PROBLEEM
3. Met de
bedieningshendel
van het blad en de
veiligheidsschakelaar
ingeschakeld, draait
de snij-inrichting niet.
4. De snij-inrichting
warmt te veel op
tijdens het werk.
5. De snij-inrichting komt
in aanraking met een lijn
of een elektrische kabel
6. De snij-inrichting komt
in aanraking met een
vreemd voorwerp.
7. Men hoort overdreven
geluiden en/of trillingen
tijdens het werk
8. Er komt rook uit de
machine tijdens
de werking
9. Kleine autonomie
van de accu
10. De acculader laadt
de accu niet op
Mochten de problemen aanhouden na het toepassing van de bovengenoemde
remedies, dan dient er contact te worden opgenomen met uw Verkoper.
MOGELIJKE OORZAAK
Heggenschaar beschadigd.
Onvoldoende smering van de messen
-
-
Losgekomen of beschadigde delen
Heggenschaar beschadigd.
Zware gebruiksconditie met grotere
stroomabsorptie
Accu niet voldoende voor
de werkbehoeften
Verslechtering van de
capaciteit van de accu.
Accu niet correct geplaatst
in de acculader
Niet geschikte omgevingscondities
Vuile contacten
Geen spanning aan de acculader
Defecte acculader
Gebruik de heggenschaar niet. Stop de
machine onmiddellijk,
Neem contact op met een Dienstcentrum.
Stop de machine, wacht tot de snij-
inrichting stilstaat, verwijder de accu,
smeer de messen (par. 7.4)
RAAK HET BLAD NIET AAN WANT DIT
KAN GEELEKTRIFICEERD WORDEN
EN UITERST GEVAARLIJK WORDEN!
Neem de machine stevig vast aan de
achterste, geïsoleerde handgreep en zet ze
voorzichtig op afstand van uw eigen lichaam.
Schakel de stroom die de lijn of kabel
voedt, uit en verwijder de accu vooraleer
de tanden van het blad vrij te zetten.
Stop de machine,
–
controleer de schade;
–
controleer of er delen losgekomen
zijn en schroef ze weer vast.;
–
vervang of herstel de
beschadigde delen met delen met
gelijkwaardige kenmerken.
Stop de machine,
–
controleer de schade;
–
controleer of er delen losgekomen
zijn en schroef ze weer vast.;
–
vervang of herstel de
beschadigde delen met delen met
gelijkwaardige kenmerken.
Gebruik de heggenschaar niet. Stop de
machine onmiddellijk,
Neem contact op met een Dienstcentrum.
Optimaliseer het gebruik (par. 7.2.1)
Gebruik een tweede accu of een
sterkere accu (par. 15.1)
Koop een nieuwe accu
Controleer of de accu correct
geplaatst is (par. 7.2.2)
Herlaad de accu in een omgeving
met geschikte temperatuur (zie
handleiding van de accu/acculader)
Reinig de contacten
Controleer of de stekker in het
stopcontact steekt en of er spanning
aanwezig is in het stopcontact
Vervangen met een origineel wisselstuk
Indien het probleem aanhoudt, raadpleeg de
handleiding van de accu / acculader
NL - 13
OPLOSSING
verwijder de accu en
verwijder de accu en:
verwijder de accu en:
verwijder de accu en