Nederlands
Binnen de lijst kunnen de meldingen met de toet-
sen »+« en »-« worden opgeroepen. De onder-
Code
Alarmtekst
E040
Sensor
gestoord
E060
Uitgangsdruk
max
E061
Uitgangsdruk
min
E062
Watergebrek
E080.1 –
Pomp 1...6
E080.6
alarm
E082
FO-fout
E100
Batterijfout
Neem contact op met de dichtstbijzijnde
Wilo-servicedienst of een filiaal als de bedrijfssto-
ring niet kan worden verholpen.
138
Oorzaken
Druksensor defect
Geen elektrische verbinding met sensor
De uitgangsdruk van het systeem is (bijv.
door storing van de regelaar) gestegen
boven de in menu 4.3.2.2 ingestelde waarde
De uitgangsdruk van het systeem is (bijv.
door storing van de regelaar) gedaald tot
onder de in menu 4.3.2.2 ingestelde waarde
Droogloopbeveiliging is geactiveerd
Overtemperatuur wikkeling (wikkelings-
veiligheidscontact/PTC)
Motorbeveiliging is geactiveerd (overstroom
of kortsluiting in toevoerleiding)
Verzamelstoringsmelding van de pomp-fre-
quentieomvormer werd geactiveerd (alleen
uitvoering CCe)
Frequentieomvormer heeft fout gemeld
Elektrische verbinding gestoord
Motorbeveiliging van de frequentieomvor-
mer is geactiveerd (bijv. kortsluiting van de
netvoedingskabel van de frequentieomvor-
mer; overbelasting van de aangesloten
pomp)
De batterijlading is minimaal; buffering van
de real-time-klok is niet meer gewaarborgd
staande tabel bevat een lijst met alle
storingsmeldingen
Oplossingen
Sensor vervangen
Elektrische verbinding herstellen
Werking van de regelaar controleren
Installatie controleren
Controleren of instelwaarde overeen-
komt met de omstandigheden ter
plaatse
Buisleiding controleren en zo nodig
repareren
Toevoer/breektank controleren; pom-
pen starten vanzelf weer
Koellamellen reinigen; motoren zijn
berekend op een omgevingstempera-
tuur van +40 °C (zie ook inbouw- en
bedieningsvoorschriften van de pomp)
Pomp (volgens inbouw- en bedienings-
voorschriften van de pomp) en toevoer-
leiding controleren
Pomp (volgens inbouw- en bedienings-
voorschriften van de pomp) en toevoer-
leiding controleren
Fout in menu 4.3.5.2 of aan frequentie-
omvormer aflezen en volgens inbouw-
en bedieningsvoorschriften van de fre-
quentieomvormer handelen
Verbinding met de frequentieomvormer
controleren en indien nodig herstellen
Netvoedingskabel controleren en zo
nodig herstellen; pomp (volgens
inbouw- en bedieningsvoorschriften van
de pomp) controleren
Batterij vervangen (zie paragraaf 9)
WILO SE 11/2018