Télécharger Imprimer la page

Briggs & Stratton 61E100 Manuel De L'opérateur page 75

Masquer les pouces Voir aussi pour 61E100:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 55
Onderhoudskaart
Iedere 8 uur of dagelijks
Motoroliepeil controleren
Reinigen rond uitlaat en bedieningen
Iedere 100 uur of jaarlijks
Reinig of vervang de luchtfilter *
Motorolie en --filter vervangen
Verwijder de voorfilter (indien hiermee uitgerust) *
Bougie vervangen
Uitlaat en vonkenvanger controleren
Iedere 250 uur of jaarlijks
Klepspeling controleren. Zonodig bijstellen.
Iedere 400 uur of jaarlijks
Luchtfilter vervangen
Y
Brandstoffilter vervangen
Luchtkoelsysteem reinigen *
Oliekoelervinnen reinigen *
Iedere 600 uur of jaarlijks
Veiligheidsfilter vervangen (indien hiermee uitgerust)
*
Vaker reinigen onder stoffige omstandigheden of wanneer zich veel zwevend vuil in
de omgeving bevindt.
Vervang de binnenste veiligheidsfilter (indien aanwezig) elke derde
Y
luchtfiltervervanging.
Elektronisch brandstofinjectiesysteem (EFI)
Het EFI-systeem bewaakt de motortemperatuur, het toerental van de motor en de
accuspanning om de motor te starten en op te warmen. Het systeem kunt u niet zelf
instellen. Als zich problemen met de start of werking voordoen, neem dan contact op met
een erkende Briggs & Stratton-dealer.
OPMERKING: Zorg ervoor dat u onderstaande stappen volgt. Anders kan het
EFI-systeem beschadigd raken.
De motor nooit starten als de accukabels niet zijn aangesloten.
Draai de sleutel op de stand 'off' (uit) voordat u de accu loskoppelt, verwijdert en/of
installeert.
Nooit een acculader gebruiken om de motor te starten.
De accukabels nooit loshalen als de motor draait.
Bij het aansluiten van de accukabels moet u eerst de positieve (+) kabel aansluiten
op de accu en vervolgens de negatieve (--) kabel.
Wanneer u de accu oplaadt, moet u de ontstekingsschakelaar op de off-stand
draaien en de negatieve (--) accukabel loshalen van de accu.
Geen water rechtstreeks op de elektronische regelunit spuiten.
Snelheidsaanpassing carburateur en motor
Pas nooit de carburateur en motorsnelheid aan. De carburateur was ingesteld in de
fabriek om onder de meeste omstandigheden doeltreffend te werken. Knoei niet met de
regulateurveer, verbindingen of andere onderdelen om de motorsnelheid te wijzigen.
Neem contact op met een Briggs & Stratton Geautoriseerd Service Center voor
onderhoud.
OPMERKING: De fabrikant van de apparatuur specificeert de maximum snelheid voor
de motor zoals geïnstalleerd op de apparatuur. Overschrijd deze snelheid niet. Als u
niet zeker weet wat de maximum snelheid van de apparatuur is of wat de motorsnelheid
ingesteld in de fabriek is, neem dan contact op met een Briggs & Stratton Geautoriseerd
Service Center voor bijstand. Voor een veilige en correcte werking van de apparatuur,
mag de motorsnelheid enkel aangepast worden door een kwalificeerde
onderhoudstechnicus.
De Bougie Vervangen - Fig. 5
Controleer de elektrodeafstand (A, Fig. 5) met een draadvoeler (B). Verstel zonodig de
opening. Installeer de bougie en draai deze vast met het aanbevolen aanhaalkoppel. Zie
voor afstelling van de opening of het aanhaalkoppel de Specificaties sectie.
Noot: In sommige gebieden schrijven plaatselijke wetten het gebruik voor van een
weerstandsbougie om ontstekingssignalen te onderdrukken. Indien deze motor origineel
was uitgerust met een weerstandsbougie, gebruik dan voor vervanging hetzelfde type
bougie.
Y
Uitlaat en Vonkenvanger Inspecteren - Fig. 6
WAARSCHUWING
Draaiende motoren produceren hitte. Motoronderdelen, vooral de
uitlaat, worden uiterst heet.
Ernstige brandwonden kunnen optreden bij contact.
Brandbaar vuil, zoals bladeren, gras, hout, enz., kan in brand geraken.
