Télécharger Imprimer la page

Calpeda NMP Instructions Originales Pour L'utilisation page 4

Publicité

Nederlands
Zelfaanzuigende pompen
met ingebouwd voorfilter
NMP
ORIGINEEL BEDIENINGSVOORSCHRIFT
1. Toepassingsgebied
Standaard uitvoering
-
Voor schoon of licht vervuild water in
zwembadfiltratiesystemen met een maximale
mediumtemperatuur van 60 °C
- Maximum toegestane werkdruk is 6 bar
- Installatie in een goed geventileerde ruimte
die beschermd wordt tegen weersinvloeden
met een maximale omgevingstemperatuur
van 40 °C
Geluidsniveau tot 2,2 kW: ≤ 70 dB(A)
vanaf 3 tot 11 kW: ≤ 85 dB(A).
2. Installatie
Hijs en verplaats de pomp zoals aangegeven in
figuur 1.
De NMP pompen dienen geïnstalleerd te wor-
den met de rotoras horizontaal en de persaan-
sluiting naar boven gericht. Plaats de pomp zo
dicht mogelijk bij de zuigbron, zorg
voor voldoen de ruimte rond de
pomp voor motorventilatie, in-
spectie en onderhoud.
3. Leidingen
Bevestig alle leidingen middels steunpunten en
verbind ze zo dat er gaan mechanische krachten
op het pomphuis worden uitgeoefend.
De binnendiameter is afhankelijk van de gewen-
ste opbrengst. Zorg voor een leidingdiameter,
die resulteert in een stroomsnelheid niet hoger
dan 1,5 m/s voor zuigleiding en 3 m/s voor per-
sleiding. De leidingdiameters mogen nooit klei-
ner zijn dan de pompaansluitingen.
3.1. Zuigleiding
De zuigleiding moet luchtdicht en oplopend rich-
ting pomp zijn om luchtzakken te voorkomen.
Bij gebruik van flexibele slang, gebruik spi-
raalslang om vernauwing als gevolg van vacuüm
te voorkomen.
Bij plaatsing van de pomp boven vloeistof-
niveau (zuigbedrijf), plaats een voetklep of te-
rugslagklep in de zuigleiding.
Bij plaatsing van de pomp onder toeloop,
monteer een terugslagklep.
3.2. Persleiding
Plaats een schuifafsluiter in de persleiding om
de pompopbrengst, druk en vermo-
gen te regelen.
Installeer een manometer.
Bij een geodatische opvoerhoogte
van meer dan 15 meter monteer een
terugslagklep tussen pomp en afsluiter. Dit ter
bescherming van de pomp tegen waterslag.
4. Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting moet uit-
gevoerd worden door een gekwalifi-
ceerd elektricien overeenkomstig de
plaatselijke verordeningen.
Volg alle veiligheidsinstructies.
De pompset dient op een juiste wijze
geaard te zijn.
Verbind de aarde in de aansluitdoos met een ge-
merkte teken
.
Vergelijk de frequentie en voltage met de waar-
den op het typeplaatje en sluit de fasen aan ove-
reenkomstig het schema in de aansluitdoos.
Bij motorvermogens boven 5,5 kW
voorkom directe inschakeling. Plaats
een schakelkast met ster-driehoek-
schakelaar of andere startvoorziening.
LET OP: geen metalen voorwerpen in
de kabelopening tussen aansluitdoos
en stator laten vallen, anders motor de-
monteren en voorwerp verwijderen.
Bij gebruik in zwembaden, vijvers en soortgelijke
situaties, is het noodzakelijk dat een aardlek-
schakelaar van maximaal IΔN 30
mA in de voeding wordt opgenomen.
Installeer een schakelaar waar-
bij elke fase van de toevoer uitge-
schakeld kan worden. De opening
tussen de contacten dient minimaal
3 mm te zijn.
Bij een 3-fase motor dient men een motorbeveili-
ging, overeenkomstig de nominale motorstroom,
te gebruiken.
Een fase NMPM pompen zijn voorzien van een
condensator en (voor 220 en 240 V, 50 Hz) met
