Waarschuwingen voor gebruik voor intrinsiek veilige apparatuur
•
De portofoons moeten worden besteld met de optie voor intrinsieke veiligheid en vanaf de productielocatie van
Motorola Solutions worden verzonden met het certificeringsetiket voor gevaarlijke locaties. Na verzending kan de portofoon niet
meer worden opgewaardeerd naar deze status en kan deze dit etiket niet meer krijgen.
•
Laad de batterijen NIET op binnen de potentieel gevaarlijke atmosfeer. U mag batterijen alleen buiten de gevaarlijke atmosfeer
opladen.
Let op
•
Verwijder of verwissel de batterijen NIET binnen de potentieel gevaarlijke atmosfeer. De batterijen moeten aan de portofoons
gekoppeld blijven in de gevaarlijke atmosfeer.
•
Verwissel simkaarten of SD-kaarten NIET in de gevaarlijke atmosfeer. Zorg ervoor dat het simkaartklepje aanwezig is en wordt
vastgezet voordat u de gevaarlijke atmosfeer betreedt.
•
De schroeven van het simkaartklepje moeten worden vastgezet met een kracht van 0,18 tot 0,22 Nm of 1,6 tot 2,0 lbf-In.
•
Gebruik uitsluitend goedgekeurde microSD-apparaten die staan vermeld in de sectie "Goedgekeurde accessoires" op pagina 6.
Gebruik alleen mini-simkaarten met fysieke/elektrische kenmerken volgens ISO 7816 deel 1 t/m 3.
•
Gebruik alleen ATEX/IECEx-goedgekeurde accessoires in de potentieel gevaarlijke atmosfeer, zoals wordt vermeld in de sectie
"Goedgekeurde accessoires" op pagina 6.
•
Gebruik alleen de INMETRO-goedgekeurde accessoires (Brazilië) in de potentieel gevaarlijke atmosfeer zoals wordt vermeld in
de sectie INMETRO-certificering.
•
Controleer de classificatie voor gevaarlijke locaties van de accessoires. Het portofoonsysteem en het accessoire worden alleen
beschermd volgens de laagste classificatie van beide.
•
Wanneer de portofoon wordt gebruikt in een gevaarlijk gebied, moet de beschermhoes 0104063J98 of een in overeenstemming
met ATEX/IECEx goedgekeurd accessoire op de accessoireaansluiting worden bevestigd.
•
Wanneer de portofoon wordt gebruikt in een gevaarlijk gebied, moet de beschermhoes 0104063J98 of een INMETRO-
goedgekeurd accessoire (Brazilië) op de accessoireaansluiting worden bevestigd.
•
Zorg ervoor dat alleen de antennes die worden vermeld in de sectie Goedgekeurde accessoires in de potentieel gevaarlijke
atmosfeer worden gebruikt.
•
Verwissel accessoires, antennes en de stofkap alleen buiten de gevaarlijke omgeving in een stofvrije en droge omgeving.
•
Controleer of het gebied van de accessoireaansluiting in goede staat is (droog en vrij van stof).
•
Bevestig de accessoireaansluiting, antenne en stofkap stevig op de portofoon voordat u de potentieel gevaarlijke atmosfeer
betreedt.
•
Gebruik apparatuur voor portofooncommunicatie NIET in potentieel gevaarlijke gebieden tenzij deze als intrinsiek veilig is
gecertificeerd. Dit zou kunnen leiden tot onveilige situaties in gevaarlijke gebieden. Gebruik de portofoon NIET in gevaarlijke
omgevingen als deze fysiek is beschadigd (bijvoorbeeld barsten in de behuizing, waterlekkage, beschadigde antenne). De
classificatie voor intrinsieke veiligheid komt dan in het geding en kan leiden tot een onveilige situatie in gevaarlijke gebieden.
•
Reinig de portofoons en batterij NIET bij gebruik in een gasomgeving.
•
Zorg dat de portofoons correct werken voordat u gevaarlijke gebieden betreedt.
•
Het nalaten een intrinsiek veilige batterij of accessoires van Motorola Solutions te gebruiken die specifiek zijn gecertificeerd voor
de betreffende portofoon, maakt de certificeringsclassificatie nietig en kan leiden tot onveilige situaties in gevaarlijke gebieden.
•
Demonteer een intrinsiek product NIET zodanig dat het interne circuit van het product wordt blootgesteld. Dit zou kunnen leiden
tot onveilige situaties in gevaarlijke gebieden.
•
Onderhoud en reparatie mogen alleen worden uitgevoerd door getraind servicepersoneel van Motorola Solutions of door een
door Motorola Solutions goedgekeurde serviceorganisatie om naleving van onze in overeenstemming met ATEX/IECEx
gecertificeerde portofoons te kunnen blijven garanderen.
3
Nederlands