Nederlands
1
► Olie-uitstroomkanaal (1), olietoevoerboring (2)
en moer (3) met een kwast, een zachte borstel
of STIHL harsoplosmiddel reinigen.
► Zaagketting met een kwast, een zachte borstel
of STIHL harsoplosmiddel reinigen.
► Zaagblad en zaagketting monteren.
17.3
Vliesluchtfilter reinigen
► Motorzaag uitschakelen, kettingrem inschake‐
len en accu eruit nemen.
1
► De bouten (1) zo ver linksom draaien tot de
kap (2) kan worden verwijderd.
► Kap (2) wegnemen.
► Borgnok (3) indrukken en het luchtfilter (4)
wegnemen.
► Luchtfilter (4) uitkloppen.
► Als het luchtfilter (4) is beschadigd: luchtfilter
(4) vervangen.
► Luchtfilter (4) vanaf de schone zijde met pers‐
lucht schoon blazen.
WAARSCHUWING
■ Als reinigingsmiddel in contact komt met de
huid of de ogen, kunnen de huid of de ogen
geïrriteerd raken.
► Op de gebruiksaanwijzing van het reini‐
gingsmiddel letten.
► Contact met reinigingsmiddelen vermijden.
► Als contact met de huid heeft plaatsgevon‐
den: was de betreffende plekken op de huid
met veel water en zeep.
► Als contact met de ogen heeft plaatsgevon‐
den: was de ogen ten minste 15 minuten
met veel water en raadpleeg een arts.
► De buiten- en binnenzijde van het luchtfil‐
ter (4) inspuiten met STIHL speciaal reini‐
138
3
2
3
3
2
4
gingsmiddel of een reinigingsmiddel met
een pH‑waarde hoger dan 12.
► STIHL speciaal reinigingsmiddel of reinigings‐
middel 10 minuten laten inwerken.
► Schone zijde van het luchtfilter (4) onder stro‐
mend water afspoelen.
► Vuile zijde van het luchtfilter (4) onder stro‐
mend water afspoelen.
► Luchtfilter (4) aan de lucht laten drogen.
5
6
► Luchtfilter (4) dusdanig plaatsen dat de ver‐
grendelingsnok (5) in de uitsparing (6) grijpt.
► Luchtfilter (4) dichtklappen.
Het luchtfilter (4) klikt hoorbaar vast.
► Kap (2) aanbrengen.
► De bouten (1) aanbrengen en vastdraaien.
17.4
Accu reinigen
► De accu met een vochtige doek reinigen.
18 Onderhoud
18.1
Onderhoudsintervallen
Onderhoudsintervallen zijn afhankelijk van de
omgevings- en werkomstandigheden.
STIHL adviseert de volgende onderhoudsinter‐
vallen:
Kettingrem
► De kettingrem met de volgende intervallen
door een STIHL dealer laten onderhouden:
– Continu gebruik: elk kwartaal
– Periodiek gebruik: halfjaarlijks
– Incidenteel gebruik: jaarlijks
Wekelijks
► Kettingtandwiel controleren.
► Zaagblad controleren en ontbramen.
► Zaagketting controleren en aanscherpen/slij‐
pen.
Maandelijks
► Olietank door een STIHL dealer laten reinigen.
► Luchtfilter reinigen.
► Bij intensief gebruik bij het onderhoud van pal‐
men: het gedeelte achter het kettingtandwiel
en rond het kettingtandwiel door een STIHL
dealer laten reinigen en invetten.
18 Onderhoud
4
0458-007-9602-A