Ducati SPORTCLASSIC PAUL SMART 1000 Manuel D'utilisation Et Entretien
  1. Manuels
  2. Marques
  3. Ducati Manuels
  4. Motocyclettes
  5. SPORTCLASSIC PAUL SMART 1000
  6. Manuel d'utilisation et entretien
Ducati SPORTCLASSIC PAUL SMART 1000 Manuel D'utilisation Et Entretien

Ducati SPORTCLASSIC PAUL SMART 1000 Manuel D'utilisation Et Entretien

Masquer les pouces
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Liens rapides

Télécharger ce manuel
Onderhouds- en gebruiksaanwijzingen
Manuel d'utilisation et entretien
DUCATISPORTCLASSIC
PAUL SMART 1000 LIMITED EDITION

Publicité

Table des Matières
loading

Manuels Connexes pour Ducati SPORTCLASSIC PAUL SMART 1000

Sommaire des Matières pour Ducati SPORTCLASSIC PAUL SMART 1000

  • Page 1 Onderhouds- en gebruiksaanwijzingen Manuel d’utilisation et entretien DUCATISPORTCLASSIC PAUL SMART 1000 LIMITED EDITION...
  • Page 2 Onderhouds- en gebruiksaanwijzingen DUCATISPORTCLASSIC PAUL SMART 1000 LIMITED EDITION...
  • Page 4 Alleen op die manier kunt u zeker altijd van uw Ducati genieten. Voor reparaties en advies contacteert u een van onze erkende servicecentra.
  • Page 5 INHOUD De gashendel De remhendel van de voorrem Het pedaal voor de achterrem De versnellingspedaal De stand van de koppelingspedaal en achterrem 25 Belangrijkste elementen en mechanismen Plaats van deze elementen op de motorfiets Aanwijzingen van algemene aard Dop op de brandstoftank Garantie 6 Zadelslot en helmhouder 29 Symbolen 6...
  • Page 6 onderhoudswerkzaamheden Frame 73 Het peil van de remvloeistof en de koppelingsolie Wielen 73 controleren 46 Bandenspanning 73 De slijtage van de remblokjes controleren Ontstekingskaarsen 73 De scharnierpunten smeren 49 Voeding 74 De gaskabel afstellen 50 Ophangingen 74 De accu opladen (afb. 45) 51 Uitlaat 74 De transmissieketting spannen 53 Beschikbare kleuren 74...

  • Page 7: Aanwijzingen Van Algemene Aard

    Contacteer in geval van twijfel een Dealer of een Erkende Garage. U zult de informatie in deze handleiding goed kunnen gebruiken tijdens uw reizen die Ducati Motor Holding S.p.A. u altijd even rustig en aangenaam toewenst, en u vrijwaart de Garantie prestaties van uw motorfiets ermee.
  • Page 8 Nuttige informatie voor veilig reizen Gebruik altijd en op tijd de richtingaanwijzers om aan te duiden dat u van richting gaat veranderen, rechtsomkeer Opgelet maakt of een andere rijbaan kiest. Eerst lezen voordat u de motorfiets gebruikt. Zorg ervoor dat u altijd goed zichtbaar bent en rijd niet in de "dode hoek"...
  • Page 9 Rijden met volle bepakking Dit motorvoertuig is ontworpen voor het absoluut veilig rijden van lange afstanden met volle bepakking. Het is zeer belangrijk dat het gewicht goed over de motorfiets verdeeld is om de motorfiets veilig te kunnen manouvreren en niet in moeilijkheden te komen bij plotselinge stuurbewegingen of op slecht wegdek.
  • Page 10 Identificatiegegevens van de motorfiets Elke Ducati-motorfiets heeft twee identificatienummers, een voor het frame (afb. 2) en een voor de motor (afb. 2). Framenummer Motornummer Opmerkingen Deze nummers identificeren het model en dienen te worden vermeld als men onderdelen bestelt. afb. 1...
  • Page 11 BEDIENINGSORGANEN Opgelet In dit hoofdstuk wordt uitgelegd waar de bedieningsorganen zitten die moeten worden gebruikt om te kunnen rijden met de motorfiets. Lees de beschrijvingen aandachtig voordat u deze bedieningsorganen gebruikt. Plaats van de bedieningsorganen op de motorfiets (afb. 3) 1) Instrumentenpaneel 2) De startschakelaar en het stuurslot.
  • Page 12 Instrumentenpaneel (afb. 4) Opmerkingen Als het antidiefstalsysteem is ingeschakeld, blijft dit 1) Waarschuwingslampje groot licht (blauw). lampje 24 uur lang knipperen, waarna het uitgaat maar Dit gaat branden om u ervoor te waarschuwen dat het het antidiefstalsysteem ingeschakeld blijft. groot licht brandt. 2) Waarschuwingslampje richtingaanwijzers 7) EOBD lampje (ambergeel).
  • Page 13 9) Toerenteller (min-1). Duidt het aantal toeren per minuut van de motor aan. b) LCD (2): - Klok - Olietemperatuur Functies van de LCD-eenheid 1000 KM/H Als het voertuig wordt aangezet (sleutel van OFF op ON), worden alle instrumenten gecontroleerd (wijzertjes, display, lampjes) (afb.
  • Page 14 De toets (A) herhaaldelijk indrukken om de uuraanduiding te wijzigen. Toets (B) indrukken om de minutenaanduiding te kunnen instellen. Toets (A) indrukken om de minutenaanduiding te wijzigen; als men deze langer dan 5 seconden ingedrukt houdt, tellen de minuten sneller. Toets (B) indrukken om het klokmenu te sluiten.
  • Page 15 Antidiefstalsysteem - het zadel te sluiten. Voor een betere beveiliging tegen diefstal is het voertuig De A-sleutel heeft dezelfde functies, maar men kan er uitgerust met een elektronisch antidiefstalsysteem andere zwarte sleutels mee wissen en herprogrammeren, (IMMOBILIZER) dat de motor blokkeert en dat indien nodig.
  • Page 16 Codekaart Bij de sleutels hoort ook de CODEKAART (afb. 8) waarop de elektronische code staat (A, afb. 9), te gebruiken als de motor blokkeert en dus starten dmv key-on niet mogelijk Opgelet De CODEKAART dient op een veilige plaats te worden bewaard.
  • Page 17 Het antidiefstalsysteem uitschakelen met de stappen vanaf punt (1) zo vaak te herhalen als men gashendel wenst. 1) De sleutel op ON zetten en de gashendel helemaal Opmerkingen opendraaien en in deze stand houden. Als de hendel te snel wordt losgelaten, zal het lampje Het EOBD-waarschuwingslampje (7, afb.
  • Page 18 Als de klant duplicaten van de sleutels nodig heeft, dient 1) zal het lampje (6, afb. 4), op het instrumentenbord kort hij zich tot de technische servicecentra van DUCATI te knipperen als de code wordt herkend; het wenden en alle sleutels die hij nog in zijn bezit heeft met beveiligingsysteem herkent de code in de sleutel en zich mee te nemen samen met de CODEKAART.
  • Page 19 Contactschakelaar en stuurslot (afb. 10) Deze zit voor de brandstoftank en heeft vier standen: A) ON: stelt de lichten en de motor in werking; B) OFF: schakelt de werking van de lichten en de motor uit; C) LOCK: het stuur is vergrendeld; D) P: parkeerlicht en stuurslot.
  • Page 20 Stuurschakelaar links (afb. 11) 1) Lichtschakelaar met twee standen: stand = dimlicht aan; stand = groot licht aan. 2) Schakelaar = richtingaanwijzer met drie standen: midden = uit; stand = linksaf; stand = rechtsaf. Om de richtingaanwijzer uit te schakelen, drukt u het hendeltje in zodra deze weer in het midden staat.
  • Page 21 De koppelingshendel (afb. 12) De hendel (1) voor het intrekken van de koppeling, is uitgerust met een ring (2) voor het afstellen van de afstand tussen de hendel en de knop op het stuur. Houd hiervoor de hendel (1) helemaal vooruit en draai de knop (2) in een van de vier voorzien standen, waarbij u er rekening mee houdt dat: de eerste stand n°...
  • Page 22 De stuurschakelaar rechts (afb. 13) 1) Noodstopschakelaar (MOTORSTOP), met twee standen: stand (RUN) = rijden; stand (OFF) = uitschakelen van de motor. Opgelet Deze schakelaar dient vooral om de motor snel uit te zetten in noodgevallen. Als de motor uit staat, zet men deze schakelaar weer in de ruststand om het voertuig weer aan te kunnen zetten.
  • Page 23 De gashendel (afb. 14) Met de draaibare gashendel (1), aan de rechterkant van het stuur, opent men de gaskleppen. Als de hendel wordt losgelaten, keren deze automatisch terug in de oorspronkelijke minimumstand. afb. 14 De remhendel van de voorrem (afb. 14) Als men de hendel (2) in de richting van de gashendel trekt, remt men met de voorrem.
  • Page 24 Het pedaal voor de achterrem (afb. 15) Om met de achterrem te remmen, drukt men het pedaal (1) met de voet in. Dit remsysteem is hydraulisch. afb. 15...
  • Page 25 De versnellingspedaal (afb. 16) De ruststand van het versnellingspedaal is in het midden (N). Hij keert automatisch terug in twee bewegingen: naar beneden = het pedaal indrukken voor de 1e versnelling en om terug te schakelen. Het waarschuwingslampje N op het instrumentenpaneel gaat uit;...
  • Page 26 De stand van de koppelingspedaal en achterrem De stand van de versnellingshendel en de achterrembediening kan aan de behoeften van elke bestuurder worden aangepast. De stand van de versnellingspedaal op de volgende manier wijzigen: de stang (1) vasthouden en de contramoeren (2) en (3) losdraaien.
  • Page 27 De stand van de achterremhendel op de volgende manier wijzigen: De contramoer (4) losdraaien. Aan de regelschroef (5) van het pedaal draaien totdat deze in de gewenste stand staat. De contramoer (4) vastdraaien. Met de hand controleren of er een speling van ongeveer 1,5÷2 mm op de pedaal zit voordat u ermee remt.

