Hulp bij storingen
GEVAAR
Gevaar voor letsel! Voor alle werken aan
het apparaat Intelligent Key aftrekken en
stekker van het oplaadapparaat uittrekken.
Batterijstekker uittrekken.
Vuilwater en resterend schoon water
aflaten en verwijderen.
VOORZICHTIG
Verwondingsgevaar door nalopen van de
zuigturbine.
Zuigturbine, zijbezems en filterreiniging lo-
pen na het uitschakelen na. Onderhouds-
werkzaamheden pas uitvoeren als de zuig-
turbine stilstaat.
Bij storingen die met behulp van deze tabel
niet opgelost kunnen worden de klanten-
dienst raadplegen.
Zekeringen vervangen
De bediener mag uitsluitend de vlakke ze-
keringen voor vrachtwagens met de vol-
gende waarden vervangen worden:
– 7,5A (F1) – Stuurspanning en nood-
stroomtoevoer.
– 30A/40A* (F3) – Voorziening hef-/ac-
cessoiremodule (* met zijbezem of ver-
sie RI).
– 80 A (F6) – Hub-/Cleanmodule 2 (veeg-
installatie).
LET OP
Defecte poolzekeringen mogen alleen door
de klantendienst worden vervangen. Indien
de zekeringen defect zijn, moet de klanten-
Displayweergave
Oorzaak
Zitschakelaar open!
Zitcontactschakelaar is niet geacti-
veerd.
Gaspedaal loslaten!
Bij het inschakelen van de sleutel-
schakelaar is het gaspedaal inge-
drukt.
Geen rijrichting!
Rijrichtingschakelaar of kabelver-
binding defect
Batterij ontladen!
Batterijspanning te laag
Batterijspanning niet
Batterijspanning ligt boven of onder
toegestaan!
het toegestane bereik.
Lader defect!
Fout aan het oplaadapparaat, opla-
den is niet mogelijk.
Schoonwaterreservoir
Het schoonwaterreservoir is leeg.
leeg!
Borsteldruk niet be-
Time-out Borsteldrukregeling
reikt!
Vuilwaterreservoir vol! Vuilwaterreservoir is vol.
Vulpeilsensor of kabelverbinding
defect
Rem defect!
Rem defect
Tractiemotor heet! La-
Motorbeveiliging is in werking getre-
ten afkoelen!
den.
Claxon defect!
Claxon defect
Besturing heet! Laten
Vermogenselektronica hefmodule
afkoelen!
(A4) te heet
Borstelmotoren over-
Belasting van de borstelkoppen niet
belast!
symmetrisch
68
dienst de gebruiksomstandigheden en de
volledige besturing controleren.
De besturing is aangebracht onder het be-
dieningspaneel. Om bij de zekeringen te
komen, moet op voorhand de afdekking
aan de linkerkant van de voetruimte verwij-
derd worden.
1 Afdekking
2 Zekeringen
Bevestigingsschroef aan de bovenkant
van de afdekking losschroeven.
Afdekking wegnemen.
Zekering vervangen.
Afdekking aanbrengen.
Instructie:
De rangschikking van de zekeringen is
weergegeven aan de binnenkant van de af-
dekking.
Storingen met weergave op het display
Oplossing
Gaspedaal ontlasten. Op de stoel plaatsnemen.
Gaspedaal ontlasten en vervolgens opnieuw indrukken.
Apparaat uitschakelen en weer inschakelen. Wanneer de storing her-
haaldelijk optreedt, klantendienst op de hoogte brengen.
Accu laden.
Klantendienst bellen.
Oplaadapparaat controleren.
Schoonwaterreservoir vullen.
Op slijtage van borstel controleren, eventueel borstel vervangen.
Borstelkop op functie controleren: dalen, heffen.
Vuilwaterreservoir leegmaken.
Klantendienst bellen.
Apparaat niet meer rijden.
Klantendienst bellen.
Veiligheidsschakelaar op „0" zetten.
Apparaat gedurende minstens 15 minuten laten afkoelen.
Bij herhaling klantenservice raadplegen
Klantendienst bellen.
Veiligheidsschakelaar op „0" zetten.
Besturing minstens 5 minuten laten afkoelen
Bij een ruwe bodem de borsteldruk aanzienlijk verlagen
Bij herhaling klantenservice raadplegen
Borstelspiegel instellen
-
NL
Indien op het display storingen weergege-
ven worden, gaat u als volgt te werk:
Storingsindicatie als tekst
Voer de instructies op het display uit.
Kwiteer de storing door de infobutton in
te drukken.
Storingsindicatie als cijfercode
Programmaschakelaar op „OFF" draai-
en.
Wachten tot de tekst op het display weg
is.
Programmaschakelaar naar vorige
stand draaien.
Pas als de storing opnieuw optreedt de
passende maatregelen voor het ophef-
fen van de storing in de aangegeven
volgorde uitvoeren. Daarbij moet de
veiligheidsschakelaar op "0" staan en
de Intelligent Key uitgetrokken zijn.
Indien de storing niet opgelost kan wor-
den, raadpleegt u de klantendienst met
vermelding van de foutmelding.
Instructie:
Storingsmeldingen die in de volgende tabel
niet vermeld zijn, geven fouten weer die
niet door de bediener kunnen worden op-
gelost. In dat geval moet de klantenservice
geraadpleegd worden.
11
Storingsindicatie