Informatie voor de arts in geval van het herhaaldelijk
verschijnen van het IHB-symbool
Dit apparaat is een oscillometrische bloeddrukmeter die ook de
pols meet tijdens bloeddrukmeting en aangeeft wanneer de hart-
slag onregelmatig is.
5. Verkeerslichtindicatie in de weergave
De balken aan de linkerkant van het display AR toont de range
waarin de gemeten waarden liggen. Afhankelijk van de uitgelezen
waarde optimaal (groen), verhoogd (geel), te hoog (oranje) of
gevaarlijke hoog (rood) geeft het de overeenkomende kleur aan.
Deze classificaties zijn gebaseerd op internationale richtlijnen
(aan ESH, ESC, JSH), zoals beschreven in «sectie 1.».
6. Geheugenopslag
Dit apparaat heeft ruimte voor 99 metingen voor elk van de 2
gebruikers. De metingen worden automatisch opgeslagen.
Bekijken van de opgeslagen waarden
Selecteer gebruiker 1 of 2 met de gebruikersschakelaar 9.
Druk op de M-knop AT, wanneer het apparaat is uitgeschakeld. De
weergave toont eerst «M» BO en «28A», wat staat voor het gemid-
delde van alle opgeslagen waarden.
Wederom op de M-knop drukken toont de vorige waarde. Door
nogmaals op de M-knop te drukken, kunt u door de meetresultaten
heen bladeren.
Geheugen vol
Let op dat de maximale geheugencapaciteit van 99
metingen per gebruiker niet wordt overschreden. Wanneer
de 99 geheugenplaasten vol zijn, wordt de oudste
meting automatisch overschreven met de 100 meting.
Om gegevensverlies te voorkomen, kunnen de meet-
waarden worden geëvalueerd door uw arts voordat de
maximale geheugencapaciteit is bereikt.
Wis alle waarden
Controleer of u de juiste gebruiker heeft geselecteerd.
1. Selecteer gebruiker 1 of 2 met de gebruikersschakelaar 9 als
het apparaat uit staat.
2. Houd de M-knop AT ingedrukt totdat «CL» verschijnt en laat de
knop dan los.
Microlife BP A3 Plus
3. Wanneer «CL» knippert druk dan op de M-knop om alle meet-
waarden permanent te verwijderen.
Om verwijdering te annuleren druk op de AAN/UIT knop
1 wanneer «CL» knippert.
Losse meetwaarden kunnen niet worden gewist.
7. Batterij-indicator en batterijvervanging
Batterijen bijna leeg
Wanneer de batterijen ongeveer ¾ verbruikt zijn zal het batter-
ijsymbool AM knipperen zodra het apparaat ingeschakeld is
(gedeeltelijk geladen batterij wordt weergegeven). Alhoewel het
apparaat door zal gaan met betrouwbaar meten moet u batterijen
weldra vervangen.
Batterijen leeg – vervanging
Wanneer de batterijen leeg zijn, zal het batterijsymbool AM knip-
peren zodra het apparaat ingeschakeld is (lege batterij weerge-
geven). U kunt niet verder meten en moet de batterijen vervangen.
1. Maak het batterijcompartiment open 4 aan de onderzijde van
het apparaat.
2. Vervang de batterijen – controleer de juiste polariteit zoals
getoond door de symbolen in het compartiment.
3. Om de datum en de tijd in te stellen volg de procedure zoals
beschreven in Paragraaf «2. Eerste gebruik van het apparaat».
Het geheugen bevat alle waarden alhoewel datum en tijd
gereset moeten worden – het jaartal knippert daarom
automatisch nadat de batterijen zijn vervangen.
Welke batterijen en welke werkwijze?
Gebruik 4 nieuwe, long-life 1,5V, type AA alkaline
batterijen.
Gebruik geen batterijen waarvan de uiterste verkoopdatum
is verstreken.
Verwijder de batterijen als het apparaat voor een langere
tijd niet gebruikt gaat worden.
Gebruik van oplaadbare batterijen
U kunt voor dit apparaat ook oplaadbare batterijen gebruiken.
Gebruik a.u.b. alleen type «NiMH» oplaadbare batterijen!
NL
71