GASAANSLUITINGEN
GASLEIDINGEN INSTALLEREN
De gastoevoer dient te worden aangelegd conform de Europese voorschriften voor het aanleggen van gasinstallaties en in
overeenstemming met de plaatselijk geldende wettelijke voorschriften.
het mastertemp-verwarmingsapparaat is beDoelD om te worDen geinstalleerD in combinatie met een
gasmeter en gasDrukregelaar.
Controleer voordat u het apparaat op de gastoevoer aansluit welk soort gas geschikt is voor gebruik met het apparaat. Dat is van belang
omdat de verschillende gassoorten verschillende diameters van gasleidingen vereisen. Het typeplaatje op het verwarmingsapparaat
geeft hierover uitsluitsel.
Tabel 2
apparaat. De tabel geeft voor G20 en G25 een soortelijk gewicht van 0,65 en voor G31 een soortelijk gewicht van 1,55.
Houd bij het berekenen van gasleidingen voor elke elleboog in de leiding 0,9 meter extra gaspijp aan. Vermijd tijdens het
installeren van gasleidingen dat er vuil, smeer of andere vreemde deeltjes in de leiding terechtkomen. Dat kan immers tot schade
aan de gasafsluiter leiden, wat later kan resulteren in een defect aan het apparaat.
Controleer de gasmeter om te zien of deze voldoende gas aan het apparaat en andere op de meter aangesloten gastoestellen kan
leveren. Bij onvoldoende gastoevoer zal het apparaat niet optimaal presteren of mogelijk helemaal niet werken. De gasleiding
vanaf de gasmeter is doorgaans groter in diameter dan de gasafsluiter die met het apparaat wordt geleverd. Het is daarom
wellicht nodig de gasleiding via een verloopkoppeling op de afsluiter aan te sluiten. Neem deze koppeling zo dicht mogelijk
bij het apparaat in de leiding op. Als de gasdruk niet correct aan de juiste werkdruk wordt aangepast, ontvangt het apparaat
te veel gas, wat in enkele minuten tot ernstige schade kan leiden. Deze schade wordt niet door de garantie gedekt.
Installeer een handbediende afsluitklep conform Europese voorschriften en een bezinkselafscheider/condensaatval met
koppeling aan de buitenkant van het apparaat, zie figuur 13. Gebruik geen begrenzende gaskraan.
Tijdens de druktest van de gasleiding naar het apparaat (bij een druk hoger dan 6,0 kPa) dient het verwarmingsapparaat en
alle andere gastoestellen van de leiding te worden losgekoppeld. Het apparaat en de gasaansluiting moeten op lekkage getest
worden voordat de installatie in gebruik genomen kan worden. Gebruik nooit open vuur om de gasleiding op lekkage te
testen. Gebruik zeepsop of een ander niet-ontvlambaar middel.
aan de buitenkant van het apparaat dient een manuele afsluitklep geïnstalleerd te worden.
leg De koppeling op De gasleiDing niet binnen De behuizing van het apparaat aan. hiermee
komt De garantie te vervallen.
DIMENSIONERING GASLEIDINGEN
Grootte
Afstand vanaf de gasmeter
apparaat
0 tot 15 m
200
25 mm
300
32 mm
400
32 mm
BEZINKSELAFSCHEIDER/
CONDENSAATVAL
Installeer een bezinkselafscheider/condensaatval en koppeling
buiten de behuizing van het apparaat in overeenstemming met de Europese voorschriften. Gebruik geen begrenzende
gaskraan. De bezinkselafscheider/condensaatval dient te bestaan uit een T-stuk met onderaan een afgedekte nippel die
verwijderd kan worden voor reiniging (zie figuur 14). Een andere goedgekeurde voorziening met dezelfde werking is ook
toegestaan. Alle gasleidingen dienen na installatie te worden getest volgens de plaatselijk geldende wettelijke voorschriften.
P/N 475106 Rev. Installatie- en gebruikershandleiding D 1/2016
All manuals and user guides at all-guides.com
hieronder toont de aanbevolen diameters voor de gastoevoerleiding vanaf de gasmeter naar het
OPMERKING
WAARSCHUWING
tabel 2.
16 tot
31 tot
30 m
60 m
32 mm
32 mm
32 mm
40 mm
40 mm
50 mm
Hoofdstuk 2. Installatie | 11
Zwembad- en spaverwarmingsapparaat MASTERTEMP
45-60 cm x
3/4 in gasleiding
Manuele
vanaf klep
afsluitklep
2,54 cm diameter of groter
(zie tabel "Aanbevolen
leidingdiameters")
Verloopstuk
Minstens 23 cm
Minstens 8 cm
Koppeling
Bezinkselafscheider/
Figuur 13.
condensaatval
™