  • Page 28: Belangrijkste Elementen En Mechanismen

    BELANGRIJKSTE ELEMENTEN EN MECHANISMEN Plaats van deze elementen op de motorfiets (afb. 19) 1) Dop op benzinetank 2) Zadelslot en helmhouder 3) De zijstandaard 4) Stuur schokdemper 5) Achteruitkijkspiegeltjes 6) Regelknoppen voor de voorvork. 7) Regelknoppen voor achterste schokdemper. 8) Katalysator (behalve de uitvoering USA). afb.
  • Page 29 Dop op de brandstoftank (afb. 20, afb. 21) Openen Het dekseltje (1) openmaken en de sleutel in het slot steken. De sleutel 1/4 slag naar rechts draaien om het slot te openen. De dop optillen. De dop sluiten De dop sluiten met de sleutel en deze er goed induwen. De sleutel naar links draaien totdat het slot weer in zijn oorspronkelijke stand staat en de sleutel eruit halen Het dekseltje (1) op het slot sluiten.
  • Page 30 Zadelslot en helmhouder Openen (afb. 22) De sleutel in het slot (1) steken en naar rechts draaien om de achterkant van het zadel los te maken en op te tillen. Door de sluitpinnen (3) van het zadel van de haken (2) op het chassis eruit te trekken, haal het zadel eruit door het naar achteren te trekken.
  • Page 31 Aan de achterkant van het chassis, onder het zadel, vindt u de haak (4, afb. 23 - afb. 24 ) voor de helm voor de bestuurder.Steek het uiteinde van het riempje van de helm in de haak, laat de helm naar onder hangen en monteer het zadel weer om de helm vast te steken.
  • Page 32 Zijstandaard (afb. 25) Opmerkingen Wij raden aan regelmatig te controleren of het Belangrijk systeem waarmee de standaard in zijn ruststand blijft zitten (twee in elkaar gedraaide trekveren) en de Voordat u de zijstandaard gebruikt, controleert u of veiligheidssensor (2) goed functioneren. het oppervlak waarop u hem wenst te zetten stevig en vlak genoeg is.
  • Page 33 Achteruitkijkspiegeltjes (afb. 26) De achteruitkijkspiegeltjes van deze motorfiets bestaan uit twee delen die met een speciale veer aan de binnenkant samen worden gehouden zodat de spiegel op de koepel kan draaien als er tegen wordt gestoten. Als er tegen wordt gestoten, zorgt de veer ervoor dat de spiegel gewoon terugklapt.
  • Page 34 Stuur schokdemper (afb. 27) Het is gepositioneerd voor de tank en het is aan het chassis en aan het hoofd van het stuur vastgemaakt. Het zorgt ervoor dat het stuur preciezer en stabieler wordt om zo de bestuurbaarheid van het motorvoertuig in iedere conditie te verbeteren.
  • Page 35 Regelknoppen op de voorvork (afb. 28, afb. 29) De vork van de motorfiets S is zowel afstelbaar in de uitgetrokken fase (retour) als in de precarico della molla. Dit doet men met de regelschroefknoppen op de buitenkant: 1) Om de hydraulische rem in de uitgetrokken fase te wijzigen (afb.
  • Page 36 De STANDAARD standen zijn de volgende: induwen: 9 klikken; uitzetting: 8 klikken. Voorspanning veer: 10 mm. Regulatie range induwen: 24 klikken uittrekken: 24 klikken. Voorspanning veer: 15 mm. Om de veervoorspanning in elke telescoop te wijzigen, draait u aan de zeshoekschroef (2 ) met een zeshoeksleutel van 22 mm.
  • Page 37 De achterste schokdemper afstellen (afb. 30) De achterste schokdemper is uitgerust met regelknoppen aan de buitenkant, om de gewichtsverdeling van de motorfiets aan te passen aan de lading. De regelknop (1), die overeenkomt met de onderste bevestiging van de schokdemper aan de achtervork, stelt de hydraulische rem af in de uitgetrokken fase (retour).
  • Page 38 GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN Tot 1000 km Tijdens de eerste 1000 km dient men de kilometerteller in het oog te houden: dit zijn de snelheden die absoluut niet mogen worden overschreden: 5.500÷6.000 min Tijdens de eerste inrij-uren van de motor, is het Voorzorgen tijdens de inrijperiode aangeraden de lading en het toerental voortdurend te wijzigen, binnen de voorgeschreven limieten.
  • Page 39 Het niet naleven van deze voorschriften ontheft Controleer hoeveel vloeistof er in elk reservoir zit. Ducati Motor Holding S.p.A. van elke vorm van Staat van de banden aansprakelijkheid voor eventuele schade aan de motor en De spanning en de slijtage van de banden controleren de levensduur ervan.
  • Page 40 De motor aanzetten Opgelet Zorg ervoor dat u de bedieningsorganen kent die u nodig hebt tijdens het rijden (pag. 10). 1) De startschakelaar op ON zetten (afb. 32). Controleer of het groene lampje N en het rode lampje op het instrumentenbord branden.
  • Page 41 2) De stopschakelaar (1, afb. 33) moet op (RUN) staan; nu de startknop indrukken (2, afb. 33). Dit model is uitgerust met een "startsysteembekrachtiging" Dit systeem bedient u door de knop (2) in te drukken en meteen weer los te laten. Als de knop (2) wordt ingedrukt, start de motor automatisch en wordt de starttijd aangepast aan de temperatuur van de motor.
  • Page 42 De motorfiets starten en ermee rijden Belangrijk Niet bruusk gas geven: u kunt er de motor mee 1) De koppeling met de koppelingshendel uit zetten. "verzuipen" of de transmissieorganen mee forceren Laat 2) Met de punt van uw voet en een besliste beweging de de koppeling niet in zijn vrij staan tijdens het rijden: dit kan versnellingshendel induwen om deze in eerste tot oververhitting en dus een abnormale slijtage van alle...
  • Page 43 Remmen Opgelet Op tijd vertragen, terugschakelen om met te motor te Als u maar 1 rem gebruikt om te remmen, remt u niet remmen en vervolgens remmen met beide remmen. goed. Voordat de motor stilstaat, de koppeling in zijn vrij zetten Rem niet te bruusk en niet te hard;...
  • Page 44 De motorfiets stilzetten Opgelet Vertragen, terugschakelen en de gashendel loslaten. Naar Het hele uitlaat gedeelte kan warm blijven, ook nadat de eerste versnelling terugschakelen en dan in de neutrale de motor is uitgezet; raak het uitlaatgedeelte dus niet aan stand zetten. Remmen en stoppen. De motor uitzetten met uw lichaam, pas goed op en parkeer het voertuig niet door de sleutel op OFF te zetten (pag.
  • Page 45 Brandstof tanken Max level Niet te veel brandstof in de tank doen. Het brandstofniveau moet onder het vulgat in het putje van de dop blijven (afb. 34). Opgelet Gebruik loodvrije brandstof met een octaangetal van Er mag geen benzine in de vulpijp onder de dop blijven zitten.
  • Page 46 Bijgeleverde accessoires (afb. 35) In de ruimte onder het zadel zit een zak (1) met: de gebruiks- en onderhoudsaanwijzingen; een helmhouder; een gereedschapssetje voor normale controle- en onderhoudsverrichtingen. Om toegang te krijgen tot de opbergruimte moet het zadel worden verwijderd door aan het slot te werken (zie pag. 29), haal de schroef los (2) en haal het deksel eraf (3).

