Vullen
1. Plaats het basisapparaat 8 op een dro-
ge, vlakke en niet-glijdende onder-
grond.
2. Vul de droogmanden 2/3 met het voor-
bereide droogproduct. Let er daarbij op
dat u de droogmanden niet te vol doet.
Er moet nog lucht door de roosterbo-
dems van de droogmanden kunnen cir-
culeren. Vul de droogmanden
gelijkmatig en leg het droogproduct niet
in meerdere lagen over elkaar heen.
3. Plaats de droogmanden 3 en de boven-
ste droogmand 2 erop.
4. Zet het deksel 1 erop.
8.2 Instellingen uitvoeren en
droogproces starten
AANWIJZING: richtwaarden voor de
droogtemperatuur, de droogtijd en de
droogproef vindt u in hoofdstuk "Levensmid-
delentabellen" op pagina 64.
1. Steek de stekker 4 in een stopcontact
dat overeenkomt met de gegevens op
het typeplaatje. Op het display 13
knippert 00 en wordt Hr weergegeven.
2. Stel met de toetsen — 15 en + 16 de
droogtijd tussen 1 en 48 uur (01 Hr tot
48 Hr) in stappen van 1 uur in.
3. Druk eenmaal kort op de toets
om de instelling van de temperatuur te
wisselen. 55 knippert en °C wordt
weergegeven.
4. Om de eenheid voor de temperatuur
tussen °C en °F te wisselen, houdt u de
14 ingedrukt.
toets
5. Stel met de toetsen — 15 en + 16 de
droogtemperatuur tussen 40 °C en
70 °C (resp. tussen 100 °F en 160 °F)
in stappen van 5° in.
6. Druk eenmaal kort op de toets
het droogproces te starten.
De ventilator 9 start. Op het display 13
wordt het urensymbool
ven, de ingestelde temperatuur en de
resterende droogtijd worden afwisse-
lend weergegeven. De droogtijd wordt
in uur (Hr) weergegeven, binnen het
laatste uur in minuten (Min).
7. Wanneer de ingestelde tijd is verstre-
ken, schakelt het apparaat uit. De venti-
lator 9 stopt. Op het display 13 wordt
00 continu weergegeven.
8. Controleer het droogproduct met de
droogproef (zie "Levensmiddelentabel-
len" op pagina 64). Indien het droog-
product nog niet voldoende is
gedroogd, start u het droogproces op-
nieuw voor een kortere nadroogtijd.
9. Wanneer de ingestelde tijd is verstre-
ken, schakelt het apparaat uit. De venti-
lator 9 stopt. Gedurende korte tijd
weerklinkt een geluidssignaal en op het
display 13 wordt 00 continu weergege-
ven.
10.Trek na beëindiging van het droogpro-
ces de stekker uit het stopcontact 4.
8.3 Instellingen tijdens het
droogproces wijzigen
U kunt de instellingen van de droogtijd en
de droogtemperatuur tijdens het droogpro-
ces te allen tijde wijzigen.
1. Druk kort op de toets
14,
rende tijd knippert op het display 13.
2. Zolang de waarde op het display 13
knippert (ca. 2 seconden), kunt u deze
met de toetsen — 15 en + 16 wijzi-
gen.
AANWIJZING: ook wanneer tijdens het
laatste uur de resterende tijd in minuten
wordt weergegeven, kan de droogtijd al-
leen in stappen van uren worden gewijzigd.
17, om
weergege-
14. De reste-
67
NL