• Klap de schakelkast tegen het toestel.
• Breng de toestelmantel weer aan.
U mag het toestel niet opnieuw in gebruik nemen!
6.2.2 Grootste warmtebelasting controleren (nomi-
nale belasting)
De controle van de grootste warmtebelasting is noodza-
kelijk bij de eerste inbedrijfstelling en na het vervangen
van het gasblok.
1
2
Afb. 6.5 Nominale belasting controleren
Om de grootste warmtebelasting te controleren, gaat u
als volgt te werk:
• Schakel het toestel uit.
• Draai de vier schroeven van het kamerdeksel
(3 in afb. 6.4) los en neem dit weg.
• Draai de meetnippelschroef op het gasblok
(1 in afb. 6.5) los.
• Sluit een digitale manometer of U-manometer aan
(2 in afb. 6.5).
• Druk op de toets "+" van het display en zet bij inge-
drukt gehouden toets "+" de aan/uit-schakelaar op "I".
• Houd de toets "+" zolang ingedrukt tot op het display
de weergave "P.0" verschijnt.
Installatie- en onderhoudshandleiding turboTEC plus/turboTEC pro 0020029203_02
Aanwijzing!
h
Door herhaaldelijk op de toets "+" of "-" te
drukken kunt u de cijfers veranderen.
• Druk op de toets "+" tot "P.1" verschijnt.
• Druk op de toets "i", om het testprogramma te star-
ten. Het toestel gaat nu naar vollast.
De weergave wisselt tussen "P.1" en de actuele instal-
latievuldruk.
• Lees de waarde van de manometer af (zie tabel 6.1).
Neem bij afwijkende meetwaarden goed nota van de
informatie voor verhelpen van fouten in hoofd-
stuk 6.2.4.
• Schakel het toestel uit.
• Verwijder de manometer.
• Draai de meetnippelschroef van het gasblok weer vast.
• Monteer het kamerdeksel.
6.2.3 Minimaal gasvolume controleren en instellen
De controle van het minimale gasvolume is noodzakelijk
bij de eerste inbedrijfstelling en na het vervangen van
het gasblok.
Om het minimale gasvolume te controleren, gaat u als
volgt te werk:
• Schakel het toestel uit.
• Draai de vier schroeven van het kamerdeksel
(3 in afb. 6.4) los en neem dit weg.
• Draai de meetnippelschroef op het gasblok
(1 in afb. 6.5) los.
• Sluit een digitale manometer of U-manometer aan
(2 in afb. 6.5).
• Druk op de toets "+" van het display en zet bij inge-
drukt gehouden toets "+" de aan/uit-schakelaar op "I".
• Houd de toets "+" zolang ingedrukt tot op het display
de weergave "P.0" verschijnt.
h
Aanwijzing!
Door herhaaldelijk op de toets "+" of "-" te
drukken kunt u de cijfers veranderen.
• Druk op de toets "+" tot "P.2" verschijnt.
• Druk op de toets "i", om het testprogramma te star-
ten. Het toestel gaat nu naar het minimale gasvolume.
De weergave wisselt tussen "P.2" en de actuele instal-
latievuldruk.
• Lees de waarde van de manometer af (zie tabel 6.1).
• Schakel het toestel uit.
• Verwijder de manometer.
• Draai de meetnippelschroef van het gasblok weer vast.
• Monteer het kamerdeksel.
Bij afwijkende meetwaarden kunt u het minimale gasvo-
lume als volgt instellen:
• Druk opnieuw op de toets "i", waarop een waarde tus-
sen 0 en 99 verschijnt.
• Stel door drukken op de toetsen "+" of "-" de juiste
druk in.
Inbedrijfstelling 6
BE
NL
21