OVERGESLAGEN OF ONREGELMATIGE STEKEN
Onjuiste inrijging .................................................................. 34-72
Onjuiste draadspanning ...................................................... 82-86
Naaldproblemen: slechte kwaliteit, verbogen of stomp ........... 32
Naalden niet juist ingebracht .................................................... 24
Niet trekken aan de stof, maar zacht geleiden ........................ 76
Onjuiste persvoet ................................................................ 30, 56
Naaldplaat of voet niet goed bevestigd .................................. 104
Snijbreedteknop niet juist ingesteld ......................................... 24
Draadgeleiderpin niet goed uitgetrokken/geplaatst ................. 14
Persvoet niet omhoog zetten aan eind van naad .................... 76
Onjuiste druk gebruikt voor zware stof .............................. 74, 98
DRAADBREUK
Onjuiste inrijging .................................................................. 34-72
Onjuiste draadspanning ...................................................... 82-86
Draad verward of in de knoop ............................................. 34-36
Wanneer u de ondergrijper opnieuw inrijgt, moet u de
draad uit het oog van de naald halen alvorens de
grijper opnieuw in te rijgen ................................................. 80
Naaldplaat of voet niet goed bevestigd .................................. 104
Draadgeleiderpin niet goed uitgetrokken/geplaatst ................. 14
Gebruik de foamringen om te voorkomen dat de draad in
de war raakt ........................................................................ 14
KETTINGSTEEK OF DEKZOOMDRAAD BREEKT
Draadspanning te hoog ....................................................... 82-86
Steeklengte te kort, SL moet hoger zijn dan ...................... 2,5 90
Naaldproblemen: slechte kwaliteit, verbogen of stomp ........... 32
Naald niet goed ingebracht ...................................................... 24
Wanneer u de ondergrijper opnieuw inrijgt, moet u de
draad uit het oog van de naald halen alvorens de grijper
opnieuw in te rijgen ............................................................ 80
OPRIMPELEN
Bovendraadspanning te hoog ............................................. 82-86
Steeklengte te groot ................................................................. 90
Draad te zwaar .................................................................... 32-36
Persvoetdruk niet geschikt voor de stof ............................. 74, 98
Naaldplaat of voet niet goed bevestigd .................................. 104
Differentieeltransport niet geschikt voor de stofinstelling ........ 88
NAALDBREUK
Naald raakt voet of naaldplaat terwijl u aan de stof trekt
trek niet aan de stof, maar leid deze zachtjes ................... 76
Naaldproblemen: slechte kwaliteit, verbogen of stomp ........... 32
Naald niet goed ingebracht ...................................................... 24
Naaldformaat niet geschikt voor de stof .................................. 32
PROBLEMEN OPLOSSEN
MACHINE LOOPT VAST
Onjuiste inrijging .................................................................. 34-72
Naaldplaat niet goed bevestigd .............................................. 104
Steeklengte te klein ............................................................ 22, 90
Onjuiste draadspanning ...................................................... 82-86
Kettingnaalddraad niet goed ingebracht in de spanningschijven;
gebruik de spanningontgrendelhendel ......................... 60, 82
Draad verward of in de knoop ............................................. 34-36
Persvoetdruk instellen .............................................................. 74
Gebruik de foamringen om te voorkomen dat de draad
in de war raakt .................................................................... 14
Bovenmes is ontkoppeld en de rand van de stof is
te ver naar rechts; naalden breken mogelijk ...................... 26
MACHINE LOOPT TRAAG OF GEHEEL NIET
Voetpedaal opnieuw aansluiten ............................................... 16
Reinigen en oliën .................................................................... 104
MACHINE MAAKT LAWAAI
Reinigen en oliën .................................................................... 104
Boven- en ondermes reinigen ................................................ 104
Verbogen of stompe naad(en) vervangen ............................... 32
Bovenmes vervangen ............................................................. 106
STOF WORDT NIET AFGESNEDEN
Bovenmes niet goed geactiveerd ............................................. 26
Bovenmes niet goed bevestigd .............................................. 106
Controleren of bovenmes goed is vergrendeld ........................ 92
STOF WORDT NIET GOED AFGESNEDEN
Snijbreedteknop niet juist ingesteld ......................................... 24
Bovenmes niet goed bevestigd .............................................. 106
Boven- en ondermes reinigen ................................................ 104
Controleren of bovenmes goed is vergrendeld ........................ 92
Bovenmes vergrendelen wanneer u zware stof naait .............. 92
Bovenmes ontgrendelen wanneer u geen zware
stof naait ............................................................................. 92
Bovenmes vervangen ............................................................. 106
Stand naaldplaatinstelknop controleren ................................... 30
STEKEN NIET GOED LANGS DE RAND VAN DE STOF
Onjuist programmanummer geselecteerd ................................ 20
Alle inrijgpunten nogmaals controleren ............................... 34-72
Snijbreedteknop niet juist ingesteld ......................................... 24
Stand naaldplaatinstelknop controleren ................................... 30
108