Télécharger Imprimer la page

Saf-Fro DV 400 FW FEEDER Instruction De Securite D'emploi Et D'entretien page 32

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 8
NL
1.0
TECHNISCHE BESCHRIJVING
1.1
BESCHRIJVING
De draadaanvoereenheid samen met de generator de appara-
tuur, die gebruikt kan worden voor het lasproces MIG/MAG met
gelijkstroom. Door aansluiting op de generator is het in staat om
aan veel werkeisen te voldoen. De automatische regulatie van de
aanvoersnelheid bestrijkt drie tot vier standen van veranderingen
in de lasspanning, wat de regulatie van de parameters van het las-
sen vereenvoudigt. Behalve dat past het het ook vloeiend de aan-
voersnelheid van de draad aan ten opzichte van de lasspanning
en de veranderingen van de lengte van de lasboog.
1.2
TECHNISCHE KARAKTERISTIEKEN
24 V
U1
24 V 50/60 Hz
I1
3 A
X
60%
100%
I2
345 A
270 A
Bereik dikte volle draden*
Bereik dikte holle draden*
Grootte van de spoel
Gas**
Koeling
*Voor het gebruik van het het scala mogelijke draden moeten de
geleverde draadgeleidingswieltjes aangevuld worden met die,
welke een geschikte gleuf hebben (bijv. gekartelde gleufjes voor
holle draden)
**Het soort te gebruiken beschermingsgas hangt af van het type
metaal, dat gelast gaat worden; bekijk enkele voorbeelden in de
nuvolgende tabel:
Te lassen materiaal
Staal
Roestvaststaal
Aluminium
2.0
AANSLUITING OP DE GENERATOR
1.
Overtuig U voor het uitvoeren van deze werkzaamheden er-
van, dat de generator uitgeschakeld is.
2.
Stop de stroomstekker van de hoofdkabel in het daarvoor be-
stemde stopcontact die zich op het achterpaneel van het ap-
paraat bevindt (helemaal doordrukken en naar rechts
draaien, zodat hij stevig vast zit)
3.
Stop de meerpinnige connector in het daarvoor bestemde
stopcontact en voorzie het van een passend uiteinde.
4.
Maak de gasslang die uit de kabel komt vast aan de drukbe-
grenzer van de tank.
3.0
MONTAGE VAN DE SPOEL MET DRAAD
3.1
MONTAGE VAN DE SPOEL MET DRAAD
1.
Plaats de spoel met de draad zodanig op het desbetreffende
asje, dat ze samen kunnen draaien.
2.
Stel de rem van het asje met behulp van het asmoertje zoda-
nig af, dat de spoel gemakkelijk draait (op sommige asjes is
dit stelmoertje niet zichtbaar, maar toegankelijk na het verwij-
deren van het bengrenzertongetje).
3.
Open het bovenste bruggetje van de draadaanvoereenheid.
4.
Controleer of de geleidingswieltjes geschikt zijn voor de te
gebruiken draad. Vervang ze indien dit niet het geval is.
TECHNISCHE BESCHRIJVING
42 V
U1
0-24-42 V 50/60 Hz
I1
1 A (24 V) - 5 A (42 V)
X
60%
100%
I2
450 A
350 A
24 V
42 V
Ø 0,6 ÷ 1,2 mm
Ø 0,6 ÷ 1,6 mm
Ø 0,8 ÷ 1,2 mm
Ø 0,8 ÷ 2,4 mm
Ø 300 mm
Ar or CO2 o MIX
(max 4 bar)
WELDLINE FREEZECOOL
Geschikt beschermingsgas
CO2 / mengsel (Ar + CO2)
mengsel (Ar + O2)
Ar
5.
Maak de draad aan het einde recht en knip er een stukje van
af.
6.
Trek de draad bovenlangs de twee onderste geleidingswiel-
tjes en stop hem in het aansluitbuisje van de brander, tot hij
er ongeveer 10 cm. uitsteekt.
7.
Sluit het bovenste bruggetje van de draadaanvoereenheid
en controleer of de draad in het betreffende gleufje geplaatst
is.
8.
Bevestig de lasbrander en stop het uitstekende deel van de
draad in de houder, waarbij U volgt of de geleidingspinnen
juist in de holtes terecht zijn gekomen en of het bevestigings-
moertje helemaal is aangedraaid.
3.2
IN GEBRUIKNEMING
1.
Zet de machine aan.
2.
Zet de hoofdschakelaar in de middelste stand.
3.
Demonteer van de lasbrander het gasmondstukje en de
draadgeleiding. Druk op de knop en schuif de draad door,
totdat hij er aan de voorkant van de brander uitkomt. Gebruik
bij het doorschuiven van de draad door de brander het hand-
wieltje voor het instellen van de kracht, die het draad-aan-
drukgeleidingswieltje overbrengt naar het aangeefgelei-
dingswieltje.
4.
De instelling moet er voor zorgen, dat de lasdraad regelma-
tig, zonder te slippen en zonder vervorming over de gelei-
dingswieltjes voortbeweegt. Maak de brander vast aan de
draadgeleiding, die gekozen is volgens de te gebruiken
draad.
LASDRAAD KAN VERWONDINGEN VEROORZAKEN.
Richt de lasbrander nooit op het lichaam of op anderen meta-
len bij het afwinden van het lasdraad.
5.
Plaats het gasmondstukje terug.
6.
Open de kraan van de gastank.
7.
Breng de grondklem aan op het te lassen deel, op een plaats
zonder roest, verf, vet of kunststof.
BELANGRIJK: INDIEN DE DRAADAANGEEFEENHEID GE-
DURENDE HET LASSEN IS OPGEHANGEN, ZORG ER DAN
VOOR, DAT HET CHASSIS GEISOLEERD IS TEN OPZICHTE
VAN HET AARDINGSCIRCUIT (DWZ GEBRUIK OPHANGBAN-
DEN VAN NYLON OF EEN ANDER ISOLEREND MATERIAAL)
DEZE MAATREGEL IS NOODZAKELIJK, OM EEN MOGELIJK
OPNIEUW INSCHAKELEN VAN DE LASSTROOM VIA DE OP-
HANGING EN HET AARDINGSCIRCUIT VAN HET ELEK-
TRISCHE SYSTEEM TE VOORKOMEN.
Het zich niet houden aan deze veiligheidsmaatregel kan lei-
den tot een ernstige beschadiging van het elektrische sy-
steem en een waardevermindering van het hefsysteem van
het karretje.
2 NL

Publicité

loading