Automatische uitschakeling
De oven wordt na enige tijd automatisch uitge-
schakeld:
• Als u het apparaat niet uitschakelt
• Als u de oventemperatuur niet verandert.
De oven wordt uitgeschakeld bij een oventempe-
ratuur van:
30 - 115 °C
na
120 - 195 °C
na
200 - 245 °C
na
250 - max °C
na
Schakel de oven na een automatische uitschakeling
volledig uit. Vervolgens schakelt u de oven opnieuw in.
Foutcode
Als sommige parameters niet correct zijn, zal de contro-
le-eenheid de geactiveerde functies uitschakelen en
Nuttige aanwijzingen en tips
• Het apparaat heeft vier inzetniveaus. Tel de inzetni-
veaus vanaf de bodem van het apparaat.
• Het apparaat heeft een speciaal systeem dat de
lucht circuleert en voor doorlopende recycling van
stoom zorgt. Dankzij dit systeem is het mogelijk om
voedsel te bereiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen en knapperig
van buiten. Bovendien worden de bereidingstijd en
het energieverbruik tot een minimum beperkt.
• Vocht kan in het apparaat of op de glazen deuren
condenseren. Dit is normaal. Ga altijd iets terug
staan van het apparaat als u de deur van het appa-
raat tijdens de werking opent. Om de condens te
verminderen, dient u het apparaat 10 minuten te la-
ten voorverwarmen.
• Veeg na elk gebruik het vocht van het apparaat.
• Plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het
apparaat en bedek het niet met aluminiumfolie als u
kookt. Dit kan de bakresultaten veranderen en de
emaillelaag beschadigen.
Taarten bakken
• De beste temperatuur voor het bereiden van gebak
is tussen de 150 °C en 200 °C.
12 uur
8,5 uur
5,5 uur
3 uur
wordt de overeenkomstige foutcode weergegeven op
het display. Raadpleeg "Problemen oplossen".
Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator auto-
matisch ingeschakeld om de oppervlakken van het ap-
paraat koel te houden. Als u het apparaat uitschakelt,
blijft de koelventilator werken tot de oven is afgekoeld.
Veiligheidsthermostaat
Om te voorkomen dat de oven oververhit raakt (door
onjuist gebruik van het apparaat of vanwege defecte
onderdelen), heeft de oven een veiligheidsthermostaat
die indien nodig de stroomtoevoer onderbreekt. Zodra
de temperatuur is gedaald, wordt de oven automatisch
weer ingeschakeld.
• Verwarm de oven ongeveer 10 minuten voor.
• Doe de ovendeur niet open voordat driekwart van de
ingestelde baktijd is verstreken.
• Als u twee bakplaten tegelijk gebruikt, houd dan één
niveau vrij tussen de platen.
Vlees en vis bereiden
• Bereid geen vlees met een gewicht van minder dan
1 kg. Het bereiden van te kleine hoeveelheden
maakt het vlees droog.
• Om rood vlees aan de buitenkant goed gaar en toch
sappig te krijgen, dient u de temperatuur in te stellen
op 200 °C-250 °C.
• Voor wit vlees, gevogelte en vis dient u de tempera-
tuur tussen de 150°C-175°C in te stellen.
• Gebruik een lekbak voor zeer vet voedsel, om te
voorkomen dat er vlekken op de oven komen die
mogelijk permanent zijn.
• Laat het vlees ongeveer 15 minuten rusten voordat u
het aansnijdt, zodat het vleesvocht niet wegloopt.
• Giet een beetje water in de lekbak om te veel rook-
vorming in de oven te voorkomen tijdens roosteren.
Om rookcondensatie te voorkomen dient u telkens
9