een ingebouwde thermische beveiliging.
Calpeda s.p.a. Via Roggia di Mezzo, 39
36050 Montorso Vicentino - Vicenza - Italia
Tel. +39 - 0444 476 476 Fax +39 - 0444 476 477
5. Opstarten
LET OP: laat de pomp nooit drooglopen.
Start de pomp nadat het pomphuis met
vloeistof gevuld is.
Wanneer de pomp boven vloeistofniveau
geplaatst is (zuigbedrijf), vul de pomp met water
tot aan de zuigaansluiting door de opening op
het pomphuis nadat de deksel is verwijderd
(fig. 2).
ATTENTIE: voor het transport is het
deksel tijdelijk gemonteerd met moe-
ren. Vervang deze door de handmoe-
ren (15.12) te vinden in het filter.
Als men werkt bij een positieve voordruk,
vult men de pomp door de zuigklep langzaam
volledig te openen en houdt men de persklep
open om lucht te laten ontsnappen.
Bij 3-fase motoren, controleer de draai-
richting zoals afgebeeld door de pijl op het
pomphuis, anders, sluit de stroomtoevoer en
verwissel de aansluiting van 2-fasen.
Bij zuigbedrijf kan het noodzakelijk zijn om enke-
le minuten te wachten totdat de pomp aanzuigt.
Controleer of de pomp functioneert binnen de
prestatiecurve en dat de nominale stroom ver-
meld op het typeplaatje niet wordt overschreden.
Stel anders de afsluiter in de pers bij.
6. Onderhoud
Inspecteer en reinig de filterkorf
periodiek.
De filterkorf is eenvoudig toegankelijk nadat het
deksel op het pomphuis is verwijderd. Wanneer
de pomp beneden vloeistofniveau is geplaatst,
sluit de zuig- en persafsluiter voor het verwijde-
ren van het pomphuisdeksel.
Desinfecterende middelen of
chemische producten voor
waterbehandeling niet direct
in de pomp gieten. Risico op
reacties en emissie van schadelijke gassen.
Risico van corrosie in stagnerende watercon-
dities (tevens bij toename van temperatuur en
verlaging van de PH waarde).
In geval van verwachte stilstand voor
langere periode of vorst, pomp volledig
aftappen (fig. 3).
Voor het opstarten, controleer of de as niet ge-
blokkeerd is en vul het pomphuis met water.
Voor elke vorm van onderhoud,
dient men de elektrische aan-
sluitingen los te nemen en
zorg dat de stroom niet per on-
geluk ingeschakeld kan worden.
7. Demontage
Sluit de zuig- en perskleppen en tap het
pomphuis af voordat men de pomp demonteert.
De motor en alle inwendige delen kunnen
gedemonteerd worden zonder dat het pomphuis
en de leidingen verwijderd hoeven te worden.
Door de moeren (14.28) te verwijderen, kan men
de motor met waaier volledig terugschuiven.
8. Onderdelen
Bij onderdelen bestellingen dienen de gegevens
die op het typeplaatje (type, data en serienummer)
staan alsmede het positienummer van elk
gewenst deel overeenkomstig de onderdelen-
tekening te worden vermeld.
Lagers C3 en vet voor hoge temperaturen toe-
passen.
Iedere pomp welke inspectie
en/of reparatie behoeft, moet
afgetapt en zorgvuldig worden
gereinigd zowel uit- als inwen-
dig, alvorens deze te transporteren.
Wijzigingen voorbehouden.
NMP
1.
60°C.
- 6
.
:
2,2
-
70
( )
3
11
-
85
( )
2.
. 1.
NMP
.
.
,
.
.
3.
,
,
.
,
1,5
3
/
.
,
.
3.1
-
.
(
.
(
)
3.2
,
.
(
).
15
.
4.
.
.
.
,
,
,
.
.
"
"
!
.
,
.
,
(IΔN)
30
.
3
.
,
.
NMPM
,
(
220-240
5.
!
.
,
.
(
(
. 2).
!
40°C;
.
(15.12),
(
)
;
.
,
;
,
,
,
.
.
.
.
6.
/
.
.
.
)
,
(
.
(
. 3).
,
.
!
.
,
7.
,
.
.
,
.
,
(14.28)
8.
≥ 5,5
.
,
.
-
.
.
,
.
,
,
50
)
.
,
)
,
.
,
.
,
.
,
,
,
.
.
,
pH).
,
.
.
,
.
.
3
,
.

Publicité

loading