N.B.: wanneer de instelling de capaciteit van de bron overschrijdt, wordt de rode
In de SYN-modus wordt de draadsnelheid voor de fase "Hete start"/"Zachte start" aangepast ten opzichte van de draadsnelheid van de lasstap (Δ
±70 %). De daadwerkelijke snelheid wordt ter informatie in een grijze kleur getoond. U kunt deze snelheid direct aanpassen in de MAN-modus:
draadsnelheid (m/min.) [1,0 ; 25,0].
3. Lassen
In dit menu kunt u de parameters voor de lasstap aanpassen. Zie Bijlage 2 voor meer informatie over de modi die hieronder kort worden uitgelegd:
N.B.:
Wanneer u de modus hebt gekozen, worden de belangrijkste lasparameters bijgewerkt. U kunt de parameters van de respectievelijke lasmodi dan
direct vanuit de hoofdpagina aanpassen.
Geavanceerde sequencer
Kies de volgorde voor de lasfases in de twee regimes, regime 1 en regime 2, die verschillende Keuze voor de boogoverdrachten kunnen hebben:
Vlak of Gepulseerd.
De boogoverdracht van regime 1 betreft de boogoverdracht die geselecteerd wordt in de synergiebalk op de hoofdpagina voor het afstellen van de
lasparameters.
Onderbroken modus
De las wordt onderbroken door achtereenvolgende inschakel- ('ON') en uitschakeltijden ('OFF').
De duur van de stappen 'ON' en 'OFF' is onafhankelijk van elkaar. U kunt een dissymmetrische cyclus instellen. T(s) [0,5 ; 10,0]
N.B.:
U kunt er in het menu voor kiezen om de "hete start" alleen de eerste keer toe te passen. Ga hiervoor naar: Configuratie > Installatie > Cyclus.
Stapmodus
(
)
De lager wijzigt wanneer de trekker kort wordt overgehaald
Programma-aanroep tijdens de cyclus
Wanneer u deze optie activeert, kunt u tijdens de lascyclus alle programma's aanroepen met behulp van de trekker.. Programma's beheren.
N.B.:U kunt de programma's die tijdens de lascyclus aangeroepen moeten worden activeren in het menu: Configuratie > Installatie > Cyclus.
4. Krater opvullen
DIGIWAVE III
U kunt de fase "Zachte start" instellen, zodat de draadsnelheid tijdens het starten laag is en
zodat er weinig energie wordt gebruikt.
(
+
)
De duur van de regimes 1 en 2 is onafhankelijk van elkaar. U kunt een dissymmetrische cyclus instellen. T(s) [0,1 ; 5,0]
(
)
(
)
Verblijftijd: T(s) [0,00 ; 10,00]
Transittijd: T(s) [0,00 ; 10,00]
Belangrijkste lasparameters voor "Hete start"/"Zachte start".
Boogoverdracht regime 2: Transfer2
Belangrijkste lasparameters voor de regimes 1 en 2
Belangrijkste lasparameters voor elke stap
NL
Variabelen:
Variabelen:
T(s)
Transittijd
[0,00 ; 1,0]
Variabelen:
Belangrijkste lasparameters
Variabelen:
Stap [2 ; 4]
17