De batterijen moeten worden verwijderd en opgeladen, als
het batterijsymbool (batterij leeg) verschijnt! Ze moeten niet
in het apparaat blijven, omdat ze beschadigd kunnen raken
(volledige ontlading tengevolge van een minimaal gebruik
van het apparaat, zelfs wanneer het uitstaat).
Verwijder altijd de oplaadbare batterijen, als u niet van plan
bent het apparaat voor een week of langer te gebruiken!
De batterijen kunnen NIET worden opgeladen in de bloed-
drukmonitor! Laad deze batterijen op in een externe
oplader en houdt u aan de informatie met betrekking tot het
opladen, onderhoud en duurzaamheid!
8. Gebruik van een netadapter
U kunt dit apparaat met de Microlife netadapter (DC 6V, 600 mA)
gebruiken.
Gebruik alleen de origineel beschikbare Microlife
netadapter voor uw voedingsspanning.
Controleer dat zowel de netadapter als de kabel niet
beschadigd zijn.
1. Steek de adapter kabel in de netadapteraansluiting 5 van de
bloeddrukmonitor.
2. Steek de netadapterstekker in de wandcontactdoos.
Wanneer de netadapter is aangesloten, wordt er geen batterij-
stroom gebruikt.
9. Foutmeldingen
Als er een fout optreedt, wordt de meting onderbroken en wordt
een foutmelding, b.v. «Err 3», weergegeven.
Fout
Beschrijving Mogelijke oorzaak en oplossing
«Err 1» Signaal te
De polsslag wordt onvoldoende
zwak
doorgegeven door de manchet. Plaats
de manchet opnieuw en herhaal de
meting.*
«Err 2»
Foutmelding Tijdens het meten zijn er fouten
ontstaan, door bijvoorbeeld een bewe-
BN
ging of samentrekking van een spier.
Herhaal de meting terwijl u uw arm stil
houdt.
72
Fout
Beschrijving Mogelijke oorzaak en oplossing
«Err 3»
Geen juiste
Een adequate druk kan niet in de
drukopbouw
manchet worden geproduceerd. Er
BK
in de
kan een lek in het manchet zijn.
manchet
Controleer of de manchet goed is
aangesloten en niet te los om de arm
zit. Vervang de batterijen indien nodig.
Herhaal de meting.
«Err 5» Abnormaal
De meetsignalen zijn onbetrouwbaar
resultaat
en daarom kan geen resultaat worden
weergegeven. Lees voor het uitvoeren
van betrouwbare metingen de check-
list door en herhaal de meting.*
«Err 6» MAM Modus Er waren teveel fouten tijdens het
meten in MAM mode, wat het onmo-
gelijk maakt om een betrouwbaar
resultaat weer te geven. Lees voor het
uitvoeren van betrouwbare metingen
de checklist door en herhaal de
meting.*
«HI»
Hartslag of
De druk in de manchet is te hoog
manchetdruk
(boven 299 mmHg) OF de hartslagfre-
te hoog
quentie is te hoog (boven 200 slagen
per minuut). Ontspan gedurende
5 minuten en herhaal de meting.*
«LO»
Polsslag te
De hartslagfrequentie is te laag
laag
(minder dan 40 slagen per minuut).
Herhaal de meting.*
* Neem a.u.b. onmiddelijk contact op met uw arts wanneer dit of
enig ander probleem vaker optreedt.
Als u denkt dat de resultaten ongebruikelijk zijn, leest u dan
a.u.b. zorgvuldig de informatie in «Paragraaf 1.».
10. Veiligheid, onderhoud, nauwkeurigheidstest en
verwijdering
Veiligheid en bescherming
Volg de instructies voor correct gebruik. Deze documentatie
voorziet u van belangrijke bedienings- en veiligheidsvoor-
schriften betreffende dit apparaat. Lees de documentatie zorg-