nl Uw apparaat leren kennen
Bij de meeste keuzelijsten, bijv. programma's, begint
na het laatste punt het eerste weer. Bij enkele keuzelijs-
ten, bijv. tijdsduur, moet u de draaiknop weer terug-
draaien wanneer de minimale of maximale waarde be-
reikt is.
4.2 Functies
Het menu is onderverdeeld in verschillende functies.
Functie
Gebruik
Verwarmings-
Er zijn verschillende fijn afgestemde
methoden
verwarmingsmethoden voor een opti-
male bereiding van uw gerechten.
Magnetron
Met de magnetron kunt u de gerech-
ten sneller bereiden, verwarmen of
ontdooien.
4.3 Verwarmingsmethoden
Hier vindt u een overzicht van de verwarmingsmethoden. U krijgt aanbevelingen over het gebruik van de verwar-
mingsmethoden.
Symbool
Naam
Grill
Hete lucht
Circulatiegrill
Opmerking: Bij elke verwarmingsmethode geeft het ap-
paraat een voorgestelde temperatuur weer. De voorge-
stelde temperatuur kunt u overnemen of in het betref-
fende bereik wijzigen.
4.4 Binnenruimte
Functies voor de binnenruimte vergemakkelijken het
gebruik van uw apparaat.
Verlichting van de binnenruimte
De verlichting van de binnenruimte is tijdens het ge-
bruik altijd aan. Als het apparaat de functie beëindigt,
schakelt het apparaat uit.
Wanneer u de apparaatdeur opent, gaat de verlichting
van de binnenruimte aan. Dit helpt u bijv. bij de reini-
ging van uw apparaat. Na ca. 15 minuten gaat de ver-
lichting van de binnenruimte automatisch uit.
Koelventilator
De koelventilator wordt zo nodig in- en uitgeschakeld.
Warme lucht komt vrij via de ventilatiesleuven boven de
apparaatdeur.
LET OP!
Door het afdekken van de ventilatiesleuven raakt het
apparaat oververhit.
▶
Dek de ventilatiesleuven niet af.
174
Temperatuur /
Gebruik
standen
Grillstanden:
Platte grill-producten, zoals steaks, worstjes of toast grillen. Gerech-
¡ 1 = zwak
ten gratineren.
¡ 2 = gemid-
deld
¡ 3 = sterk
40°C
Gistdeeg laten rijzen, slagroomtaarten ontdooien.
100-230°C
Op één niveau bakken of braden.
100-190°C
Voor het bakken van gevogelte, volledige vissen en grotere stukken
vlees.
Functie
Gebruik
Stoom
Gerechten bereiden met stoom. Er
zijn verschillende fijn afgestemde
stoomstanden voor een optimale be-
reiding van uw gerechten.
Magnetron-
Naast de stoomfunctie of grillfunctie
combi
kunt u de magnetron inschakelen.
Stoom-combi-
Naast de magnetronfunctie of grill-
functie
functie kunt u de stoomfunctie in-
schakelen.
Reinigen
Er zijn verschillende functies voor de
reiniging: Ontkalken en Spoelen
Basisinstellin-
De basisinstellingen aanpassen.
gen
→ "Basisinstellingen", Pagina 190
De koelventilator loopt een bepaalde tijd na, zodat de
binnenruimte na gebruik sneller afkoelt. Wanneer het
apparaat in de magnetronfunctie wordt gebruikt, blijft
het apparaat koud, de koelventilator schakelt niettemin
in. De koelventilator kan blijven draaien, ook wanneer
het gebruik van de magnetron reeds is beëindigd.
Condenswater
Bij het bereiden kan in de binnenruimte en op de deur
van het apparaat condensvorming optreden. Condens
is normaal en heeft geen invloed op de werking van
het apparaat. Veeg na het bereiden het condens af.