9-5-3. De openingen rond de buizen afsluiten
Verzegel alle openingen rond de leidingen en draden om kleine dieren, regenwater of
sneeuw buiten te houden.
- Als u dat niet doet, kan dit leiden tot stroomverlies, elektrische schok of schade aan de unit.
Ⓐ
9-6. Luchtdichtheidsproef
Gebruik geen zuurstof, ontvlambaar gas of een chloorhoudende koelvloeistof voor de
luchtdichtheidsproef.
- Dit kan leiden tot een ontploffing. Chloor zal de koelmachineolie degenereren.
Nadat de installatie van de koelleiding is voltooid, controleert u het systeem op lekken door een luchtdichtheidsproef
uit te voeren. Als er een lek is, verandert de samenstelling van de koelvloeistof en verminderen de prestaties.
<Procedure luchtdichtheidsproef>
① Controleer of de afsluitkleppen gesloten zijn.
② Voeg druk toe aan de koelleidingen via de inlaatpoorten van de vloeistof- en gasleidingen.
* Voer met stikstofgas de druk op tot de ontwerpdruk (4,15 MPa).
③ Als de druk gedurende een dag zo blijft en niet vermindert, hebben de leidingen de test doorstaan en zijn er
geen lekken. Als de druk vermindert, is er een lek. Zoek de bron van het lek door een zeepoplossing (bijv.
Gupoflex) op de gekoppelde of gesoldeerde delen te spuiten.
④ Veeg de zeepoplossing af.
Ⓐ
KJ79F137H01
Ⓑ
Ⓑ
Ⓑ
Ⓒ
HI
LO
Ⓓ
Ⓔ
Ⓐ
Voorbeeld van afdichtingsmaterialen (niet meegeleverd)
Ⓑ
Vul de openingen
Ⓐ
Stikstofgas
Ⓕ
Ⓑ
Naar binnenunit
Ⓖ
Ⓒ
Verdeelstuk met drukmeter
Ⓓ
Lagedrukknop
Ⓗ
Ⓔ
Hogedrukknop
Ⓕ
Ventiel op afsluitklep
Ⓘ
Ⓖ
Vloeistofleiding
Ⓙ
Ⓗ
Gasleiding
Ⓘ
Buitenunit
Ⓙ
Inlaatpoort
NL-34