  • Page 47: Belangrijkste Gebruiks- En Onderhoudswerkzaamheden

    Als er speling op het rempedaal of remhendel zit ook al zijn de remblokjes in goede staat, dient u contact op te nemen met een erkende Ducati dealer om het remsysteem te laten controleren en eventueel het mechanisme te laten ontluchten.
  • Page 48 Als er te veel speling op de koppelingshendel zit en de motor schokt of uitvalt bij het schakelen, betekent dit dat er lucht in de leiding van de koppeling zit. Contacteer een erkende Ducati dealer om de leiding te laten controleren en/of te laten ontluchten. Opgelet...
  • Page 49 Op een goed blokje moeten de groeven goed zichtbaar zijn. Achterrem Het wrijvingsmateriaal op elk blokje moet minstens 1 mm dik zijn. Belangrijk Om de remblokjes te laten vervangen, contacteert u een erkende Ducati dealer. afb. 40...
  • Page 50 De scharnierpunten smeren Het is noodzakelijk periodiek de conditie van de buitenmantel van de gaskabels te controleren.Het plastic aan de buitenkant mag niet platgedrukt zijn of barsten vertonen.Als ze haperen of stroef bewegen, dienen ze te worden vervangen door een Dealer of een Erkende Garage.
  • Page 51 De gaskabel afstellen De gashendel moet in iedere zwenkpositie een speling 1,5 2 mm hebben, gemeten vanaf de opstaande rand van de gashendel, van 1,5÷2 mm. 1,5 ÷ 2 mm Als dit niet het geval is, is het noodzakelijk de speling te regelen door aan de daarvoor bestemde regelknoppen (1) van de vlindermoer (afb.
  • Page 52 De accu opladen (afb. 45) Het is raadzaam de accu te demonteren om deze op te laden. De schroeven (1) van de accusteun losdraaien. Haal het deksel (2) eraf, door het blokkeringselastiek van de twee zijsteunen los te maken. Maak eerst de negatieve zwarte pool (-) los, en dan de positieve rode (+) pool.
  • Page 53 Opgelet Houd de accu ver uit het bereik van kinderen. Laat de accu op 1A ong. 5 ÷ 10 uren opladen. Zet de accu weer in de acculader terug, blokkeer het deksel (2, afb. 45), zet de acculader vast aan het chassis en zet het aanhaalmoment van de schroeven (1, afb.
  • Page 54 De transmissieketting spannen Laat het achterwiel langzaam draaien om de stand te vinden waarin de ketting het strakst gespannen is. Zet de motor op de zijstandaard, duw de ketting met een vinger naar boven, ongeveer tot in het midden van de achtervork.
  • Page 55 De ketting smeren Op de ketting zitten O-ringen om de glijdende elementen te beschermen tegen invloeden van buitenaf en de smering langer te vrijwaren. Om deze ringen tijdens het schoonmaken niet te beschadigen, gebruikt u liefst speciaal hiervoor bestemde oplosmiddelen en een hogedrukreiniger (zonder te overdrijven).
  • Page 56 De lampjes vervangen Voordat u een lampje dat stuk is vervangt, dient u te controleren of de spanning en het vermogen van het nieuwe lampje voldoen aan de voorschriften die zijn opgesomd onder het punt "Elektrische uitrustingen" op pag. 75. Controleer altijd eerst of het nieuwe lampje brandt voordat u de gedemonteerde delen weer monteert.
  • Page 57 Vervang de lampen (4). Opmerkingen Het doorzichtige gedeelte van het nieuwe lampje mag niet met de handen worden aangeraakt, omdat het hierdoor zwart kan worden en de verlichtingssterkte kan verminderen. Breng de spieën van de lampbasis aan in de betreffende zittingen, om de juiste richting te verkrijgen;...
  • Page 58 Richtingaanwijzers aan de voorkant (afb. 53 e afb. 54) De schroef (1) losdraaien en de cup (2) van de houder halen. Dit lampje heeft een bajonetsluiting, dus moet u het eerst even indrukken en dan naar links eruit draaien. Om het nieuwe lampje erin te steken, drukt u erop en draait u het naar rechts tot u het hoort klikken.
  • Page 59 Richtingaanwijzers aan de achterkant (afb. 55 e afb. 56) De schroef (1) losdraaien en het gekleurde glas (2) 3 van de houder halen. Haal het lampinsteekblokje (4) uit de lamphouder (5). Vervang het lampje en zet het lampinsteekblokje (4) weer in de lamphouder (5).De cup monteren (2) met de lampsteun (5) op de indicatiesteun (3).
  • Page 60 Nummerplaatverlichting (afb. 57) Om aan het lampje van de nummerplaat te kunnen, haalt u eerst de lamphouder eruit, en dan het lampje. Haal het lampje eruit en steek het nieuwe erin. Opmerkingen Op de lamphouder zit een uiteinde (A, afb. 57) waarmee deze uit de nummerplaathouder kan worden gehaald zonder de kabels stuk te trekken.
  • Page 61 Stoplicht Om de lampjes van de stop- en standlichten te vervangen, draait u eerst de twee schroeven (1, afb. 58) waarmee het glas vastzit. Dit lampje heeft een bajonetsluiting, dus moet u het eerst even indrukken en dan naar links eruit draaien. Om het nieuwe lampje erin te steken, drukt u het in en draait u het naar rechts tot u het hoort klikken (afb.
  • Page 62 De hoogte van de koplamp afstellen (afb. 60) Controleer de lichtbundel van de koplamp door de motor met op druk gebrachte banden en een bestuurder op het zadel, perfect loodrecht op de lengteas op een afstand van meter voor een muur of een scherm te zetten. Teken een horizontale lijn op de hoogte van het midden van de koplamp en een verticale lijn op de lengtelijn van het voertuig.
  • Page 63 Bandenspanning De banden repareren of vervangen Spanning voorband: Als er een gaatje komt in een band met binnenband, duurt 2,2 bar het niet lang voordat deze helemaal leegloopt omdat ze Spanning achterband: niet erg lekvast zijn. Controleer dus zorgvuldig of er geen 2,2 bar lekken zitten in een band als deze een beetje is leeggelopen.
  • Page 64 Minimumdiepte van het loopvlak De minimumdiepte (S, afb. 62) van de groeven in het loopvlak dient op het punt met de grootste slijtage te worden gemeten: de dikte mag niet minder dan 2 mm bedragen en in elk geval niet minder dan de wettelijk voorgeschreven dikte in het land waarin de motor wordt gebruikt.
  • Page 65 Steek de dop er weer op. Belangrijk Laat de olie verversen of de oliefilters vervangen op de in de onderhoudstabel in het garantieboekje afb. 63 voorgeschreven tijdstippen door een erkende Ducati dealer. Viscositeit SAE 10W-40 De andere viscositeitswaarden in de tabel kunnen worden...
