Table des Matières
Publicité
GB
8. Programming the Twilight Function
This function requires the connection of a sun/twilightsensor (to be ordered separately).
The programming of the twilight function facilitates brightness-controlled switching time events,
i. e. the light is turned on when a preselected brightness value is undercut. The Moon in the
display flashes.
Note:
Activating the twilight function with no sensor installed will cause malfunctioning of the
device.
The twilight function substitutes the astro function for ON time events. Therefore, at
least one astro ON time event must be programmed for the days on which the twilight
function is to be executed.
The sensor must be attached to the window pane and ensures the twilight function. Otherwise,
the sun/twilight sensor (surface-mounting) can be used.
The twilight function is activated approx. 120 minutes before sunset (please refer to the astro
curve). The light is turned on approx. 4 minutes after the illumination drops below the preset
brightness value.
74
NL
8. Programmeren van de schemerfunctie
(only for attachment with sensor input)
Voor deze functie is aansluiting van een zonne-/schemersensor vereist
(apart bestellen).
De programmering van de schemerfunctie maakt helderheidsgestuurde
schakeltijden mogelijk, d.w.z. bij onderschrijding van een ingestelde
helderheidswaarde wordt de verlichting ingeschakeld. Het maansymbool in
het display knippert.
Aanwijzing:
Wordt de schemerfunctie geactiveerd terwijl er geen sensor is
geïnstalleerd, treedt een storing op.
Die schemerfunctie vervangt de Astro-functie voor Aan-tijden. Er
dient derhalve voor de dagen, waarop de schemerfunctie uitgevoerd
moet worden, minimaal één Astro-Aan-tijd geprogrammeerd te zijn.
De sensor wordt op het venster bevestigd en realiseert hier de schemerfunctie.
Of men gebruikt de zonne-/schemersensor (opbouw)
Die schemerfunctie wordt ca. 120 minuten voor zonsondergang (zie Astro-
karakteristiek) actief geschakeld. Ca. 4 minuten na onderschrijding van de
ingestelde helderheidswaarde wordt de verlichting ingeschakeld.
(alleen bij opzetstuk
met sensoraansluiting)
F
8. Programmation de la fonction crépusculaire
(seulement pour
adaptateur avec connexion de capteur)
La connexion d'un capteur solaire/crépusculaire est nécessaire pour cette
fonction (commander séparément).
La programmation de la fonction crépusculaire permet l'exécution
d'heures de déclenchement en fonction de la luminosité c'est-à-dire que
l'éclairage s'allume lorsque la luminosité est inférieure à une valeur de
luminosité réglée préalablement. Le symbole Lune clignote sur l'unité
d'affichage.
Important:
Il se produit un dysfonctionnement lorsque la fonction crépusculaire
est activée sans qu'un capteur ne soit installé.
La fonction crépusculaire remplace la fonction Astro pour les temps
d'allumage. Il faut donc qu'au moins une heure d'allumage Astro soit
programmée pour les jours auxquels la fonction crépusculaire doit
être activée.
Le capteur est fixé à la vitre de la fenêtre et permet la fonction crépusculaire.
Le capteur solaire/crépusculaire pour montage en saillie peut également
être utilisé.
La fonction crépusculaire est activée 120 minutes heures environ avant le
coucher du soleil (voir courbe astro). 4 minutes env. après dépassement de
la valeur de luminosité réglée, l'éclairage s'allume.
75
Publicité
Chapitres
Table des Matières