Laat uitlaat, motorcilinder en vinnen afkoelen voordat deze aangeraakt worden.
Verwijder opgehoopt vuil van het uitlaat- en cilindergebied.
In Californië is het een overtreding van de California Public Resource Code,
paragraaf 4442, om de motor te gebruiken of te laten draaien in bosgebied, of
op land met struiken of gras tenzij het uitlaatsysteem is voorzien van een
vonkenvanger zoals gedefinieerd in paragraaf 4442 die zodanig is onderhouden
dat hij goed werkt. Andere staten of landen kunnen soortgelijke wettelijke
voorschriften hebben. Neem contact op met de fabrikant van de apparatuur, de
wederverkoper of de dealer voor de aanschaf van een vonkenvanger die is
gemaakt voor het uitlaatsysteem dat op deze motor is geïnstalleerd.
Verwijder opgehoopte rommel rondom de geluiddemper en de cilinder. Kijk de
geluiddemper (A, Fig. 6) na op scheurtjes, corrosie en andere beschadigingen.
Verwijder, indien aanwezig, de vonkenvanger (B) en kijk hem na op beschadigingen en
verstopping door koolvorming. Als u beschadigingen aantreft, installeer dan
vervangingsonderdelen voordat u het apparaat weer gebruikt.
WAARSCHUWING:
Vervangingsonderdelen moeten identiek zijn aan
de originele onderdelen en op dezelfde plaats worden gemonteerd. Andere
onderdelen bieden mogelijk minder goede prestaties, ze kunnen het apparaat
beschadigen en mogelijk letsel veroorzaken.
Olie verversen - Fig. 7
Gebruikte olie is gevaarlijk afval en moet op de juiste manier weggegooid worden. Niet
met huishoudelijk afval weggooien. Raadpleeg de plaatselijke autoriteiten,
servicecentrum of dealer voor veilige manieren om weg te gooien/te recyclen.
Olie verwijderen
1. Ontkoppel, met de motor uit maar nog steeds warm, de bougiekabel (A) en houd
deze weg van de bougie (Fig. 7).
2. Verwijder de olie aftapplug (B). Tap de olie af in een goedgekeurde container.
3. Installeer nadat de olie is afgetapt de olie aftapplug en draai deze vast.
Oliefilter Vervangen
Alle modellen zijn uitgerust met een oliefilter. Raadpleeg voor vervangingsintervallen de
Onderhoud kaart.
1. Tap de olie van de motor af. Zie de Olie Verwijderen sectie.
2. Verwijder de oliefilter (C, Fig. 7) en gooi het op de juiste manier weg.
3. Smeer voordat U de nieuwe filter installeert, de oliefilterpakking in met verse, schone
olie in.
4. Installeer de oliefilter met de hand tot de pakking in aanraking komt met de
oliefilteradapter, draai dan de oliefilter nog 1/2 tot 3/4 slagen vast.
5. Vul olie bij. Zie de Specificaties sectie.
6. Start de motor en laat deze draaien. Controleer terwijl de motor opwarmt op
olielekkages.
7. Stop de motor en controleer het oliepeil. Het moet tot de bovenkant van de "full"
markering (F) op de peilstok zitten.
Olie Toevoegen
Plaats de motor waterpas.
Reinig rond de olievulopening.
Raadpleeg de Specificaties sectie voor de oliecapaciteit.
1. Verwijder de peilstok (D, Fig. 7) en veeg deze af met een schone doek.
2. Giet de olie langzaam in de olievulopening van de motor (E). Niet overvullen. Wacht
na het bijvullen van olie een minuut en controleer dan het oliepeil.
3. Installeer de peilstok en draai deze vast.
4. Verwijder de peilstok en controleer het oliepeil. Het moet tot de bovenkant van de
"full" markering (F) op de peilstok zitten.
5. Installeer de peilstok en draai deze vast.
De luchtfilter onderhouden - Fig. 8
WAARSCHUWING
Brandstof en zijn dampen zijn uiterst brandbaar en explosief.
Brand of explosie kunnen ernstige brandwonden of de dood
veroorzaken.
Start of gebruik de motor nooit met verwijderde luchtreiniger (indien de motor
hiermee is uitgerust) of verwijderd luchtfilter (indien de motor hiermee is
uitgerust).
nl
9
75

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

610000540000Vanguard 993ccVanguard 896cc