  • Page 66 Als de bougies een andere kleur hebben of als er donkere korsten op zitten, vervangt u ze en breng je een erkende Ducati dealer hiervan op de hoogte. Controleer ook de slijtage van de elektrode in het midden; als er veel slijtage op zit, of de bougie ziet er glazig uit, dien je de bougie te vervangen.
  • Page 67 De motor reinigen Opgelet Om de metalen en gelakte delen mooi glanzend te Na het wassen kunnen de remmen soms minder houden, moet de motorfiets regelmatig gewassen en goed werken. gereinigd worden. Hoe vaak hangt af van de manier waarop je ermee rijdt, en op welke wegen de motor rijdt. Smeer geen vet of olie op de remschijven waardoor het Gebruik er speciale, als het kan biologisch afbreekbare, remvermogen afneemt.
  • Page 68 Voer regelmatig de eventuele voorgeschreven controles via de bougiegaten een beetje motorolie in de cilinders uit en gebruik alleen originele onderdelen van Ducati die gieten en de motor met de hand enkele keren laten voldoen aan de voorschriften van de verschillende landen.

  • Page 69: Technische Kenmerken

    TECHNISCHE KENMERKEN Afmetingen (mm) (afb. 65) Gewichten Drooggewicht: 1425 190 Kg zonder vloeistoffen en accu. Gewicht met volle lading: 2180 320 kg Opgelet Als u de motorfiets zwaarder laadt dan de voorgeschreven limieten, presteert hij minder en worden de handteerbaarheid en de wegligging minder goed zodat u er de controle over kunt verliezen.
  • Page 70 Brandstof Type (liter) Brandstoftank inclusief een reserve van Loodvrije benzine met een octaangetal van 3,5 dm (liter) minstens 95 Oliecarter en -filter SHELL - Advance Ultra 4 Voor- en achterremcircuit en koppeling Speciale vloeistof voor hydr.systemen — SHELL - Advance Brake DOT 4 Beschermmiddel voor elektrische Spray voor de behandeling van elektr.
  • Page 71 Motor Schema van de desmodromische distributie (afb. 66) Viertakt met twee in 90° in de lengte liggende "L" cilinders. 1) Tuimelaar voor openen (of bovenste tuimelaar); Boring mm: 2) regelaar bovenste tuimelaar; 3) halve ringen; Slag mm: 4) regelaar tuimelaar voor sluiten (of onderste tuimelaar); 71,5.
  • Page 72 Prestaties Achteraan U haalt de maximale snelheid bij elke versnelling als u de Met vaste geperforeerde stalen schijf. voorschriften voor het inrijden stipt naleeft en regelmatig Remmateriaal: het voorgeschreven onderhoud uitvoert. roestvast staal Schijfdiameter: Remmen 245 mm. Hydraulisch bedieningsorgaan: pedaal op rechterkant. Remoppervlak: Vooraan 25 cm...
  • Page 73 Totale verhoudingen: Als u de motorfiets wenst aan te passen voor speciale 1ste 15/37 parcoursen of wedstrijden, is Ducati Motor Holding S.p.A. 2e 17/30 te uwer beschikking om andere dan de seriegeleverde 3e 20/27 verhoudingen aan te duiden;...
  • Page 74 Frame Bandenspanning Raamwerkconstructie: bovenste kooi inhardstalen buizen. Stuurhoek (op elke kant): Vooraan 30°. Radiaal met binnenband. Balhoofdhoek: Afmetingen: 24°. 120/70-R17. Naloop: 92 mm. Achteraan Radiaal met binnenband. Wielen Afmetingen: Velgen en spaken. 180/55-R17. Vooraan Ontstekingskaarsen Afmetingen: Merk: 3,50x17" CHAMPION Type: Achteraan RA 6 HC.
  • Page 75 Voeding Achteraan Indirecte elektronische injectie MARELLI CPU 5AM2. De demper, verstelbaar in extensie, in compressie en in de Doorsnede van de gasklep: 45 voorcompressie van de veer, is gestoken in een Injectors per cilinder: 1 oscillerende alluminiumvork. Gaten voor injectoren: 1 De achtervork draait rond de steekas die door de motor zit.
  • Page 76 Elektrische uitrustingen Zekeringen De volgende belangrijkste componenten: De hoofdzekeringsdoos is gepositioneerd onder het zadel Koplamp: in het kuipje elektrisch systeem. (afb. 67). lamp type: H4 (12V-55/60W). De gebruikte zekeringen zijn bereikbaar door eerst het Parkeerlicht beschermkap van de houder (1) te halen waarop de lamp type: W5W (12V-4W).
  • Page 77 afb. 67 afb. 68 GOED SLECHT afb. 69...
  • Page 78 Legenda bedradingschema elektrische leiding/ 29) Injector verticale cilinder 30) Potentiometer luchtverdeelklep ontsteking 31) Toerental/timing sensor 1) De stuurschakelaar rechts 32) Olietemperatuursensor regeleenheid 2) Transponderantenne 33) Regeleenheid 5 M 3) Sleutelcontact 34) Neutraalschakelaar 4) Zekeringendoos 35) Schakelaar oliedruk 5) Startmotor 36) Schakelaar remlicht achteraan 6) startrelais 37) Schakelaar remlicht vooraan 7) Accu...
  • Page 79 Kabelkleuren Zekeringenhouder (4) B Blauw W Wit - nr. Beschrijving Waarde V Paars Key on, startschakelaar, 10 A Bk Zwart lambdasonde Y Geel R Rood Stadslicht, groot licht/ 15 A Lb Felblauw dimlicht Gr Grijs G Groen Stop, claxon, knipperlicht 15 A Bn Bruin Instrumentenpaneel...
  • Page 80 GEHEUGENSTEUNTJE VOOR ONDERHOUDSBEURTEN Naam Kilometerstand Datum Ducati Service 1000 10000 20000 30000 40000 50000...
  • Page 82 Manuel d’utilisation et entretien DUCATISPORTCLASSIC PAUL SMART 1000 LIMITED EDITION...
  • Page 84 Nous sommes heureux de vous accueillir parmi les Remarque Ducatistes et nous vous félicitons de l’excellent choix que La Société Ducati Motor Holding S.p.A. décline toute vous venez de faire. Nous pensons que vous utiliserez responsabilité pour les erreurs pouvant s’être glissées au votre moto non seulement comme moyen de transport cours de la rédaction de ce Manuel.
  • Page 85 SOMMAIRE Poignée des gaz 22 Levier du frein avant 22 Pédale de commande frein arrière 23 Pédale de changement vitesse 24 Réglage position de la pédale de changement vitesses et frein arrière 25 Principaux éléments et dispositifs Indications générales Position sur le motocycle 27 Garantie 6 Bouchon réservoir de carburant 28 Symboles 6...
  • Page 86 Contrôle niveau liquide de freins et embrayage 46 Pneus 73 Vérification de l'usure des plaquettes de freins 48 Bougies d'allumage 73 Lubrification des articulations 49 Alimentation 74 Réglage du câble des gaz 50 Suspensions 74 Charge de la batterie 51 Système d’échappement 74 Mise en tension de la chaîne de transmission 53 Coloris disponibles 74...

