteld af- fabriek.
25 OV E R S T R O O M V E N T I E L
Het overstroomventiel is bevestigd aan de watertank op het frame.
Dit ventiel is ingesteld af- fabriek. Dit ventiel zorgt ervoor dat er een constante
druk aanwezig blijft in de bypassleiding.
DiBO 22
HARDHEID (IN °D)
8.4
11.2
14
16.8
19.6
22.4
25.2
POSITIE POMP
1
2
3
4
5
6
7