Installatie en aansluiting
Aansluiting op het lichtnet
DE
EN
Inbouwen van kabelstroomonderbrekers
FR
Informatie
IT
Er worden geen kabelstroomonderbrekers
meegeleverd. De onderbrekers moeten door
ES
een elektromonteur worden ingebouwd.
PT
De energiemanager beschikt niet over interne
NL
zekeringen, wat betekent dat de ingangen van
SV
de spanningsmeting, van de externe
spanningsvoorziening en van de relais door geschikte
FI
zekeringen moet worden afgezekerd.
– Als de energiemanager wordt ingezet, moeten
DA
alle toevoerkabels met een overspanningszeke-
NO
ring worden uitgerust. Daarbij moet erop worden
gelet dat er zekeringen met een geschikte
EL
triggerkarakteristiek worden gekozen.
CZ
– Welke zekeringselementen worden gebruikt,
is afhankelijk van de onderdelen die in het
HU
betreffende land in de handel verkrijgbaar zijn.
PL
– Er moeten componenten worden gebruikt met
de laagst mogelijke triggerstroom en de kortst
HR
mogelijke triggertijd.
SR
SK
SL
ET
LT
LV
RO
BG
MK
130
Verdeelkast voorbereiden
Voor informatie over de benodigde ruimte voor de
energiemanager:
f Zie het hoofdstuk 'Technische gegevens' op
pagina 138.
e Voor de installatie van de energiemanager in de
verdeelkast zijn 11,5 eenheden op een DIN-rail
nodig.
e Bouw de adapter van de energiemanager op een
afstand van ten minste 0,5 eenheden tot aan het
huis hiervan in.
e Voorkom bij alle elektrische interfaces dat ze
direct/indirect kunnen worden aangeraakt.
Afb. 13: Verdeelkast voorbereiden
A
11,5 eenheden
B
9 eenheden
C
0,5 eenheden
D
2 eenheden
Montage in verdeelkast
b Alle kabelverbindingen zijn op de energiemanager
aangesloten.
b De steun voor de DIN-rail aan het huis van de
energiemanager is ontgrendeld.
1. Leg de steun schuin over de DIN-rail in de
verdeelkast.
2. Kiep de behuizing van de energiemanager en leg
hem over de DIN-rail.
3. Vergrendel de steun voor de DIN-rail aan het huis
van de energiemanager.
Afb. 14: Montage in verdeelkast
4. Controleer of de energiemanager goed op de
DIN-rail vast zit.