  • Page 87: Indications Generales

    Ducati : c’est là une garantie de parfaite interchangeabilité, de bon fonctionnement et de longévité. Important Tous les motocycles Ducati sont livrés avec leur Carnet de Possibilité...
  • Page 88 Informations utiles pour rouler en sécurité Signalez toujours et suffisamment à l’avance, avec les clignotants prévus à cet effet, tout changement de Attention direction ou de voie. Lire avant d’utiliser la moto. Se rendre bien visible en évitant de rouler dans “l’angle mort”...
  • Page 89 Garez votre motocycle de manière à éviter tout risque de N’insérez pas d’éléments à transporter dans les espaces choc et en utilisant la béquille latérale. du cadre, car ils pourraient gêner les organes en Ne le garez jamais sur un terrain irrégulier ou instable car il mouvement du motocycle.
  • Page 90 Données d’identification Deux chiffres, identifiant respectivement le cadre (fig. 2) et le moteur (fig. 2), sont indiqués sur chaque motocycle Ducati. Cadre N° Moteur N° Remarque Ces chiffres identifient le modèle de votre motocycle et doivent être rappelés sur toute commande de pièces détachées.

  • Page 91: Commandes Pour La Conduite

    COMMANDES POUR LA CONDUITE Attention Ce chapitre vous renseigne sur le positionnement et la fonction des commandes nécessaires à la conduite du motocycle. Lisez soigneusement cette description avant d’utiliser quelque commande que ce soit. Position des commandes pour la conduite du motocycle (fig.
  • Page 92 Tableau de bord (fig. 4) 7) Témoin EOBD (jaune ambre). 1) Témoin feu de route (bleu). S'allume pour indiquer le blocage du moteur. Il s'éteint au S'allume pour indiquer que le feu de route est allumé. bout de quelques secondes (normalement 1.8 - 2 sec.). 2) Témoin clignotants de direction (vert).
  • Page 93 9) Compte-tours (trs/min). Indique le nombre de tours/minute du moteur. b) Afficheur à cristaux liquides - LCD (2) : - Horloge - Température huile Fonctions des unités LCD 1000 KM/H A l'allumage (clé de OFF à ON), le tableau de bord effectue un contrôle de tous les instruments : aiguilles, afficheur et témoins (fig.
  • Page 94 l'heure. Appuyez plusieurs fois sur le bouton (A) pour modifier l'indication de l'heure. Appuyez sur le bouton (B) pour passer au réglage des minutes. Appuyez sur le bouton (A) pour faire défiler les minutes ; en appuyant sur le bouton pendant plus de 5 secondes le défilement est plus rapide.
  • Page 95 Le système antidémarrage La clé A joue le même rôle que les clés B, mais en plus elle En vue d'augmenter la protection contre le vol, le permet d'effacer et de programmer à nouveau, le cas motocycle est doté d'un système électronique de blocage échéant, d'autres clés noires.
  • Page 96 Code card Une CODE CARD (fig. 8) est fournie avec les clés. Cette carte porte le code électronique (A, fig. 9) à utiliser en cas de blocage du moteur et donc d'allumage raté après le key-ON. Attention La CODE CARD doit être rangée dans un endroit sûr. Il est conseillé...
  • Page 97 Procédure de déblocage de l'antidémarrage 6) Si le code introduit N'est PAS exact, le témoin EOBD électronique avec la poignée des gaz demeure allumé et, la clé sur OFF, l'on peut répéter les opérations à partir du point (1) pour un nombre de 1) Positionnez la clé...
  • Page 98 En cas de demande de clés supplémentaires, adressez- 1) si le code est reconnu, le témoin (6, fig. 4), placé sur le vous au réseau d'assistance DUCATI en apportant toutes tableau de bord, produit un bref clignotement ; le les clés à disposition ainsi que la CODE CARD.
  • Page 99 Commutateur d'allumage et antivol de direction (fig. 10) Situé devant le réservoir, il a quatre positions : A) ON : met en circuit l'éclairage et le moteur ; B) OFF : met hors circuit l'éclairage et le moteur ; C) LOCK : la direction est bloquée ; D) P : feu de stationnement et antivol de direction.
  • Page 100 Commutateur gauche (fig. 11) 1) Inverseur, commande de sélection feux, à deux positions : position = feu de croisement allumé ; position = feu de route allumé. 2) Bouton = clignotant de direction à trois positions : position centrale = éteint ; position = virage à...
  • Page 101 Levier d'embrayage (fig. 12) Le levier (1) qui commande le débrayage est équipé d'une molette (2) servant à régler l'écart entre ce levier et la poignée sur le guidon. Pour réaliser ce réglage, relâchez complètement le levier (1) et tournez la molette (2) sur l’une des quatre positions prévues.
  • Page 102 Commutateur droit (fig. 13) 1) Interrupteur DE MISE A L'ARRET MOTEUR à deux positions : position (RUN) = marche; position (OFF) = arrêt du moteur. Attention Cet interrupteur sert surtout en cas d’urgence pour mettre rapidement le moteur à l’arrêt. Après l'arrêt, ramenez le commutateur en position pour procéder à...
  • Page 103 Poignée des gaz (fig. 14) La poignée des gaz (1), main droite du guidon, commande l'ouverture des soupapes du corps à papillons. Une fois relâchée, la poignée revient automatiquement à sa position initiale de ralenti. fig. 14 Levier du frein avant (fig. 14) Pour actionner le frein avant, tirez le levier (2) vers la poignée.
  • Page 104 Pédale de commande frein arrière (fig. 15) Pour actionner le frein arrière, appuyez votre pied sur la pédale (1). Le système de commande est de type hydraulique. fig. 15...
  • Page 105 Pédale de changement vitesse (fig. 16) La pédale de changement vitesse a une position de repos centrale N avec rappel automatique et deux mouvements : en bas = pousser la pédale vers le bas pour passer la 1e vitesse et pour rétrograder. Avec cette manoeuvre le témoin N au tableau de bord s’éteint ;...
  • Page 106 Réglage position de la pédale de changement vitesses et frein arrière Pour seconder toutes exigences de conduite du pilote, on peut modifier la position des pédales de changement vitesses et de frein arrière, face au repose-pied correspondant. Pour modifier la position de la pédale de changement vitesse , procédez comme suit : immobilisez la tige (1) et desserrez les contre-écrous (2) et (3).
  • Page 107 Pour modifier la position de la pédale du frein arrière, procédez comme suit : Desserrez le contre-écrou (4). Tournez la vis de butée (5) réglant le débattement de la pédale jusqu'à la position voulue. Serrez le contre-écrou (4). En agissant manuellement sur la pédale, il faut constater un léger débattement à...

  • Page 108: Principaux Elements Et Dispositifs

    PRINCIPAUX ELEMENTS ET DISPOSITIFS Position sur le motocycle (fig. 19) 1) Bouchon réservoir de carburant 2) Serrure de selle et élément porte-casque 3) Béquille latérale 4) Amortisseur de direction 5) Rétroviseurs 6) Dispositifs de réglage fourche avant 7) Dispositifs de réglage amortisseur arrière 8) Catalyseur (sauf la version USA).
  • Page 109 Bouchon réservoir de carburant (fig. 20 et fig. 21) Ouverture Levez le cache (1) de protection et insérez la clé dans la serrure. Tournez la clé de 1/4 de tour dans le sens des aiguilles d’une montre pour déverrouiller la serrure. Levez le bouchon.
  • Page 110 Serrure de selle et élément porte-casque Ouverture (fig. 22) Introduisez la clé dans la serrure (1), tournez-la dans le sens des aiguilles d'une montre pour soulever la partie arrière de la selle. Dégager les arrêts (3) de la selle des crochets (2) sur le carde et sortir la selle en la tirant vers l'arrière.
  • Page 111 A la partie arrière du cadre sous la selle est situé le crochet (4, fig. 23 - fig. 24) d'attache du casque de protection pour le pilote. Introduire l'extrémité du lacet du casque dans le crochet, laissez pendre le casque à l'extérieur et remontez la selle pour le fixer.
  • Page 112 Béquille latérale (fig. 25) Remarque Il est conseillé de contrôler périodiquement le bon Important fonctionnement du système de maintien - se composant de deux ressorts à traction, l'un à l'intérieur de l’autre - et Avant d'utiliser la béquille latérale, assurez-vous que du capteur de sécurité...
  • Page 113 Rétroviseurs (fig. 26) Chaque rétroviseur du motocycle se compose de deux éléments, unis par un ressort intérieur spécial, permettant une rotation contrôlée du rétroviseur, vis-à-vis de la bulle, en cas de choc. Après le déplacement, ce ressort ramène le rétroviseur à sa position d'origine. Remarque Les rétroviseurs ne doivent jamais être pliés : le ressort interne n'étant qu'un élément de maintien plus...
  • Page 114 Amortisseur de direction (fig. 27) Il est situé devant le réservoir et fixé au cadre ainsi qu'au té supérieur. Son action contribue à la précision et à la stabilité de la colonne de direction, ce qui améliore la prise en main du motocycle dans quelque condition que ce soit.
  • Page 115 Eléments de réglage fourche avant (fig. 28 et fig. 29) La fourche du motocycle est réglable tant en phase d’extension (détente), de compression des tubes et dans la précharge du ressort. Le réglage s’effectue grâce aux éléments extérieurs à vis : 1) pour modifier le frein hydraulique en extension (fig.
  • Page 116 Les réglages STANDARD sont les suivants : compression : 9 déclics ; extension : 8 déclics. Précontrainte du ressort : 10 mm Plage de réglage : compression : 24 déclics extension : 24 déclics. Précontrainte du ressort : 15 mm Pour modifier la précontrainte du ressort à...
  • Page 117 Vis de réglage amortisseur arrière (fig. 30) L’amortisseur arrière est équipé de vis de réglage extérieurs, permettant d’adapter l’assiette du motocycle aux conditions de charge. La vis de réglage (1), placée au côté droit près de la fixation inférieure de l'amortisseur au bras oscillant, règle le frein hydraulique en extension (détente).
  • Page 118 MODE D'EMPLOI Jusqu’à 1000 km Au cours des 1000 premiers km de roulage prendre garde au compte-tours car il ne faut absolument pas dépasser le régime de 5.500÷6.000 trs/mn. Au cours des premières heures de roulage du motocycle il Précautions pour la première période est conseillé...
  • Page 119 Liquide freins et embrayage et les révisions conseillées dans le carnet de garantie. Le non-respect de ces règles dégage Ducati Motor Holding Vérifiez le niveau du liquide dans les réservoirs S.p.A. de toute responsabilité à l'égard des préjudices correspondants.
  • Page 120 Démarrage du moteur Attention Avant le démarrage du moteur, il est bien de se familiariser avec les commandes à utiliser durant la conduite (page10) 1) Déplacez le commutateur d'allumage en position ON (fig. 32). Vérifiez si le témoin vert N et le rouge tableau de bord sont allumés.
  • Page 121 2) S'assurer que le commutateur d'arrêt (1, fig. 33) soit en position (RUN) ; appuyer ensuite sur le bouton de démarrage (2, fig. 33). Le motocycle est doté de démarrage servocommandé. Cette fonction permet le démarrage servocommandé du moteur en appuyant sur le bouton (2) et en le relâchant immédiatement.
  • Page 122 Démarrage et mise en route du motocycle Important Evitez les brusques accélérations qui peuvent noyer 1) Débrayez en agissant sur le levier de commande. le moteur et provoquer des à-coups violents aux organes 2) Du bout de votre pied, baissez avec décision la pédale de la transmission.
  • Page 123 Freinage Lorsque vous abordez de longues et fortes descentes, Réduisez progressivement la vitesse en rétrogradant pour bénéficiez du frein moteur en rétrogradant. Utilisez les ralentir grâce au frein moteur et utilisez seulement ensuite freins de manière intermittente et uniquement sur de les deux freins ensemble pour l’arrêt définitif.
  • Page 124 Mise à l’arrêt du motocycle Attention Réduisez la vitesse, rétrogradez et lâchez la poignée des Le système d'échappement peut être encore chaud, gaz. Rétrogradez jusqu’à la première vitesse et par la suite même après avoir éteint le moteur ; veillez à ce qu'aucune mettez au point mort.
  • Page 125 Ravitaillement carburant Max level Quand vous prenez de l’essence, ne remplissez pas trop le réservoir. Le niveau du carburant doit demeurer au- dessous de l’orifice de remplissage dans le puisard du bouchon (fig. 34). Attention Utilisez du carburant ayant une quantité réduite de plomb et un indice d'octane à...
  • Page 126 Accessoires en dotation (fig. 35) Un dégagement au-dessous de la selle abrite une trousse (1) qui contient : un manuel d’utilisation et entretien ; un lacet d’ancrage du casque ; une trousse à d’outils pour les opérations ordinaires d’entretien et de contrôle. Pour avoir accès au compartiment il est nécessaire de retirer la selle (voir page 29), en ouvrant la serrure, desserrer la vis (2) et lever le cache de protection (3).

  • Page 127: Principales Operations D'entretien

    PRINCIPALES OPERATIONS D’ENTRETIEN Attention Le liquide de freins et embrayage est nuisible aux éléments peints du carénage et aux éléments plastiques. Evitez donc tout contact du liquide avec ces éléments. L'huile hydraulique est corrosive et peut occasionner des Contrôle niveau liquide de freins et embrayage préjudices et des lésions.
  • Page 128 Système d’embrayage Un jeu au levier de commande trop important et un motocycle qui saute ou s'arrête lors du passage de la vitesse signalent la présence d'air dans le système. Contactez un Concessionnaire ou Atelier Agréé pour une vérification et, au besoin, la purge du système. Attention Le niveau du liquide d'embrayage dans le réservoir a tendance à...
  • Page 129 Vérification de l'usure des plaquettes de freins (fig. 40) 1 mm Frein avant Pour simplifier le contrôle des plaquettes de freins sans devoir les retirer de l’étrier, chaque plaquette comporte un indicateur d'usure. Une plaquette en bon état doit présenter des rayures bien visibles sur ses garnitures. Frein arrière Sur chaque plaquette l'épaisseur de la garniture doit être de 1 mm au moins.
  • Page 130 Lubrification des articulations Il est nécessaire de contrôler systématiquement les conditions de la gaine extérieure des câbles des gaz. Elle ne doit pas présenter de pincements ni craquelures sur le revêtement plastique extérieur. Vérifiez le coulissement libre du câble intérieur en intervenant sur sa commande : si vous constatez du frottement ou des points durs, faites- le remplacer par un Concessionnaire ou Atelier Agréé.
  • Page 131 Réglage du câble des gaz La poignée des gaz dans toutes positions de braquage 1,5 2 mm doit avoir une garde de 1,5÷2 mm, mesurée sur le bord extérieur de la poignée. 1,5 ÷ 2 mm Si cela n'est pas le cas, il faut régler la garde de la commande en intervenant sur les éléments de réglage (1) du corps à...
  • Page 132 Charge de la batterie (fig. 45) Pour recharger la batterie il est conseillé de la retirer du motocycle. Desserrer les vis (1) de fixation du support de batterie. Retirer le couvercle (2) en dégageant des deux arrêts latéraux le lacet élastique. Débranchez la borne négative (-) noire en premier et celle positive (+) rouge par la suite.
  • Page 133 Attention Tenez la batterie hors de la portée des enfants. Chargez la batterie pendant 5-10 heures à 1 A. Remettre en place la batterie sur son support, bloquer le couvercle (2, fig. 45), fixer le support de batterie au cadre, en serrant les vis (1, fig.
  • Page 134 Mise en tension de la chaîne de transmission Faites tourner lentement la roue arrière pour trouver la position où la chaîne se présente tendue davantage. Le motocycle sur sa béquille latérale, poussez la chaîne de votre doigt vers le haut, tout au milieu du bras oscillant. Le brin inférieur de la chaîne doit avoir un mou de 30÷32 mm.
  • Page 135 Graissage de la chaîne de transmission Ce type de chaîne est pourvue de joints toriques à protection des éléments frottants contre les agents extérieurs et pour un maintien prolongé du graissage. Afin de ne pas endommager ces joints au cours du nettoyage de la chaîne, utilisez uniquement des solvants spécifiques et n'effectuez pas de lavage trop violent - par des machines à...
  • Page 136 Remplacement des ampoules d’éclairage Avant d'effectuer le remplacement d’une ampoule grillée, assurez-vous que la lampe de rechange ait les valeurs de tension et de puissance spécifiées pour "Circuit Electrique" à la page 75. Vérifiez toujours le bon fonctionnement de l'ampoule neuve avant de procéder à la repose des pièces retirées.
  • Page 137 Remplacez les ampoules (4). Remarque La partie transparente de l’ampoule neuve ne doit pas être touchée les mains nues, parce que cela en provoquerait le noircissement, d'où la diminution de sa luminosité. Insérez les ergots du socle d'ampoule dans les fentes correspondantes afin d'obtenir l'assiette exacte ;...
  • Page 138 Clignotant de direction avant (fig. 53 et fig. 54) Desserrez la vis (1) et séparez la coupelle (2) depuis le support du clignotant. Cette lampe a une douille à baïonnette. Pour l’extraire, il faut l’enfoncer et la tourner en sens anti-horaire. Pour insérer l’ampoule neuve, il faut la pousser et la tourner en sens horaire jusqu’à...
  • Page 139 Clignotant de direction arrière (fig. 55 et fig. 56) Desserrez la vis (1) et séparez la coupelle (2) équipée de support du clignotant (3). Sortir l'ensembe ampoule (4) du d'ampoule (5). Remplacer l'ampoule et remettre en place l'ensemble ampoule (4) dans le support d'ampoule (5). Remettre en place la coupelle (2) avec le support d'ampoule (5) sur le support de clignotant (3) en engageant les deux ergots du support d'ampoule (5) dans le cran à...
  • Page 140 Eclairage plaque (fig. 57) Pour accéder à l'ampoule d’éclairage plaque à numéro, sortez la douille de lampe de l’intérieur du support de plaque. Sortez la lampe et remplacez-la. Remarque La douille de lampe est pourvue d'une extrémité (A, fig. 57) par laquelle on peut la sortir du support de plaque, en évitant de déchirer les câbles.
  • Page 141 Feux stop Pour remplacer l’ampoule du feu stop et de position, il faut desserrer les deux vis (1, fig. 58) qui serrent l’optique et la retirer. Cette lampe a une douille à baïonnette. Pour l’extraire, il faut l’enfoncer et la tourner en sens anti- horaire.
  • Page 142 Assiette du phare (fig. 60) Pour contrôler si le phare est bien positionné, mettez le motocycle, pneus gonflés à la pression exacte et une personne assise en selle, parfaitement à l’aplomb de son axe longitudinal en face d’un mur ou écran, à une distance de 10 m de celui-ci.
  • Page 143 Pneus Réparation ou remplacement des pneus Pression avant : En cas de perforations légères, les pneus avec chambre à 2,2 bars air se dégonflent sous un délai assez court, puisqu'ils ont Pression arrière : un faible degré d'étanchéité autonome. Si vous constatez 2,2 bars qu’un pneu est légèrement dégonflé, contrôlez soigneusement s’il y a des fuites.
  • Page 144 Epaisseur minimale de la bande de roulement Mesurez l’épaisseur minimale (S, fig. 62) de la bande de roulement dans le point où l’usure est plus importante : elle ne doit pas être inférieure à 2 mm et, quoi qu’il en soit, non inférieure aux dispositions législatives en vigueur.
  • Page 145 Contrôle niveau huile moteur (fig. 63) Le niveau de l’huile moteur peut être vérifié par le hublot de regard (1) placé sur le couvercle d’embrayage. Contrôlez le niveau motocycle parfaitement vertical et moteur en température. Après l’extinction, attendez quelques minutes afin que le fluide se stabilise. Le niveau doit se maintenir entre les marques du hublot de regard.
  • Page 146 Nettoyage et remplacement des bougies (fig. 64) Nettoyez soigneusement son emplacement sur la culasse La bougie est un élément important du moteur et doit et prenez garde à ne pas laisser tomber de corps étrangers donc être systématiquement contrôlée. à l'intérieur de la chambre de combustion. Cette action s’avère assez facile et permet de vérifier le bon état de fonctionnement du moteur.
  • Page 147 Nettoyage général Attention Afin de maintenir dans le temps le brillant d’origine des Parfois les freins ne répondent pas après le lavage du surfaces métalliques et des éléments peints, il faut laver motocycle. et essuyer périodiquement le motocycle à raison de son utilisation et des conditions des routes parcourues.
  • Page 148 Ducati, qui se conforment aux règles moteur manuellement, afin de distribuer un film des différents pays.

  • Page 149: Caracteristiques Techniques

    CARACTERISTIQUES TECHNIQUES Encombrement (mm) (fig. 65) Poids A sec : 1425 190 kg sans liquides et batterie. A pleine charge : 2180 320 Kg. Attention Le non-respect des limites de masse totale pourrait influencer négativement la maniabilité et le rendement de votre motocycle, ainsi que provoquer la perte de contrôle du véhicule.
  • Page 150 Ravitaillements Type (litres) Réservoir de carburant, y compris une Essence sans plomb avec indice d'octane à réserve de 3,5 dm (litres) l'origine de 95 au minimum Carter inférieur et filtre SHELL - Advance Ultra 4 Circuit frein AV./AR. et embrayage Liquide spéciale pour systèmes —...
  • Page 151 Moteur Schéma distribution desmodromique (fig. 66) Bicylindre à quatre temps en "L" longitudinal à 90°. 1) Culbuteur d’ouverture (ou supérieur). Alésage mm : 2) Pastille de réglage culbuteur supérieur. 3) Demi-lunes. Course mm : 4) Pastille de réglage culbuteur de fermeture (ou 71,5 inférieur).
  • Page 152 Performances Arrière La vitesse de pointe, relativement à chaque rapport, peut A disque fixe percé. être obtenue dans la mesure où l'on respecte les Matière surface de freinage : prescriptions du rodage et les opérations d’entretien acier inoxydable. systématique. Diamètre du disque : 245 mm Système de freinage Commande hydraulique par pédale côté...
  • Page 153 Les rapports indiqués ont été homologués, par 15/38 conséquent il ne faut pas les modifier. Rapports totaux : Toutefois Ducati Motor Holding S.p.A. est à votre 15/37 disposition pour toute exigence d'adaptation du motocycle 17/30 à des parcours spéciaux ou compétitions et pour vous 20/27 indiquer des rapports différents de ceux standard.
  • Page 154 Cadre Pneus En treillis tubulaire - cage supérieure en tubes d’acier hyper-résistants Avant Angle de braquage (de chaque côté) : Radial avec chambre à air. 30°. Dimensions : Angle de chasse : 120/70-R17. 24°. Chasse : Arrière 92 mm Radial avec chambre à air. Dimensions : Roues 180/55-R17.
  • Page 155 Alimentation Cette solution permet de régler la hauteur de la partie Injection électronique indirecte MARELLI CPU 5AM2. arrière indépendamment du réglage de la précontrainte du Diamètre corps à papillons : 45 mm ressort. Injecteurs par cylindre : 1 Orifices par injecteur : 1 Débattement amortisseur : Alimentation en essence : 95-98 RON.
  • Page 156 Circuit électrique Fusibles Se compose des éléments principaux qui suivent : La boîte à fusibles principale est située sous la selle dans Phare avant : le dégagement du circuit électrique (fig. 67). ampoule type : H4 (12V-55/60W). Les fusibles utilisés sont accessibles en retirant le cache Feu de position : de protection (1) sur lequel est indiqué...
  • Page 157 fig. 67 fig. 68 BIEN FONCTIONNANT FONDU fig. 69...
  • Page 158 Clé de lecture circuit électrique/système d’injection 30) Potentiomètre papillon 31) Capteur de tours/position moteur 1) Commutateur droit 32) Sonde de température huile boîtier 2) Antenne Transpondeur 33) Boîtier électronique 5A M 3) Commutateur à clé 34) Contacteur de point mort 4) Boîte à...
  • Page 159 Code couleur des fils Légende boîtes à fusibles (4) B Bleu W Blanc Pos. Consommateurs Val. V Violet Key on, solénoïde de 10 A Bk Noir démarrage, lambda Y Jaune R Rouge Feu de position, feu de 15 A Lb Bleu ciel route/de croisement Gr Gris G Vert...

  • Page 160: Aide-Memoire Pour L'entretien Periodique

    AIDE-MEMOIRE POUR L’ENTRETIEN PERIODIQUE Kilométrage Date Ducati Service 1000 10000 20000 30000 40000 50000...
  • Page 161 DUCATIMOTOR HOLDING S.p.A. 913.7.109.1B Via Cavalieri Ducati, 3 Stampato 08/2005 40132 Bologna, Italy Tel 39.051.6413111 Fax 39.051.406580 www.ducati.com...
  • Page 162 LIGHTING STARTER ENGINE STOP RY B WR R GBk BW Bk FREE LOCK PUSH PARK Bk/B R/Bk R/Bk 1 4 3 6 2 B/Bk BK/G P/Bk 1N4007 R/Bk Gr/R 16 W W/Bk 5/21W n.c. 12 V.-55/60 W. Y/Bk Y/Bk Y/Bk 12 V.- T 4 W.
  • Page 163 DUCATIMOTORHOLDING S.p.A. Via Cavalieri Ducati, 3 40132 Bologna, Italia Tel. 0039/0516413111 Fax 0039/051406580 www.ducati.com...

Table des Matières